radio LIVE tv LIVE
meer NPO start

Niemand wilde zorgen voor 'vechthond' Spikey, maar nu heeft hij tóch een thuis gevonden

Niemand wilde zorgen voor 'vechthond' Spikey, maar nu heeft hij tóch een thuis gevonden
Spikey begin dit jaar in het asiel (links) en Spikey in zijn nieuwe huis
Bron: EenVandaag/Richard Bakker

Bijna een jaar zat Spikey in het asiel, maar niemand wilde hem adopteren. Het is het lot van veel 'hoog-risico honden' in ons land. Gelukkig krijgt het verhaal van Spikey een gelukkig einde: hij heeft een nieuwe baas gevonden.

"Het gaat verschrikkelijk goed met hem", vertelt Richard Bakker, nu bijna officieel Spikeys nieuwe eigenaar. "Hij is eigenlijk een superlieve, aanhankelijke hond. Hij heeft alleen zijn uiterlijk niet mee."

Hoog-risico honden

Spikey is een Staffordshire Bull Terrier van 6 jaar. 'Te oud' en 'agressief', en precies dat maakte hem onaantrekkelijk voor adoptie. Met onder andere Pitbulls en Rottweilers vallen de Staffordshire-achtigen onder de 'hoog-risico honden', die verantwoordelijk zijn voor het grootste deel van bijtincidenten in ons land.

De honden staan bekend als moeilijk, maar veel verantwoordelijkheid daarvoor ligt bij de baas. "Mensen vallen voor de schattige koppies van puppy's, maar hebben geen idee waar ze aan beginnen. En uiteindelijk belanden ze hier", vertelde Majori Meijer van Dierenopvang Amsterdam in maart. Ze gaf een rondleiding in het asiel, dat vol zat met hoog risico-honden. Spikey was er een van.

Video: zo zat Spikey er 9 maanden geleden bij

In maart zat Spikey nog in het dierenasiel, waar niemand hem wilde adopteren. "Maar ook hij verdient een mand bij de verwarming", vertelde Majori Meijer van Dierenopvang Amsterdam toen.

Pleegzorg

De juiste baas voor de juiste hond vinden is belangrijk. Voor Spikey bleek dat motorreparateur Richard uit Zwanenburg te zijn. "Mijn vorige hond overleed 1,5 jaar geleden en ik dacht: ik begin er niet meer aan", vertelt hij. Maar toen hij een video van Spikey zag, bleek die sprekend op zijn vorige hond te lijken. Bij het asiel aangekomen was het besluit gauw gemaakt.

Via een pleegzorgprogramma kon Richard Spikey snel in huis nemen. "Zo kan je bekijken of het werkt. De hele periode lang staat er een team van het asiel achter je. Je wordt dus niet aan je lot overgelaten." Asielhonden kunnen in pleegzorg worden geplaatst om te kijken hoe ze het buiten het asiel doen. Bevalt het de baas en de hond, dan kan de pleegsituatie overgaan in adoptie.

'Ik heb zijn vertrouwen gewonnen'

De eerste paar weken was het wennen. "Dan stond de deur open en rende hij ervandoor", vertelt Richard. "Maar na 400 meter dacht hij ineens: wat ben ik eigenlijk aan het doen?" Nu is dat helemaal niet meer zo. "Sinds een maand of 2 is hij echt zwaan-kleef-aan. Ik denk dat ik zijn vertrouwen heb gewonnen."

Veel heeft te maken met hoe Richard met zijn hond omgaat. "Ik zorg dat ik altijd duidelijk zijn baas ben. Zo loop ik altijd als eerste naar buiten. Hij moet weten wat zijn plek in de roedel is. Als je dat goed doet, dan merk je dat de helft van het dominante gedrag al wegvalt."

Lees ook

Eind goed, al goed (maar niet voor alle honden)

En zo sluit Spikey het jaar gelukkig af. "Omdat ik mijn eigen bedrijf heb, kan hij 24/7 bij mij zijn. We gaan overal samen naartoe. En hij is ook beste vrienden geworden met twee teefjes uit de buurt." De pleegperiode loopt op zijn eind, maar Richard hoefde er niet over na te denken: hij gaat Spikey binnenkort officieel adopteren.

Toch hebben lang niet alle hoog-risico honden datzelfde geluk. Veel asiels zitten nog vol met dit soort honden. "Het is zeker meer dan de helft", vertelt Majori Meijer van het asiel in Amsterdam. Voor mensen die adoptie overwegen, heeft Richard nog wel een advies. "Je kunt beter eerst een makkelijkere hond hebben gehad voor je aan zo'n moeilijkere hond begint. Maar als je die ervaring hebt, kan het echt heel goed uitpakken."

