radio LIVE tv LIVE
meer NPO start

Konden we dit niet zien aankomen? En andere vragen over het overvolle elektriciteitsnet beantwoord

Konden we dit niet zien aankomen? En andere vragen over het overvolle elektriciteitsnet beantwoord
Bron: ANP

Het elektriciteitsnet is in alle provincies zo goed als vol, meldde demissionair energieminister Rob Jetten deze week. Dat heeft te maken met huishoudens die meer stroom vragen om te kunnen verduurzamen. Wij vroegen wat jullie hierover wilden weten.

Jullie vragen worden beantwoord door hoogleraar klimaateconomie Reyer Gerlagh (Tilburg University), advocaat en bijzonder hoogleraar klimaatverandering en energietransitie Marjolein Dieperink (Vrije Universiteit Amsterdam) en hoogleraar energietechnologie David Smeulders (TU Eindhoven).

1. Hoe komt het dat het stroomnet zo vol is? Wat zijn de knelpunten?

De vraag naar elektriciteit is groter dan wat ons net aankan. "Dat heeft vooral te maken met de grootschalige 'elektrificatie', zowel in huishoudens als bij bedrijven", vertelt klimaateconoom Reyer Gerlagh. "We zijn bijvoorbeeld minder gaan verwarmen met gas, en meer met warmtepompen. Daar is elektriciteit voor nodig."

Door die grotere vraag naar elektriciteit kan 'netcongestie' ontstaan. "Wanneer er te veel stroom door de kabels heen moet, ontstaat er een ophoping, een soort file", zegt Gerlagh. "Niet alle stroom kan dan meer terechtkomen bij de vragers."

Het tweede knelpunt is dat het netwerk niet flexibel genoeg is. "Niet aan de aanbod-kant, waar elektriciteit wordt opgewekt, en ook niet aan de vraag-kant." De vraag naar elektriciteit kent een piekmoment aan het einde van de middag, zegt Gerlagh. "Dan komen mensen thuis, willen gaan koken of de wasmachine aanzetten bijvoorbeeld."

Op andere momenten is de vraag kleiner, "maar dat betekent niet dat je niet-gebruikte stroom altijd kunt teruggeven aan het net. Als er file op het net is, valt bijvoorbeeld je zonnepaneel uit", verklaart hij.

2. Hoe komt het dat ons net niet flexibel is opgezet om met vraag en aanbod van elektriciteit om te kunnen gaan?

"Dat komt doordat we na de Tweede Wereldoorlog een netwerk hebben opgezet dat gebaseerd was op steenkool en aardgas", weet Gerlagh. "Dat zijn stabiele en voorspelbare energiebronnen, handig voor situaties waarvan we precies kunnen berekenen waar en wanneer we energie nodig hebben. Maar inmiddels zitten we in een energietransitie."

We zijn duurzamere energiebronnen gaan gebruiken om elektriciteit op te wekken. "Door zonne- en windenergie neemt het aanbod aan stroom toe, maar niet op een constante manier. De zon en wind zijn er niet altijd, en daarom is er ook niet altijd evenveel stroom", legt de hoogleraar klimaateconomie uit. "Dat maakt ons netwerk instabieler."

"Daarnaast is ons netwerk opgezet met het idee dat vraag en aanbod zich bij elkaar in de buurt bevinden. Maar met zonne- en windenergie is dat niet altijd het geval. Dan wordt elektriciteit bijvoorbeeld opgewekt op de Noordzee, maar moet het daarna getransporteerd worden naar het achterland. En ook dat kan leiden tot netcongestie, oftewel: een ophoping in het stroomnetwerk."

Bekijk ook

3. Hoe kan het dat verantwoordelijken dit niet hebben zien aankomen of eerder niks hebben gedaan?

De overheid is altijd voorzichtig geweest met het uitbreiden van het netwerk, vertelt Gerlagh. "Ze wilden dat het zo efficiënt mogelijk gebeurde, om kosten te besparen." Op zich is dat geen slecht idee, vindt hij, "want anders hadden netbeheerders (TenneT, Enexis, Stedin, etc.) zonder zich te verantwoorden allerlei duren investeringen kunnen doen en die kunnen doorberekenen aan de consument".

Maar volgens Gerlagh is er toch een inschattingsfout gemaakt, waardoor het netwerk nu niet stabiel genoeg is. "Behalve die inschattingsfout, kwam ook de stikstofcrisis er nog bij, waardoor de aanleg van kabels verder werd vertraagd."

