De aanval van Hamas en de daaropvolgende oorlog in Gaza hebben de spanningen in het Midden-Oosten op scherp gezet. De roep om een staakt-het-vuren wordt internationaal luider. Jullie vroegen ons in de chat welke rol Nederland hierin speelt.
De oorlogen tussen Israël en Hamas in Gaza en Israël en Hezbollah in Libanon leiden ook tot spanningen in de Nederlandse samenleving. Welke rol speelt Nederland in de diplomatieke zoektocht naar vrede, en wat zou ons land nog meer kunnen doen? We vragen het aan Rob de Wijk, expert op het gebied van internationale betrekkingen, en hoogleraar humanitaire studies aan de Erasmus Universiteit Thea Hilhorst.
1. Wat heeft Nederland tot nu toe zelf gedaan om de situatie te kalmeren?
"Wat mij opvalt, is dat er weinig publieke uitspraken zijn van de regering", zegt hoogleraar Hilhorst. "Maar wat er achter de schermen gebeurt, dat weet je eigenlijk niet. Voorheen hadden we natuurlijk Mark Rutte die iedereen kende en overal naartoe kon bellen." Dat is nu met het nieuwe kabinet misschien toch anders, denkt ze. En hierdoor zou het volgens haar zomaar kunnen dat de Nederlandse stem, die internationaal altijd al vrij weinig weegt, nog minder telt. "Ik verwacht dat we op dit moment geen grote speler zijn, als Nederland überhaupt een speler is."
"De invloed van Nederland is 0,0 procent", zegt De Wijk stellig. "Het enige wat Nederland tot nu toe echt had kunnen doen, is het oproepen tot een staakt-het-vuren." Volgens hem heeft ons land verder niet veel zeggenschap op het wereldtoneel. "Het is nihil. We hebben weinig invloed. En zelfs Amerika heeft op dit moment nauwelijks invloed op Israël."
Bekijk ook
2. Wat kan Nederland als lid van de Verenigde Naties dan wél doen?
Naast meedoen aan een stemming over een staakt-het-vuren zijn er volgens Hilhorst nog andere dingen die Nederland via de VN kan afdwingen. "Ik denk dat Nederland zich, met name op het terrein van de Verenigde Naties en het internationaal humanitair recht, moet uitspreken. Veel is politiek, maar die twee dingen niet."
Hiermee doelt ze op de afspraken die via de VN zijn gemaakt over hoe landen zich tegenover elkaar horen te gedragen. Israël is lid van de Verenigde Naties en hoort zich dus ook aan deze afspraken te houden, legt de hoogleraar uit. "Er zijn afspraken over hoe je je netjes gedraagt, die afspraken staan er en die heeft ook Israël ondertekend. Dus daar moet je dan ook gewoon stevig in staan als land."
Aan de andere kant hebben de Palestijnen geen eigen staat. Wel is er de Palestijnse Autoriteit (PA), die het officiële bestuur vormt in de Palestijnse gebieden. "Ook zij moet zich houden aan het internationaal humanitair recht", benadrukt Hilhorst. Maar in de praktijk bestuurt de PA alleen de Westelijke Jordaanoever, omdat de Gazastrook sinds 2007 gecontroleerd wordt door Hamas.
Daarnaast zijn de machtsmiddelen van de PA beperkt, weet de hoogleraar. Zo heeft de Palestijnse Autoriteit wel een politie- en veiligheidstaak om de orde te handhaven, "maar de gevoeligste zaken, bijvoorbeeld militaire zaken, vallen niet onder hun mandaat". Bovendien is vastgelegd dat Israël het recht heeft om militaire operaties uit te voeren in de gebieden die onder het mandaat vallen.
3. Zijn er verder vanuit de EU nog opties om vrede af te dwingen?
Volgens zowel De Wijk als Hilhorst zou Nederland dit via de Europese Unie kunnen doen door bepaalde handelsakkoorden met Israël stop te zetten. Waar de Verenigde Staten militair gezien belangrijk zijn voor Israël, kan Nederland voor Israël als een grote handelspartner worden gezien, vertelt Hilhorst. "Dus Europa kan Israël steviger het vuur aan de schenen leggen om te onderhandelen."
