Door de hoge loonstijgingen in 2023 kunnen prijzen van producten en diensten nog verder stijgen, zegt werkgeversvereniging AWVN. Het salaris moet namelijk ergens van betaald worden. Hoe ver kunnen werkgevers gaan?

Producten en diensten worden duurder als bedrijven in het nieuwe jaar hun werknemers veel meer loon moeten betalen. Dat zegt directeur Raymond Puts van werkgeversvereniging AWVN vandaag in De Telegraaf. Puts noemt dat 'gevaarlijk', omdat we volgens hem uit kunnen komen op een loonstijging van zo'n 6 procent. "Daarmee dreigen we onszelf uit de markt te prijzen", beweert hij.

'Ruimte voor 5 procent'

ING Research verwacht dat de loonstijging in 2023 uitkomt op 4,5 procent, vertelt macro-econoom Marcel Klok van de bank. "Als economen kijken we daar naar door bijvoorbeeld te kijken naar hoe hard de arbeidsproductiviteit stijgt en ook in hoeverre bedrijven hun prijzen en winstmarges kunnen verhogen."

"Dat laatste lukt op dit moment niet goed door hoge kostenstijgingen", zegt Klok. "Productiviteitsstijging zit er wel in. Gemiddeld zit er zo'n 5 procent loonruimte in voor het nieuwe jaar."

Bekijk ook

Cijfers zeggen niet alles

De 6 procent loonstijging waar AWVN vanuit gaat, is niet geheel onrealistisch, zegt econoom Nic Vrieselaar van de Rabobank. "Maar het lastige van dat cijfer is dat daar nog heel veel cao's tussenzitten die bijvoorbeeld vorig jaar of 2 jaar geleden zijn afgesloten. Het duurt dus best lang voor je zo'n loonsverhoging voor recente cao-akkoorden ziet in de salarissen, dus dat echt iedereen 6 procent meer verdient."

Ook mis je een groot deel als je alleen maar kijkt naar cao-lonen, zegt Vrieselaar. "Je ziet daarin bijvoorbeeld niet dat mensen nu sneller hoger worden ingeschaald. Werkgevers doen dat namelijk steeds vaker, om hun personeel te behouden. Dat zijn ook kosten voor werkgevers die je dus niet goed terugziet in de cijfers."

Elk land heeft hoge inflatie

Maar hoe zit het dan met dat 'uit de markt prijzen', waar AWVN het over heeft als de lonen stijgen? Vrieselaar vreest niet dat een loonstijging van 6 procent slecht is voor onze internationale concurrentiepositie."Want je ziet dat elk land te maken heeft met hoge inflatie. In Europa gaat dat vooral om energiekosten en in de VS is bijvoorbeeld de economie erg oververhit."

Er is volgens hem "een soort tekorten-economie: aan personeel, materiaal, gas, en ga zo maar door. Dat drijft wereldwijd de prijzen op en je ziet dat daardoor werknemers wereldwijd zeggen: 'Alles wordt duurder, waarom gaat m'n loon niet omhoog?'"

Bekijk ook

Gevreesde loon-prijsspiraal

Er is dus ruimte voor 5 procent verhogen, maar 1 procent meer zal volgens Klok van ING Research geen grote problemen opleveren. Wel kunnen hogere salarissen zorgen voor duurdere producten. "Omdat we zien dat de lonen inderdaad meer stijgen dan de afgelopen jaren. Dat kan ervoor zorgen dat de inflatie wat langer hoog blijft, maar het is niet zo dat we snel in een loon-prijsspiraal terecht komen."

"Een loonprijsspiraal is eigenlijk dat je haasje over doet tussen inflatie en de lonen. Dat betekent dat als de inflatie 10 procent is je als werknemer automatisch het jaar daarop 10 procent meer loon krijgt", legt econoom Vrieselaar uit. "En dan moeten de prijzen daarna vervolgens ook weer omhoog en dat zorgt ervoor dat je concurrentiepositie als land steeds slechter wordt. Je producten en diensten worden namelijk steeds duurder voor andere landen. Maar daar zijn we in Nederland nog lang niet."

'11 procent salaris erbij in België'

In België doen ze het anders. Daar krijgen zo'n 1 miljoen werknemers per 1 januari er 11 procent salaris bij. De stijging wordt bepaald aan de hand van een gezondheidsindex, zegt hoofdeconoom Luc Aben bij Van Lanschot. "Dat is een prijsindex waarbij onder meer tabak, alcohol en benzine niet is meegenomen. Het is niet het algemene inflatiecijfer, maar hij is er wel ongeveer gelijk aan."

Welke impact die loonsverhoging gaat hebben op de prijzen in België is afwachten. Volgens Aben is het grootste gevaar van een automatische loonindexering het verlies aan concurrentiekracht. "Je ziet ook dat de Belgische economie, de uitvoer, de laatste jaren systematisch marktaandeel verliest. Er spelen daarin meerdere oorzaken een rol, maar de hoge loonkosten is daar zeker één van."

Eenmalige uitkering als gulden middenweg?

Volgens werkgeversorganisaties kunnen werkgevers beter een eenmalige beloning uitkeren dan de salarissen flink te verhogen. Dat kan een goede middenweg zijn, denkt macro-econoom Marcel Klok van ING.

"Het is verstandig om, als het niet heel duidelijk is hoe de inflatie zich verder ontwikkelt, niet alle loonstijgingen structureel te maken. Ze zijn namelijk moeilijk terug te draaien en dat kan wél de concurrentiepositie van het Nederlandse bedrijfsleven in gevaar brengen." Het is daarom volgens Klok goed dat er wordt gekeken naar andere manieren van loonsverhogingen, zoals eenmalige uitkeringen.

Bekijk ook

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.