Bijzonder hoogleraar Marjolein Dieperink deed onderzoek naar de juridische kant van het probleem. Ze vertelt dat ruimtelijke procedures voor verzwaring van het net de nodige tijd kosten, net als wetgeving om het probleem op te lossen. "Er is zeker eerder gewaarschuwd voor een vol stroomnet, en ik zie ook veel concept-wetgeving in de pijplijn om de schaarste minder groot te maken, maar voordat die in de praktijk worden gebracht, zijn we weer maanden verder."

Dieperink geeft een voorbeeld van de vertraging die door regelgeving wordt veroorzaakt: "In november 2022 zijn de regels vernieuwd waarmee berekend kan worden of er sprake is van schaarste in het net. Daardoor zou er meer capaciteit moeten ontstaan. Maar netbeheerders passen die regels lang nog niet altijd toe."

De Autoriteit Consument en Markt (ACM) heeft dit ook aan de kaak gesteld, afgelopen september. "Zij heeft nu een termijn van 6 maanden gesteld om op basis van de nieuwe geldende regels te bepalen of er op locaties echt wel sprake is van overbelasting van het net."

Marjolein Dieperink en Reyer Gerlagh
Bron: EenVandaag
Marjolein Dieperink en Reyer Gerlagh

4. Moeten we stroomuitval voor lief gaan nemen?

"Het uitgangspunt van onze wet- en regelgeving is: als je om elektriciteit hebt gevraagd, als er een bepaald aantal kilowattuur in je contract staat, dan heb je daar ook recht op", zegt Dieperink. "Omdat de netbeheerders een monopolie hebben, mogen zij in heel weinig gevallen zeggen: het kan echt niet, je krijgt geen elektriciteit. Ze hebben in ieder geval altijd de verplichting om te onderzoeken of andere partijen (een deel van) de geclaimde elektriciteit kunnen inleveren om zo te onderzoeken of er meer ruimte kan worden gecreëerd."

Er is dus een wet, de Elektriciteitswet, die netbeheerders verplicht om stroom te leveren. Maar deze wet heeft ook nadeel, vertelt Dieperink. "Soms gebruiken afnemers niet alle elektriciteit ten opzichte van hun contract met de netbeheerder. Die capaciteit kan een netbeheerder dan niet terugnemen. En dus ontstaat daardoor wel een tekort voor andere gebruikers, met lange wachtlijsten als gevolg. Terwijl het helemaal niet zeker is of er echt wel een probleem is."

Massale stroomuitval kan in theorie voorkomen, zegt Gerlagh, "maar zover gaan de zorgen nog niet." Hij denkt dat netbeheerders hun best zullen doen om het netwerk stabiel te houden.

Hoe dan? Dat legt hoogleraar Energietechnologie David Smeulders (TU Eindhoven) uit. "Netbeheerders kunnen windmolens stilzetten en zonnepanelen afschakelen. En er is een heel groot controlecentrum waar mensen als het ware de 'verkeersinformatie' in de gaten houden en kunnen ingrijpen als er juist extra stroom nodig is."

"Wat in dat geval ook gedaan kan worden: een beroep doen op een 'back-up-centrale'. Dat zijn onze (ouderwetse) gascentrales die eventjes snel aangezet kunnen worden."

Bekijk ook

5. Welke plannen zijn er nu om het net minder te gaan belasten?

Demissionair energieminister Rob Jetten is vooral van plan om meer kabels aan te laten leggen, en om meer buurten en bedrijventerreinen te laten samenwerken in het verbruiken van energie, vertelt Gerlagh. Dat vindt hij nuttig, maar zelf ziet hij ook een andere oplossing: "Als econoom denk ik: er is schaarste. Soms is er te veel en soms te weinig stroomcapaciteit, dus is het logisch om dat door te berekenen in de prijs voor gebruikers."

Hij licht toe: "Wanneer bedrijven en huishoudens zich bewust worden van de prijs van stroom, zullen ze het gebruik meer flexibel maken." Hij geeft een voorbeeld: "De prijs van opladen via een elektrische laadpaal is nu constant, onafhankelijk van vraag, aanbod en congestie in het net. Dat is doodzonde."