Voor Hamas zal het stopzetten van handelsakkoorden weinig uitmaken. Nederland, en de EU, beschouwen Hamas als een terroristische organisatie en onderhouden daarom geen banden met de groep in Gaza. Toch is er wel een manier om ook op hen druk uit te oefenen, zegt Hilhorst: "Via Qatar bijvoorbeeld."
De politieke top van Hamas heeft namelijk een hoofdkantoor in de Qatarese hoofdstad Doha. Omdat dat land zich verder zo neutraal mogelijk wil opstellen in deze oorlog en het de banden met het Westen zo warm mogelijk wil houden, zou er dus ruimte kunnen zijn om via Qatar te onderhandelen over vrede.
4. Bieden we als land hulp aan de slachtoffers in de getroffen gebieden?
"Nederland is tot nu toe altijd een grote humanitaire speler geweest", weet Hilhorst over onze rol in het Midden-Oosten. Zo deden er tussen 1979 en 1985 bijvoorbeeld zo'n 9.000 Nederlandse militairen mee aan de VN-vredesmissie in Libanon (UNIFIL). Die is daar opgezet nadat Israël in 1978 buurland Libanon binnenviel omdat het vanuit Zuid-Libanon werd aangevallen door Palestijnse milities.
Nederland is ook op andere momenten actief geweest in de regio, vertelt De Wijk. "Zo heeft de regering bijvoorbeeld ooit een poging gedaan om een haven te bouwen in Gaza", geeft hij als voorbeeld. Maar die kwam volgens hem uiteindelijk niet van de grond omdat de haven in 2000 werd vernietigd door het Israëlische leger.
Giro555 voor Midden-Oosten
Inmiddels zijn de Samenwerkende Hulporganisaties (SHO) een Giro555-actie gestart voor de slachtoffers van het geweld in het Midden-Oosten. Het ingezamelde geld wordt gebruikt voor onderdak, voedsel, medische zorg en psychische hulp aan mensen in Gaza, de Westelijke Jordaanoever, Libanon, Syrië en Israël. Tot nu toe is er 15,1 miljoen euro ingezameld.
Over de inzamelingsactie is veel discussie, omdat er in het conflict meerdere strijdende partijen zijn en het geld wordt verdeeld over slachtoffers in die verschillende gebieden. Uit onderzoek van EenVandaag onder leden van het Opiniepanel blijkt dat een minderheid vindt dat het onderwerp geschikt is voor een Giro55-actie.
5. Maar wat doet Nederland nú om daar te helpen?
De Wijk wijst erop dat er ook nog humanitaire hulp wordt verleend via de Verenigde Naties. "Historisch gezien is er altijd veel hulp naar Gaza gegaan. Volgens mij is dat redelijk evenwichtig." Maar Hilhorst vindt dat de hulp die we op dit moment bieden beter kan. "Ik vind dat Nederland enorm teleurstellend en bijna vijandig reageert op de UNRWA", zegt zij over de relatie tussen ons land en de VN-hulporganisatie voor Palestijnse vluchtelingen.
Israël stelde begin dit jaar dat UNRWA-medewerkers betrokken waren bij de aanslag van Hamas van 7 oktober, maar leverde daar geen bewijs voor. Een aantal westerse landen, waaronder Nederland, besloten daarop de financiering (tijdelijk) stop te zetten. Een intern onderzoek door de Verenigde Naties concludeerde later dat negen medewerkers mogelijk betrokken waren bij de aanval. In de andere tien onderzochte gevallen was er weinig of geen bewijs daarvoor.
Hoogleraar Hilhorst benadrukt dat het wegvallen van de westerse donaties het moeilijker en omslachtig maakt om slachtoffers in Gaza te helpen. "Het geld gaat nu bijvoorbeeld naar een andere organisatie, die dan uiteindelijk toch weer met UNRWA moet werken", weet ze. "Dan kan je beter gelijk met UNRWA werken." Minister Reinette Klever voor Ontwikkelingshulp zegt dat er dit jaar geen extra geld vanuit Nederland naar UNRWA gaat, maar dat de jaarlijkse bijdrage van 19 miljoen euro volgend jaar nog wel wordt overgemaakt.
Bekijk ook
Vragen? Stel ze!
Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.