De Amerikaanse president Donald Trump werd gisteren bij de algemene vergadering van de Verenigde Naties uitgelachen toen hij zichzelf de hemel in prees. Hilariteit als gevolg van politieke arrogantie, dat kwam ook voor in Nederlandse politiek in 1997. Toen schreeuwde toenmalig minister van financiën Gerrit Zalm de Kamer toe dat een motie niet zou worden uitgevoerd. Hilarisch, omdat Zalms microfoon kapot was. Maar de scène werd een symbool voor de zogenaamde 'arrogantie van Paars'.

De motie ging over de keus om een studenten ov-jaarkaart in het weekend of doordeweeks te gebruiken. Politiek verslaggever Frits Wester werkte destijds al in Den Haag en maakte het voorval mee. "Het was een hilarisch moment omdat Zalm zonder enig overleg luidkeels door de Kamer schaterde dat ze niks gingen doen met de motie toen iemand ernaar vroeg. En dat is natuurlijk bijzonder, omdat een meerderheid van de Kamer vóór de motie had gestemd en dat betekent dat het kabinet verplicht was om het uit te voeren." 

Onmachtige oppositie 

Toch lachten álle Kamerleden mee, ook diegenen die vóór hadden gestemd. Wester: "Ze lachten mee wegens hun eigen onmacht. Het ging destijds fantastisch met Nederland. Economisch gezien bloeiden we helemaal op: het geld klotste tegen de plinten. Iedereen herkent het beeld nog van Gerrit Zalm op Prinsjesdag in 1996, juichend met zijn koffertje boven het hoofd." Daarnaast was er sprake van een ruime meerderheid: het kabinet had 92 zetels. Wester: "Dat betekende dat het kabinet eigenlijk alles kon maken. De oppositie was onmachtig en liet het allemaal maar gebeuren." 

De arrogantie van Paars 

Het moment is jaren later hét symbool geworden van de arrogantie van Paars 1. Wester: "Toenmalig kamerlid van het CDA, Vincent van der Burg, zei bij zijn afscheid dat dit tafereel van brutaliteit van Gerrit Zalm - en de stupiditeit van de lachende Kamerleden-  het dieptepunt vormde van zijn 18-jarige Kamerlidmaatschap."  Zo was de arrogantie die het Paarse kabinet voelde, niet terecht volgens de politiek commentator. 

"Als je kijkt naar wat ze nou echt bereikt hebben, dan zie je dat ze grote hervormingen uitbleven. Er werden een paar successen behaald, zo kwam het homohuwelijk er en behaalden ze overwinningen op het vlak van de euthanasiewetgeving. Maar toch bleven belangrijke dingen liggen: een thema als integratie en immigratie werd niet eens besproken." En dat is precies het gat waar Pim Fortuyn in sprong in zijn boek: De Puinhopen van acht jaar Paars. 

En hoewel die puinhopen volgens Wester wel meevielen, was het na 2002 wel echt gedaan met de arrogantie van Paars. "Toen LPF na de moord op Fortuyn toch 26 zetels haalde, krabde iedereen zich wel even achter de oren. We hebben zoveel geld uitgegeven en tóch is de samenleving ontzettend ontevreden."

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.