Bijzonder hoogleraar Dieperink noemt ook andere alternatieven. "De nieuwe regels dwingen netbeheerders ertoe om in ieder geval al te kijken of congestiemanagement mogelijk is. Netbeheerders kijken dan of gebruikers stroom terug kunnen geven. Maar het vraagt natuurlijk wel veel juridische en praktische aanpassingen. Verder zitten er nieuwe regels in de pijplijn. Zeker als je bedrijven zou willen dwingen om (een deel van) hun niet-gebruikte stroom terug te geven, zitten hier de nodige juridische haken en ogen aan."

Een alternatief wat nog meer discussie oproept, is 'maatschappelijk prioriteren'. "In dat geval zouden we afspreken dat netbeheerders mogen zeggen: ik vind de stroom voor een ziekenhuis belangrijker dan voor een casino. Dus op een moment van congestie, leveren we alleen aan de ziekenhuizen. Daarvoor is ook nieuwe regelgeving in voorbereiding."

6. Waarom wordt er geen vaart gemaakt met thuis- en buurtbatterijen om energie in op te slaan?

"Technisch is de mogelijkheid er inderdaad om lokaal elektriciteit op te slaan in batterijen," zegt Gerlagh. "Thuis, of samen met andere huishoudens of bij bedrijven in de buurt. Mensen wordt gevraagd om energiecoöperaties te vormen die lokaal de energielevering kunnen oplossen, maar dat zijn allemaal losse projecten die veel regelwerk vragen." Gerlagh vindt dit niet per se wenselijk.

Liever ziet hij dat de markt wordt ingezet, oftewel: dat mensen bewust worden gemaakt van de prijs van stroom, en dat vraag en aanbod daarop (in samenspraak) worden aangepast.

Bekijk ook

7. Is de energietransitie nu 'wensdenken' aan het worden, oftewel hoe realistisch zijn alle plannen om snel om te schakelen naar elektriciteit nog?

We zijn de komende twintig jaar nog wel bezig met de energietransitie, zegt Gerlagh. "Dus snel gaat het sowieso niet. En het is niet zo dat de transitie in gevaar komt, maar het volle stroomnet zal die wel vertragen, en dat is iets waar bedrijven last van krijgen."

Dieperink benadrukt dat het probleem echt groot is: "Er staan nu al 6600 bedrijven op de wachtlijst, en sommige moeten nog wachten tot 2029 of daarna voordat ze een aansluiting met stroom krijgen." Ook vindt zij een knelpunt dat netbeheerders zich alleen maar willen vastleggen op een 'verwachting' dat capaciteit beschikbaar is. "Ondernemers kunnen op basis van zo'n verwachting geen investeringsbesluiten nemen. Dus dit gaat een grote rem zetten op de economie."

"In de rechtspraak wordt vaak nog gezegd: 'wat er niet is, kan ik ook niet toewijzen'. Het tekort aan stroom is natuurlijk nog een gehele nieuw rechtsprobleem, maar voor bedrijven is dit heel moeilijk om mee te dealen. Maar ik vind: als je als overheid de taak voor stroomvoorziening toekent aan publieke netbeheerders en hen een wettelijk monopolie geeft, dan moet je ook de vraag stellen: voor wie moet het risico zijn, als de stroom er niet is?"

info

EenVandaag Vraagt

In dit artikel zijn antwoorden verwerkt op vragen die zijn ingestuurd via EenVandaag Vraagt. Met EenVandaag Vraagt heb je invloed op wat we maken. Wil je meedoen? Download dan de Peiling-app van EenVandaag, ga dan naar 'Instellingen' en zet je notificaties voor EenVandaag Vraagt aan. Je vindt de vragen en antwoorden terug bij 'Doe mee'. De Peiling-app van EenVandaag is gratis te downloaden in de App Store of Play Store.

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Kiezers verdeeld over Nederlandse militairen naar Oekraïne bij vredesakkoord, PVV-achterban wel duidelijk tegen

Kiezers verdeeld over Nederlandse militairen naar Oekraïne bij vredesakkoord, PVV-achterban wel duidelijk tegen
Premier Dick Schoof bezocht vlak voor kerst Nederlandse militairen in Litouwen
Bron: ANP

Kiezers van de coalitiepartijen zijn het oneens over het wel of niet sturen van Nederlandse militairen naar Oekraïne. Die van de PVV zijn vooral tegen, die van de VVD en NSC voor. Wel zijn coalitiekiezers het erover eens dat meer geld naar defensie moet.

