Na 15 maanden vol geweld is het toch gelukt: er is een akkoord bereikt over een tijdelijk staakt-het-vuren in Gaza. Mondiale opluchting gaat gepaard met veel vragen over hoe intensieve hulpverlening snel en veilig op gang kan komen.
De Nederlandse hulpverlener Roos Bollen is voor UNICEF werkzaam in Gaza: "Toen we hoorden dat er een deal is die tot een staakt-het-vuren gaat leiden, was de blijdschap hier echt enorm. Kinderen, volwassenen, iedereen was buiten. Alle mensen waren aan het zingen en aan het dansen."
Speelgoed in het puin
Bollen vertelt dat de kinderen die ze spreekt heel hard hopen dat er een bestand komt. "Ze willen zo ontzettend graag terug naar huis. Ze praten over hun slaapkamer, en hoe graag ze weer in hun eigen bed willen slapen."
Ze gaat verder: "Of ze vertellen over hun lievelingsspeelgoed. Veel kinderen zijn bang dat hun speelgoed kwijt is geraakt of kapot is. Ze zeggen: 'Ik wil naar huis, dan ga ik meehelpen met puin ruimen en ga ik zoeken naar mijn speelgoed.'"
Elke dag 600 vrachtwagens
Vanaf het moment dat het staakt-het-vuren ingaat is de bedoeling dat er elke dag 600 vrachtwagens met hulpgoederen naar Gaza kunnen rijden.
"Het Rode Kruis gaat ervan uit dat dit nog steeds onvoldoende hulp is. Maar het is wel veel meer dan het was", zegt hoogleraar humanitaire studies Thea Hilhorst. "Begin januari mochten er slechts veertig vrachtwagens per dag de grens over, dus dit zou een enorme verbetering zijn."
'Goed nieuws'
Hilhorst vindt het bestand een stap in de goede richting. "We hebben de afgelopen tijd gezien dat Israël de grenzen steeds dicht heeft gehouden, zodat hulpverlening de bevolking niet kon bereiken. Met het bestand kan dat nu wel, dus dat is goed nieuws."
Maar de hoogleraar is ook sceptisch. Volgens haar had enorm veel leed voorkomen kunnen worden: "Het bestand had er al veel eerder moeten zijn. De humanitaire hulp had al lang op gang moeten komen. Door voedseltekorten en slechte gezondheidszorg zijn er veel mensen overleden, die krijg je nooit meer terug."
'Continu het gezoem van drones'
Voor nu zal het bestand hoe dan ook een grote opluchting voor iedereen betekenen. "Dat geldt ook voor ons, de hulpverleners", vertelt Roos Bollen.
"Continu zijn er luchtaanvallen, je hoort de hele tijd het gezoem van de drones, ik hoor het ook nu weer. Dat zorgt voor enorm veel stress onder families, en met name bij kinderen."
Kinderen in permanente staat van stress
Bollen vertelt dat kinderen in Gaza voortdurend blootgesteld zijn aan gevaarlijke en traumatische situaties.
"Ze zijn zich ook bewust van het feit dat er geen veilige plek is in Gaza. Ze zitten vast in een permanente staat van stress en alertheid. Daarom is het zo belangrijk dat deze kinderen en hun families eindelijk wat rust krijgen, op adem kunnen komen."
Meer veiligheid voor hulpverleners
Het staakt-het-vuren moet er ook voor zorgen dat hulpverleners, zoals Bollen, veiliger hun werk kunnen uitvoeren in Gaza.
"Tot nu toe was het voor hen onvoorstelbaar gevaarlijk", zegt Thea Hilhorst. "Maar met de komst van het bestand zouden de aanvallen moeten stoppen. Het zou echt een schending zijn van het bestand als hulpverleners opnieuw worden aangevallen."
'Militair roept wantrouwen op'
Maar het sturen van militairen om de veiligheid van hulpverleners te waarborgen lijkt de hoogleraar humanitaire studies geen goed idee.
Ze legt uit: "Dat roept in de eerste plaats veel wantrouwen op bij de bevolking. Bovendien denk ik dat het niet nodig is, omdat het juist de kern is van het bestand om de aanvallen op hulpverlening te stoppen."
'Vrachtwagens kunnen alleen maar stapvoets rijden'
Bollen voorziet grote problemen met de infrastructuur wat het leveren van hulpgoederen betreft: "Regelmatig willen wij hulpgoederen naar een gemeenschap brengen, naar een tentenkamp of naar een school waar families toevlucht hebben gezocht. Dan is het erg moeilijk voor ons om van A naar B te komen, omdat mensen ontzettend dicht op elkaar zitten."
"Zodra je een voet buiten de deur zet, ben je omgeven door mensenmassa's. Met onze eigen auto's rijden we stapvoets en proberen we ons door die massa heen te manoeuvreren. Met vrachtauto's gaat dat nog een stuk moeilijker worden", weet ze.
Hoopvolle stemming
En er zijn ook nauwelijks verharde wegen, gaat Bollen verder. "De meeste wegen zijn helemaal kapotgeschoten. Dat bemoeilijkt het transport van hulpgoederen enorm. Om dat op te lossen moet je investeren in het herstellen van die wegen. Dat gaat natuurlijk niet zomaar gebeuren."
Maar Bollen benadrukt dat de stemming nu vooral heel erg hoopvol is: "Kinderen kunnen niet wachten om terug naar huis te kunnen, om misschien weer vriendjes te kunnen ontmoeten uit hun wijk of familieleden die achter zijn gebleven."
Veel opluchting door bestand Gaza, maar hulpverlening staat voor gigantische uitdaging
Vragen? Stel ze!
Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.