Studenten kiezen steeds vaker voor een hbo-opleiding verpleegkunde. Goed nieuws, gezien het tekort aan verplegend personeel. Maar een groot deel van hen stopt ermee kort nadat ze aan het werk zijn gegaan. Betere begeleiding kan dit helpen voorkomen.

"We zien uit onderzoek dat de eerste 2 jaar na diplomering van hbo-verpleegkundigen 40 procent uit het vak stroomt", zegt docent-onderzoeker verpleegkunde Sanne Cordfunke-Krebbekx van Hogeschool Inholland. "Dat is natuurlijk een enorm aantal."

100.000 verpleegkundigen tekort

Nu is het niet zo dat iedereen uit de zorg gaat, vertelt ze. "We zien dat mensen naar managementfuncties doorstromen of net als ik docent of onderzoeker worden. Die houden dus wel een raakvlak met het vak, maar staan niet meer aan het bed waar we ze voor opleiden."

En dat terwijl juist die handen aan het bed volop nodig zijn. Door corona is heel veel zorg uitgesteld en dat moet allemaal worden ingehaald. "We hebben al een enorm personeelstekort, er is veel inhaalzorg en we weten dat voor 2025 een tekort wordt verwacht van 100.000 verpleegkundigen en verzorgenden", zegt Cordfunke-Krebbekx. "We verwachten dat door corona dat aantal nog wel verder zal toenemen."

Lees ook

Redenen voor vertrek

Hoe het komt dat verpleegkundigen massaal het vak verlaten, is de hamvraag. "Wij horen terug van verpleegkundigen dat ze vinden dat ze niet voldoende ontwikkelingsmogelijkheden hebben. Ook geven ze aan dat ze niet voldoende worden gehoord in hun werk en dat ze ervaren dat ze in het diepe worden gegooid", zegt Cordfunke-Krebbekx. Daarnaast spelen de hoge werkdruk en de lage betaling vaak een rol.

Voor sommigen is het beroep een roeping, 'maar het is ook een vak', zegt ze. "Verpleegkundigen willen ook gewoon op vakantie kunnen gaan, hun hypotheek of huur kunnen betalen en af en toe uit eten kunnen. We zien dat in vergelijking met andere beroepen in de publieke sector de salarissen van verpleegkundigen ver achterblijven."

Uitstroom voorkomen

Volgens Cordfunke-Krebbekx is Hogeschool Inholland zich heel bewust van de hoge uitstroomcijfers. "Wij schrikken daar op de opleidingen natuurlijk ook van, want we doen hard ons best om goede verpleegkundigen op te leiden", zegt ze.

De docent-onderzoeker zegt dat ze binnen de opleiding ook echt willen kijken hoe ze, samen met het werkveld, iets kunnen doen aan die uitstroom. "We willen ervoor zorgen dat we de mensen daar waar we ze voor opleiden, kunnen vasthouden."

Lees ook

Praktijkgerichte vakken en begeleiding

Zelf geeft ze daarom het vak verpleegkundig leiderschap, waarmee ze de nieuwe generatie verpleegkundigen meer mondig maakt. "Niet alleen om te leren om dingen te vragen, maar juist ook om ze te leren hun grenzen aan te geven. En dat ze ook als groep dingen kunnen aangeven. Bijvoorbeeld: die administratielast of dat personeelstekort, dat gaat ons te ver, hier trekken we de lijn."

Maar zo'n vak alleen is natuurlijk niet de oplossing. Hogescholen, ziekenhuizen en andere zorginstellingen moeten de handen ineenslaan om de voortijdige uitstroom te voorkomen, vindt Cordfunke-Krebbekx. En hierover is ze al met een aantal partijen in gesprek. "Wij vragen die instellingen heel gericht wat zij denken dat de verpleegkundigen in hun vakgebied nodig hebben."

Betere kwaliteit van zorg

Zo blijken nieuwe verpleegkundigen vooral begeleiding te missen als ze net aan het werk gaan. En daar probeert Cordfunke-Krebbekx op in te spelen. "We zijn aan het kijken of we dat samen met het werkveld kunnen bewerkstelligen. Denk hierbij aan het aanbieden van intervisiebijeenkomsten of regelmatige coaching."

Want dat een verpleegkundige lekker in haar of zijn vel zit, is volgens Cordfunke-Krebbekx van belang, ook voor de patiënt. "Als je bewust bent van je eigen ontwikkeling en je durft uit te spreken over je vak, dan komt dat ook de patiëntenzorg ten goede. Dat leidt tot minder complicaties bij de patiënt en dat weer tot betere kwaliteit van de zorg."

Bekijk hier de tv-reportage over dit onderwerp.

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.