Dat blijkt uit onderzoek van EenVandaag onder ruim 20.000 leden van het Opiniepanel. De Verenigde Staten en Rusland praten in Saudi-Arabië over onder andere mogelijke vrede in Oekraïne, maar zonder dat het land zelf mag aanschuiven.

PVV-ers tegen, VVD- en NSC-ers voor

Nederland is bereid militairen te sturen naar Oekraïne om de vrede te bewaken. Maar de leider van de grootste partij in de coalitie, de PVV, wil dat niet. Net als de meeste van zijn kiezers. Veel PVV-stemmers in het onderzoek zien het sturen van militairen als het bemoeien met conflicten van anderen.

Een van hen schrijft: "Voor je het weet, worden die weer in een missie gezogen waar we de komende 10 jaar niet meer uitkomen." Bij BBB-kiezers is er verdeeldheid over het sturen van militairen. 37 procent is daarop tegen, 41 procent voor.

Hoe denken kiezers over het sturen van Nederlandse militairen naar Oekraïne als er vrede wordt gesloten?

Verantwoordelijk voor eigen veiligheid

Andere kiezers, ook de meeste VVD- en NSC-kiezers, zijn juist voor het sturen van militairen naar de oostgrens van Europa. Zij vinden dat de EU, dus ook Nederland, verantwoordelijkheid moet nemen voor zijn eigen veiligheid.

Een VVD-stemmer zegt daarover: "Als we al jaren hard roepen dat Poetin deze strijd niet mag winnen, dan kan je nu niet zeggen: 'En dan zorgen wij voor koffie en thee.' Dan moet je daadwerkelijk bijdragen." Wel vinden veel mensen dat de VS ruggensteun moet geven als de situatie uit de hand loopt.

Meer geld naar defensie

Trump sorteert sinds zijn verkiezing voor op een kleinere rol in Europa en dus moeten Europese landen meer hun eigen veiligheid garanderen. Europese leiders, ook premier Dick Schoof, stelden na het spoedberaad van maandag voor dat de lidstaten daarom meer geld moeten uitgeven aan defensie, bovenop de extra investeringen die veel landen de afgelopen jaren hebben gedaan.

Ook daarover zijn de meeste mensen, 7 op de 10, het eens. Op dit vraagstuk zijn kiezers van alle coalitiepartijen wel in meerderheid voorstander. Ongeveer een kwart van deze achterbannen pleit zelfs voor 'veel meer' geld naar het leger. "De EU moet een sterke defensie opbouwen en wel zo snel mogelijk. Als Amerika zich nu zo snel gaat terugtrekken, hebben we geen tijd te verliezen", zegt een panellid.

Moet er (veel) minder of (veel) meer geld naar defensie?

Zorgen over toekomst Europa

Die gedachte leeft breder. De helft (45 procent) betwijfelt of Europese landen op kunnen boksen tegen dreigingen vanuit Rusland zonder de hulp van Amerika. De andere helft (45 procent) denkt dat Europa wél kan standhouden. Een deelnemer schrijft: "Rusland is inmiddels veel van zijn slagkracht kwijt. Zo'n groot land bleek niet in staat Oekraïne in te nemen, ook niet na 3 jaar."

Toch zorgen de gebeurtenissen van deze week vooral voor onrust over de veiligheid van Europa in de toekomst. Ruim tweederde (68 procent) heeft daar zorgen over. Een kwart (24 procent) zegt zelfs wakker te liggen van de huidige ontwikkelingen. "Ik heb nog nooit wakker gelegen van de situatie in de wereld, maar nu komt het gevaar wel heel erg dichtbij. Ik slaap de afgelopen weken dan ook steeds slechter."

Heeft men zorgen over de toekomst van de Europese veiligheid?

Rusland gaat door

Voor veel mensen is Oekraïne een voorproef voor wat er met andere Europese landen kan gebeuren. Als het aan de VS ligt, neemt Oekraïne genoegen met het inleveren van gebied dat nu door Rusland bezet is en ziet het af van NAVO-lidmaatschap. Als Oekraïne met goedkeuring van het Westen land op moet geven, vreest een meerderheid (62 procent) dat dat ook bij andere landen zal gebeuren.