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Van Schiedam naar Damascus: Shadi keert na 12 jaar terug naar zijn geboorteland

Van Schiedam naar Damascus: Shadi keert na 12 jaar terug naar zijn geboorteland
Shadi (links) met zijn oud-buurman in Damascus
Bron: EenVandaag

Shadi Karazi vluchtte in 2013 uit Syrië voor de verwoestende burgeroorlog. Hij woont al 9 jaar in Nederland en gaat nu voor het eerst terug naar zijn familiehuis in de Syrische hoofdstad Damascus. "Slechter dan onder Assad kan het nooit meer worden."

Shadi vluchtte uit Harasta, een buitenwijk van de hoofdstad Damascus die na jaren van belegering en bombardementen vrijwel verwoest is. Hij verbleef eerst in een aantal andere landen voordat hij terechtkwam in Schiedam. Daar werkt hij nu al bijna 5 jaar bij woningcorporatie Maasdelta Groep in Spijkenisse.

'Had gehoopt op meer mooie momenten'

De moeder van Shadi bleef in Syrië en overleed in 2015. Zowel hij als zijn broer konden niet bij de begrafenis zijn. "Toen hadden we nog geen verblijfsvergunning, dus we mochten niet reizen", legt hij uit.

Het blijft tot op de dag van vandaag een moeilijke herinnering voor hem. "Dat blijft in mijn hart, ze is daar in haar eentje overleden. Ik had gehoopt nog meer mooie momenten met haar te hebben."

Bekijk ook

Besef

"Ik voelde me ook niet goed als ik bijvoorbeeld succes had in Nederland", gaat Shadi verder over het verlies van zijn moeder. "Ik miste iemand om het aan te vertellen, mijn moeder."

Hij bleef hopen op een hereniging met haar. Maar toen hij tijdens zijn bezoek aan Damascus haar graf zag, voelde het alsof er een zware steen van zijn borst werd getild. De waarheid van haar overlijden kwam toen eindelijk binnen, vertelt hij.

'Zoiets kan nooit meer gebeuren'

De laatste weken is veel meer naar buiten gekomen over het leed van de Syrische bevolking onder Assad en tijdens de lange burgeroorlog. Hele wijken zijn vernietigd door bombardementen en tienduizenden mensen gevangengenomen. Velen van hen hebben dat niet overleefd.

De val van het regime en het einde van de burgeroorlog was een feest voor de bevolking. Maar volgens Shadi heeft het land nu veel tijd nodig om alles opnieuw op te bouwen. "Maar de situatie kan nooit slechter dan de tijden van Assad, zoiets kan nooit meer gebeuren."

Bekijk ook

'Ik vind hem een held'

Tijdens zijn bezoek aan zijn geboorteland kwam Shadi ook nog anderen tegen, zoals zijn buurman, die hij meteen in de armen sloeg. "Ik vind hem een held, want hij is ook tijdens het beleg van 6 jaar daar gebleven", vertelt hij.

Shadi's buurman heeft 2 jaar lang opgesloten gezeten en zag hoe zijn 14-jarige dochter om het leven kwam door een raketaanval. "Maar tot nu toe is hij nog steeds daar, daarom zie ik hem echt als een held. Ik leer van zo'n persoon."

Connecties uit het verleden

Ook kwam Shadi vrienden uit zijn kinder- en schooltijd tegen. Ze waren enorm blij om elkaar weer te zien. "Gelukkig heb ik er een paar gevonden", lacht hij.

"Ik ben ook op bezoek geweest bij de moeders van mijn vrienden die nog niet naar Syrië konden komen." Op die manier vond hij toch nog connecties uit het verleden.

Bekijk ook

Betalen voor hotel in geboorteland

Wat voor Shadi het raarst was tijdens zijn bezoek aan zijn geboorteland, is dat hij in een hotel moest slapen. Hij had geen woning of andere plek om te slapen, het huis van zijn moeder was al leeggemaakt zodat mensen tijdens het beleg meubels konden verbranden voor warmte.

"Ik stond met veel emoties bij de receptie", vertelt hij. "Ik ben hier geboren en getogen, maar ik moest een kamer in een hotel vinden. Dat vind ik echt niet normaal."

Veilig in Nederland

Voor Shadi was het ondanks alles niet moeilijk om na zijn bezoek terug naar Nederland te gaan. "Alles is nu vreemd daar, alles is veranderd."

Shadi heeft nu een gezin in Nederland, zijn jongste dochter is hier geboren. "We hebben hier veiligheid gekregen", gaat hij verder. "Ik houd van Syrië en ik heb zin om daar te leven, maar dat kan je niet binnen een paar dagen beslissen." Hij wil wel weer snel op bezoek. "Want mijn kleine dochtertje is ook blij dat ze haar oma en opa, de ouders van mijn vrouw, kan ontmoeten."

