4759
Vragen? Stel ze!
Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.
4759
Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.
Een meerderheid wil dat supermarkten labels plakken op Europese producten. Ze zijn nu sneller geneigd om die producten, in plaats van Amerikaanse, te kopen. Ook zijn er meer voor- dan tegenstanders voor een stevige reactie op Trumps importheffingen.
Dat blijkt uit onderzoek van EenVandaag onder bijna 24.000 leden van het Opiniepanel. In dat onderzoek reageren panelleden op de importheffingen die de Amerikaanse president Donald Trump wil invoeren. De Europese Commissie wil nu een stevig gesprek met de VS en zegt met tegenmaatregelen te komen. Een goed idee?
Als het aan de helft van de ondervraagden (51 procent) ligt wel. "Ook al pakt dat ook negatief uit voor ons of Europa, we kunnen niet zomaar 'ja en amen' zeggen op dit soort acties", licht een deelnemer zijn antwoord toe.
Een kleinere groep, 28 procent, is juist tegen een economische tegenaanval. Zij vrezen voor een escalatie en vinden dat de EU de verstandigste moet zijn.
Of de EU nu wel of geen tegenreactie geeft, panelleden verwachten dat Trumps beleid een negatieve invloed gaat hebben op hun leven.
En dan niet alleen op de Europese en Nederlandse economie als geheel, maar ook direct op hun eigen portemonnee. De helft (53 procent) verwacht dat ze er financieel op achteruit gaan.
De acties van Trump maken dat het imago van de VS een stuk slechter is geworden in Nederland. Zo kijkt de helft van de leden (51 procent) negatiever naar Amerikaanse supermarktproducten dan een jaar geleden.
Een deelnemer schrijft: "Prijs is belangrijk maar het wordt blijkbaar ook steeds belangrijker waar een product vandaan komt. Eerst vooral voor het milieu, maar nu ook politiek gezien."
Een meerderheid wil om deze reden dat supermarkten duidelijker aangeven uit welk land een product komt, zoals in Denemarken al gebeurt. Daar plaatsen ze labels op producten die uit de EU komen. Een goed idee, zegt twee derde (68 procent).
Een even grote groep (66 procent) zegt meer geneigd te zijn producten te kopen als er duidelijk bij staat dat ze uit de EU komen.
Het boycotten van Amerikaanse producten doen een stuk minder mensen. 1 op de 5 (20 procent) zegt geen Amerikaanse producten meer te kopen.
Dit gebeurde deels al voor het presidentschap van Trump, maar een grote groep geeft aan dat te doen sinds Trump president is. "Voor zover mogelijk koop ik geen producten uit de VS. Coca-Cola is bijvoorbeeld bij ons in de ban."
"Je ziet hier de eerste tekenen van een negatieve reactie op de VS, maar zoals altijd blijft ook prijs natuurlijk een belangrijke factor in de beslissingen van de consumenten", zegt hoogleraar Marketing aan de Vrije Universiteit Peeter Verlegh. Een eventuele lichte daling in het verkoop van Amerikaanse producten is op dit moment dus nog niet schokkend.
Toch is er wel een kans dat dit er in de toekomst anders uit gaat zien. "De verkoop van Amerikaanse producten kan snel teruglopen als dit sentiment ten opzichte van de VS wordt gekoppeld aan een prijsverhoging op Amerikaanse producten, veroorzaakt door een eventuele EU-heffing", zegt Verlegh tot slot.
Het onderzoek is gehouden op 7 en 8 april 2025. Er deden in totaal 23.938 leden van het EenVandaag Opiniepanel mee. Het onderzoek is na weging representatief voor zes variabelen, namelijk: leeftijd, geslacht, opleiding, burgerlijke staat, spreiding over het land en politieke voorkeur, gemeten naar de Tweede Kamerverkiezingen van 2023.
Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.
Het gaat duizenden keren mis in apotheken met de controle op medicijnen. De fouten worden gemaakt bij het uitgeven van medicatie, soms met ernstige gevolgen voor patiënten. Dat blijkt uit onderzoek van EenVandaag onder 2.730 apothekersassistenten.
Door personeelstekorten en een hoge werkdruk lukt het apothekersassistenten lang niet altijd om de verplichte tweede controle uit te voeren, het zogeheten vierogenprincipe, laten apothekersassistenten weten.
Soms zijn medicijnen al de deur uit voordat er een tweede controle gedaan kan worden, of er heeft alleen een stagiaire meegekeken als dubbelcheck. Ook staan veel assistenten bij het openen en sluiten sowieso alleen in de apotheek. Een kwart van hen voelt zich daar niet goed bij, omdat ook dan geen extra controle mogelijk is.