Hoewel een grote meerderheid (81 procent) het goed vindt dat er over vrede wordt gesproken, zijn weinig mensen te spreken over de voorwaarden die tot nu toe genoemd zijn door de VS. Zo vindt een minderheid (42 procent) het acceptabel als Oekraïne grondgebied moet opgeven dat nu in handen is van de Russen. Iets meer mensen (53 procent) vinden het draaglijk als Oekraïne geen NAVO-lid wordt, als de oorlog daarmee stopt.

info

Over dit onderzoek

Het onderzoek is gehouden van 17 tot en met 19 februari 2025. Er deden in totaal 20.479 leden van het EenVandaag Opiniepanel mee. Het onderzoek is na weging representatief voor zes variabelen, namelijk: leeftijd, geslacht, opleiding, burgerlijke staat, spreiding over het land en politieke voorkeur, gemeten naar de Tweede Kamerverkiezingen van 2023.

Bekijk ook

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Is investeren in startende defensiebedrijven dé manier om Europa te beschermen? 'We moeten Russen inhalen'

Is investeren in startende defensiebedrijven dé manier om Europa te beschermen? 'We moeten Russen inhalen'
Het bedrijf van Maurits Korthals Altes maakt software voor onbemande drones
Bron: EenVandaag

Een Europees investeringsfonds opzetten voor startende innovatieve defensiebedrijven: volgens Nederlandse ondernemer Alexander Ribbink is dat hoog nodig. Vooral nu we voor onze defensie niet meer op Amerika kunnen rekenen.

Op 24 februari is het 3 jaar geleden dat het Russische leger Oekraïne binnenviel. Zowel in Nederland als in verschillende Europese landen wordt al langer de noodzaak gevoeld om zich te beschermen tegen de agressie van Poetin.

Investeren in eigen defensie

En met de komst van president Trump is de urgentie om meer te investeren in eigen defensie nog groter. De VS wil namelijk dat Europa voor haar eigen veiligheid gaat zorgen. Op bijstand van de Amerikanen kan Europa dus niet meer rekenen.

Ondernemer Alexander Ribbink beseft al langer dat we onze veiligheid en welvaart zelf actief moeten gaan beschermen. Hij zei dit al voordat Poetin Oekraïne binnenviel. "Toen lagen Den Haag en Europa te slapen. Inmiddels zijn ze wakker geworden en luisteren ze naar de geopolitieke ontwikkelingen en komt er gelukkig meer budget voor defensie beschikbaar."

Durfkapitaal

Ribbink, die zijn geld verdiende met TomTom-routeplanners, heeft een investeringsfonds opgezet voor bedrijven die moderne defensietechnologie maken. Met 125 miljoen euro moet zijn fonds een van de grootste van Europa worden. De eerste bijdragen zijn inmiddels al binnen. "We krijgen geld van institutionele beleggers, hopelijk van pensioenfondsen, en ook van particuliere ondernemers die zelf geld verdiend hebben en nu wat durfkapitaal investeren."

Bij dat laatste steken investeerders geld in nieuwe veelbelovende jonge bedrijven die nog geen winst maken. "Deze mensen worden vooral gedreven omdat zij vinden dat defensie op orde gesteld moet worden om de wereld een stuk veiliger te maken. En als het goed is krijg je ook een beetje meer geld terug dan dat je erin gestopt hebt."

Bekijk ook

Beter, innovatiever en scherper

Ribbinks missie komt voort uit het feit dat tweederde van alle investeringen in de Europese defensietech worden gedaan door Amerikanen. "Dat is gek, dat moeten we zelf gaan doen. We moeten sterk staan om onszelf te kunnen verdedigen om zo oorlog te voorkomen. En ons niet laten subsidiëren door de Amerikanen. Het moet wederzijdser worden."

Er gebeurt op dit moment in zijn ogen nog te weinig. "Er zijn momenteel een paar grote bedrijven die defensiemateriaal maken, maar daar zit te weinig dynamiek in, er is te weinig concurrentie. Als je ondernemers hieraan toevoegt, krijg je betere, innovatievere en scherpere producten. En veel sneller."

Start-up

Een voorbeeld van een bedrijf waarin Ribbink wil investeren met zijn fonds is de Nederlandse start-up Avalor AI. Medeoprichter Maurits Korthals Altes maakt daar met jonge engineers en mensen met een militaire achtergrond software voor onbemande drones. Ze hebben grote plannen maar nog geen verdienmodel.

