De winst niet naar aandeelhouders aan de andere kant van de wereld, maar bij de werknemers zelf houden: dat is iets wat het Amsterdamse stadsbestuur hoopt te bereiken. En daarom wil het college de platformeconomie omvormen, te beginnen bij de taxiwereld.
De Amsterdamse wethouder Sofyan Mbarki (Economische Zaken) wil al langer de platformeconomie aanpakken. Werknemers worden zo goedkoop mogelijk ingezet via een online platform, terwijl een paar grote bedrijven die erachter zitten enorme winsten maken.
Idee uit New York
Het Amsterdamse college wil daarom van de taxiwereld een coöperatie maken, zoals ook in New York gebeurt. Maar hoe ziet dat er dan uit? In een coöperatie werkt de taxiwereld als een soort vereniging, waarbij taxichauffeurs zelf ook bestuurder en aandeelhouder zijn en meedelen in de winst.
"In New York hebben we sinds een paar jaar taxicoöperatie van zo'n 2.500 taxi's van de 13.000 gele taxi's", vertelt Amerika-correspondent Michiel Vos. "Er zijn 100.000 Lifters en Ubers, maar de coöperatie loopt sinds dit jaar goed."
Bekijk ook
'Verschil voor chauffeurs'
"Een coöperatie geeft een groter deel van de inkomsten aan de driver, veel groter dan bijvoorbeeld Uber", legt Vos uit. Als klant merk je dat niet direct als je gele taxi of een Uber-auto instapt, maar voor de chauffeurs maakt het volgens hem wél een groot verschil.
En niet alleen wat betreft hun inkomsten, zegt de correspondent: "Bij Uber of Lift word je als chauffeur gewoon ingehuurd en merk je niks van je werkgever. In de coöperatie heb je veel meer contact met je werkgever en ben je er echt onderdeel van."
Allerlei soorten coöperaties
De Amsterdamse wethouder Mbarki wil nog verder gaan met het opzetten van coöperaties, weet Teun Gautier. Hij is betrokken bij MeentCoop, een organisatie die als doel heeft om coöperaties te begeleiden. "Het taxi-initiatief is het begin van veel meer. Want je kunt dit ook doen bij de bezorgdiensten."
Gautier wijst naar de wooncoöperaties, die op veel plekken ontstaan. "Dat buurtbewoners zelf zeggen: 'Wij pakken dat speeltuintje wel aan'", geeft hij als voorbeeld. Maar ook sommige grote bedrijven zijn coöperaties, wil hij duidelijk maken: Rabobank en Achmea bijvoorbeeld.
Bekijk ook
'Draait niet om winst maken'
Gautier is groot fan van het idee: "25 tot 30 procent wordt nu afgedragen aan bijvoorbeeld Uber en dat verdwijnt aan de overkant van oceaan, bij de investeerders in San Francisco. Bij coöperaties zijn de leden de baas, zoals dat bij een voetbalvereniging ook zo is."
"Daarbij bestaan coöperaties niet om winst te maken. Dat kan wel, maar ze bestaan om de leden van de coöperatie te versterken", benadrukt hij. "En ten slotte is het een lokaal iets, waardoor er niet een of andere aandeelhouder aan de andere kant van de wereld profiteert."
'Aanval op platformeconomie'
De consument merkt dan ook wel degelijk iets van coöperaties, denkt Gautier. "Die gaat er wel over nadenken. Na je avondje stappen wil je bijvoorbeeld een taxibedrijf dat jouw data beveiligt. Uber leeft daarentegen van de data die ze van jou hebben."
MeentCoop wil het eigenaarschap van die data terugnemen in coöperaties, legt hij uit. "En dat betekent dat we echt een aanval inzetten op die platformeconomie, waar bedrijven natuurlijk zelf een heel beperkte bijdrage leveren, maar wel heel veel geld onttrekken."
Bekijk ook
Vragen? Stel ze!
Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.