Shadi uit Syrië keert na 12 jaar terug naar zijn geboorteland: 'Alles is veranderd'

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Poeptransplantatie om van darmziekte af te komen? Rinneke deed mee aan onderzoek: 'Is niets vies aan'

Poeptransplantatie om van darmziekte af te komen? Rinneke deed mee aan onderzoek: 'Is niets vies aan'
Rinneke onderging een poeptransplantatie om van haar darmziekte af te komen
Bron: EenVandaag

Het klinkt vies: een poeptransplantatie, waarbij je andermans uitwerpselen krijgt toegediend om je ziekte te verhelpen. Toch heeft het veel potentie, denkt Rinneke. Zij lijkt van haar ziekte af. "Kan weer wandelen zonder de bosjes in te hoeven."

Rinneke Kamminga heeft colitis ulcerosa, een chronische ontstekingsziekte van de darm. "Ik heb heel veel moeite om mijn ontlasting op te houden. Als ik aandrang krijg moet ik eigenlijk al op de wc zitten", vertelt ze. Op slechte dagen moet ze meer dan tien keer per dag naar het toilet en ervaart ze allerlei pijnen. Het beheerst haar hele leven.

Fecestransplantatie

Maar er gloort ook hoop, want Rinneke is proefpersoon voor wetenschappelijk onderzoek naar een nieuwe behandelmethode die goed lijkt te werken. Haar ontstekingswaarden zijn enorm gedaald en de stoelgang is genormaliseerd.

Rinneke kreeg 5 maanden geleden een zogenoemde fecestransplantatie in het Amsterdam UMC. Daarbij krijgen patiënten de darmmicrobiota van een gezonde donor toegediend via hun poep.

Bekijk ook

'Je proeft en ruikt het niet'

"Een vriendin had me erover getipt", vertelt Rinneke over het ontdekken van de behandeling. "Ik ben gaan lezen en dacht: nou ja, als die andere medicijnen allemaal niet werken, wil ik dit wel proberen."

Ze vindt er zelf niets vies aan, zegt ze beslist. "Ik ben verpleegkundige, dus ben wel wat gewend. En je proeft het niet en je ruikt het niet."

Nieuwe gezonde ontlasting

"Bij mensen met colitis ulcerosa spoelen we hun eigen ontlasting weg en we geven we ze nieuwe, verse ontlasting van een supergezonde donor", vertelt maag-darm-leverarts Cyriel Ponsioen. Hij leidt het onderzoek TURN2 waar Rinneke aan meedoet.

"In Nederland lijden zo'n 50.000 mensen aan colitis ulcerosa", weet hij. "Deze chronische darmontsteking leidt tot klachten als diarree, krampen, bloedverlies en vermoeidheid. Daardoor kun je ook je werk niet goed meer doen."

De darmziekte van Rinneke werd behandeld met een experimentele poeptransplantatie

Natuurlijke balans

Veel mensen hebben baat bij medicijnen, maar de ontsteking genees je daar niet mee, legt Ponsioen uit. "Wij denken dat als we de natuurlijke balans tussen bacteriën, virussen, schimmels, al die micro-organismen in je darm kunnen herstellen, dat de ziekte dan tot rust kan komen en misschien wel helemaal over is."

10 jaar geleden startte Ponsioen een eerste studie, met veelbelovende resultaten. Van de 25 behandelde patiënten leken er zes genezen. Maar deze resultaten waren niet wetenschappelijk significant.

Vervolgonderzoek

Er kon niet met zekerheid worden gezegd dat de verbetering door de poeptransplantatie kwam en niet door toeval. Daarom kwam er een vervolgonderzoek, waar Rinneke aan meedoet. Deze studie is 'dubbelblind': er is een groep die echt de poeptransplantatie krijgt, en een placebo-groep.

Rinneke vermoedt dat ze in de eerste groep zit. "Na de eerste behandeling hielp het al een beetje en hoefde ik minder vaak naar het toilet. Na de vierde ging het nog veel beter."

Bekijk ook

Hoge verwachtingen

Ponsioen verwacht veel van zijn onderzoek. "Het onderzoeksteam kan binnenkort de resultaten gaan analyseren. Wij hopen dat ongeveer 40 procent van de mensen die we behandelen blijvend goed op de poeptransplantatie reageert."

Hij benadrukt dat de TURN2 studie vol zit en patiënten zich dus niet meer kunnen aanmelden. Uiteindelijk hoopt Ponsioen zoveel kennis op te doen dat hij straks precies weet welke bacteriën gunstig zijn en bijdragen aan een gezond microbioom in de darmen.

Therapie in pilvorm

"Dat wil zeggen dat je naar het laboratorium gaat en heel erg goed gaat kijken om welke bacteriën het gaat, om welke virussen en om welke schimmels, zodat je weet welke je moet terugbrengen."

Met die kennis hoopt Ponsioen uiteindelijk een therapie te ontwikkelen die mogelijk in de toekomst in pilvorm beschikbaar kan worden. "Dan hoef je tenminste niet meer opgeloste ontlasting via een slangetje naar binnen te brengen", zegt hij tot slot.

Bekijk ook

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Ook interessant