"Idealiter maakt elk bedrijf natuurlijk winst, maar een start-up is zoekende. Defensie is onze klant en ook het fonds van Ribbink heeft in ons geïnvesteerd. Wij zitten op een moeilijke markt, want er zijn maar weinig klanten die onze spullen kopen en er zijn lange wachttijden omdat we met overheden werken en die zijn wat minder snel", legt Korthals Altes uit.

Bekijk ook

Russische technologie inhalen

Avalor AI wil de achterstand op de geavanceerde Russische technologie inhalen. "Ik denk dat we wel heel hard ons best moeten doen om het gat in te halen. Maar het kan als we met zijn allen in Europa heel hard werken en genoeg geld beschikbaar stellen", verwacht hij.

Een voorwaarde voor financiering door Ribbinks fonds is dat de start-ups niet alleen actief zijn in één land. Dat is bij Avalor AI het geval. Korthals Altes: "Onze aanpak is Europees. Onze software is te gebruiken in Franse, Duitse en Nederlandse drones. En dan is het niet zo erg dat elk land zijn eigen drones wil fabriceren."

Missie afmaken zonder systeem

De software van Avalor AI zorgt ervoor dat hun systemen nog een tijdje kunnen functioneren, ook als ze door de vijand gestoord worden of wanneer er geen persoon is die de systemen kan besturen.

"Met onze technologie proberen we te voorkomen dat de militairen hun systemen verliezen vanwege verbindingen die verstoord worden. En we willen mogelijk maken dat in die gevallen er nog een tijdje doorgevlogen kan worden om de missie te kunnen afmaken", licht Korthals Altes toe.

Bekijk ook

Menselijke factor

Vredesbeweging Pax is juist kritisch op innovatieve start-ups als Avalor AI. Directeur Rolien Sasse vindt ook dat Europa een sterke defensiecapaciteit nodig heeft, maar het is voor haar wel van belang dat de defensie-industrie zelf verantwoordelijkheid neemt om binnen het internationaal recht te opereren.

Volgens Sasse moet je opletten bij automatische wapens, omdat er anders door fouten veel burgerslachtoffers kunnen vallen. "Er moet altijd een menselijke factor zijn die bepaalt of je wel het goede doel voor ogen hebt. Investeer bijvoorbeeld niet in kernwapens, in clustermunitie of in landmijnen, want daarmee kan je veel burgerslachtoffers maken."

Internationaal oorlogsrecht

"Daarom hebben we internationaal ook afgesproken dat ze verboden zijn", gaat ze verder. "En lever niet aan landen waar mensenrechten geschonden worden."

Maurits Korthals Altes zegt daarop dat Avalor AI zich houdt aan het internationaal oorlogsrecht. "We denken als bedrijf en als mens na over hoe we ons systeem wel of niet willen gebruiken, en hanteren onze eigen morele afwegingen daarbij." Ook op gebied van automatische systemen, geeft hij aan. "Het is niet de bedoeling dat wij de mensen altijd helemaal proberen te vervangen."

Europees investeringsfonds

Voorwaarden

Alexander Ribbink stelt hier ook voorwaarden aan. Hij gaat het geld uit het fonds niet gebruiken voor nog meer tanks, massavernietigingswapens of meer munitie, zegt hij. "Het is onwaarschijnlijk dat durfkapitalisten daarin gaan investeren. Het gaat ons meer om technologie, zoals het ontwikkelen van software voor drones, voor onbemande systemen."

"Maar ook bij AI blijft de mens degene die de opdracht heeft gegeven. Het zijn geen killer robots. AI is gewoon een besturingssysteem", gaat hij verder. AI is in zijn ogen niet veel anders dan de katapult van vroeger of de kogel die je met een geweer afvuurt: eenmaal gegooid of afgeschoten, dan is er geen verdere controle meer.

'Wapenwedloop gevaarlijk'

Organisatie Pax maakt zich ook zorgen om de gevolgen van het extra investeren in defensie. Hierdoor wordt er volgens Sasse bezuinigd op andere belangrijke zaken.

"Diplomatieke relaties, internationale samenwerking en internationale instanties als de VN zijn ook van belang voor vrede en die worden nu afgekalfd. Het is gevaarlijk dat we nu in een wapenwedloop terechtkomen waarbij er weer puur een geloof is in afschrikking door wapens als enige manier om vrede te bereiken."

Bekijk ook

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Ook interessant