En zo kunnen er makkelijk fouten insluipen. Een verkeerd medicijn, het geneesmiddel aan de verkeerde persoon of een onjuiste sterkte: dit soort zaken kunnen ongemerkt blijven als de uitgifte niet door een tweede medewerker wordt gecontroleerd.
Zo'n fout kan flinke consequenties hebben, heeft de 70-jarige Cor Toorenburg ervaren: hij kreeg namelijk een te hoge dosis pijnstillers mee naar huis. Cor slikt na een zware buikoperatie dagelijks veel medicijnen, waaronder de zware pijnstiller oxycodon. Pas nadat hij het middel had ingenomen merkte zijn vrouw de hoge dosering op.
Versuft van de medicijnen viel hij vervolgens van de trap. "Ik moest worden opgehaald met een ambulance. Het is allemaal goed gekomen gelukkig, maar voor hetzelfde geld breek je je nek." Cor zegt dat de fout door de onderbezetting van zijn apotheek komt: "Daar staat één mevrouw of meneer: ze hebben gewoon niet meer personeel."
EenVandaag sprak zelf ook met tientallen apothekersassistenten die soortgelijke incidenten bevestigen. Zij willen anoniem blijven vanwege de druk die zij vanuit hun apotheek ervaren. De meest genoemde redenen waarom het vierogenprincipe niet wordt nageleefd zijn personeelsgebrek en een te hoge werkdruk.
De enquête is namens EenVandaag door vakbond FNV verstuurd, waarop 2.730 mensen reageerden. In totaal werken er ongeveer 20.000 apothekersassistenten in Nederland.
Anke Lambooij van het Instituut Verantwoord Medicijngebruik (IVM) vindt de signalen van de apothekersassistenten belangrijk. "Ze werken super hard en zijn heel precies in hun taken. Als zij aan de bel trekken, dan moeten we dat serieus nemen als apothekers, overheid en brancheorganisaties."
Volgens haar is de tweede controle een cruciaal moment om incidenten te voorkomen: "We zien dat door het vierogenprincipe incidenten met medicatie op het laatste moment voorkomen konden worden. Dus voor de medicatieveiligheid is het belangrijk dat er zorgvuldige controle plaatsvindt door twee onafhankelijke mensen."
Eind maart kregen apothekersassistenten goed nieuws: hun loon gaat eind 2026 met 20 procent omhoog. Vakbond FNV is blij met die stap, maar waarschuwt dat het fundamentele probleem daarmee niet is opgelost.
"Alleen openen of werken met een stagiaire voldoet simpelweg niet aan de wet- en regelgeving", benadrukt bestuurder Ralph Smeets van FNV Zorg en Welzijn.
De vakbond is geschrokken van de uitkomsten van de enquête en pleit voor actie als assistenten alleen in de apotheek staan. "We hebben een meldpunt geopend voor apothekersassistenten", zegt Smeets.
Hij gaat verder: "Wat we hopen, is dat we de mensen zover krijgen dat als ze alleen ingeroosterd staan, ze ons van tevoren een signaal geven. En dat wij vervolgens daar naartoe gaan en zeggen: 'Draai de sleutel maar niet om. Bel je apotheker. Zorg maar dat er een tweede gediplomeerde bij komt. Dan pas gaat de deur open.'"
Lambooij van het IVM ziet andere oplossingen en weet dat patiënten vaak zelf al ingrijpen als ze de verpakking of naam van een medicijn niet herkennen. "Het aantal gemelde incidenten, zeker met letsel, is daardoor gelukkig bijzonder gering."
Toch benadrukt ze het belang van medicatieveiligheid: "Ik denk dat apothekers en hun assistenten samen nog een keer goed moeten kijken naar het proces in de apotheek."
Door de personeelstekorten en de hoge werkdruk is het volgens haar misschien een goed idee als apothekers en assistenten afspreken welke medicijnen de hoogste risico's geven en daarom ook de hoogste prioriteit krijgen als het gaat om dubbelchecken. "Bij welke recepten moet de tweede controle op welke manier plaatsvinden?"
"Is het een recept zonder complicaties wat de huisarts in het systeem heeft gezet? Dan is een extra controle misschien minder noodzakelijk dan bij iets wat je handmatig invoert", noemt ze als voorbeeld.
Cor let voortaan extra goed op als hij zijn medicijnen ophaalt, maar neemt de apothekersassistenten niets kwalijk. "Ik geef geen enkel negatief woord over die mensen. Het zijn schatten, laat ik dat allemaal voorop stellen. Maar zij worden ook een beetje gedwongen om dit zo op te pakken."
De Koninklijke Nederlandse Maatschappij ter bevordering der Pharmacie (KNMP), de brancheorganisatie van apothekers, komt later vandaag bij EenVandaag met een reactie op de signalen van de apothekersassistenten.
Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.