radio LIVE
meer NPO start

Is het centraal eindexamen nog van deze tijd? 'Het verhoogt de prestatiedruk op leerlingen'

Is het centraal eindexamen nog van deze tijd? 'Het verhoogt de prestatiedruk op leerlingen'
Bron: ANP

Blokken tot in de late uurtjes: een kleine 200.000 middelbare scholieren beginnen vandaag aan hun eindexamens. Maar is zo'n centraal toetsmoment wel de beste manier om leerlingen voor te bereiden op de toekomst? "Het bepaalt de helft van het eindcijfer."

De eindexamens zijn het hoogtepunt van een zenuwslopende periode voor veel middelbare scholieren. De komende 3 weken worden hun eindcijfers namelijk voor de helft bepaald. Docent Nederlands Arnoud Kuijpers en voorzitter Rafke Hagenaars van het Landelijk Aktie Komitee Scholieren (LAKS) vinden dat dat anders moet.

Eindexamen in twee delen

Het eindexamen bestaat in Nederland uit twee onderdelen. Het schoolexamen bestaat uit de toetsen die scholen zelf afnemen in het examenjaar, en vaak ook in het jaar daarvoor. Per niveau en vak zijn vaste landelijke richtlijnen. Omdat leraren deze toetsen zelf maken, verschillen ze per school.

Daarnaast is er het centraal examen, aan het einde van het examenjaar. Alle leerlingen in heel Nederland maken deze op hetzelfde moment. Het College voor Toetsen en Examens (CvTE) is verantwoordelijk en geeft toetscentrum Cito de opdracht om die examens te maken. Het schoolexamen en het centraal examen vormen samen het eindexamen en tellen beide voor 50 procent mee voor het eindcijfer.

Bekijk ook

'Momentopname zorgt voor stress'

Docent Kuijpers heeft een YouTube-kanaal waarop bij video's plaatst over de Nederlandse taal, het vak en de eindexamens. Dat het centraal examen voor 50 procent meeweegt, vindt hij te zwaar. "Nu zie je namelijk dat leerlingen in 3 weken tijd de helft van hun cijfers bepalen", legt hij uit. "Ik ben eerder voor een verhouding van 80 procent tegenover 20 procent."

Bovendien verhoogt het de prestatiedruk bij leerlingen, zegt LAKS-voorzitter Hagenaars, die zelf ook dit jaar in haar examenjaar zit. "Het een momentopname en dat pakt niet voor iedereen gunstig uit. Je kan 3 jaar lang super goed je best doen en tijdens de eindexamens heel erg gestresst raken. Door die enorme druk die je ervaart kan je veel slechtere cijfers halen."

Niet representatief

Daarnaast is er ook inhoudelijk kritiek op de inhoud van de examens. Marjolein van de Gender, docent Nederlands aan het Berlage Lyceum Amsterdam, plaatste eerder in het radioprogramma Dit is de dag haar vraagtekens hierbij. "Het eindexamen Nederlands gaat over leesvaardigheid en dat zijn vaak moeilijke teksten."

"De vragen gaan over alineaverbanden, waarbij één woordje vaak heel erg belangrijk is. Als je nou net dat ene woordje niet snapt of het nuanceverschil niet weet, dan heb je gewoon een probleem", legt ze uit. Van de Gender noemt het centraal examen daarom niet representatief en vindt het 'belachelijk dat dit examen ervoor zou kunnen zorgen dat leerlingen geen diploma krijgen'.

Bekijk ook

Geschrapt in coronacrisis

Dat de examens anders kunnen worden ingevuld liet de coronapandemie zien: in het voorjaar 2020 werd het centraal examen namelijk geschrapt vanwege de uitbraak van het - toen nog - nieuwe coronavirus. Leerlingen konden op basis van de resultaten van het schoolexamen hun diploma behalen. Laat dat zien dat het centraal examen niet per definitie nodig is?

Inmiddels zijn we 4 jaar verder. "Het zou wel interessant zijn om te kijken hoe het nu gaat met die generatie, want die zit nu allang in een vervolgopleiding", zegt docent Nederlands Kuijpers. "Ik verwacht niet dat daar veel uitval is. Dat zou betekenen dat het zonder centraal examen ook gewoon kan."

Wat doen andere landen?

In sommige landen bestaat er geen centraal examen. België, Spanje en Zwitserland kennen bijvoorbeeld alleen een schoolexamen. Ook in de Verenigde Staten kennen ze nauwelijks centrale examens. Het middelbare schooldiploma telt daar veel minder zwaar. Daar moet je een toets doen om toegelaten te worden tot een college.

En als landen wel een centraal examen kennen, verschilt het soms nog weleens hoe zwaar die worden meegeteld. In Nederland wegen het schoolexamen en het centraal examen dus even zwaar, maar bijvoorbeeld in Frankrijk tellen de centrale examens maar voor 30 procent mee.

'Accent leggen door docent'

Daarnaast zijn er ook verschillen in de manier waarop de inhoud wordt bepaald. Zo worden de examens in Vlaanderen door de vakleerkrachten zelf opgesteld en niet door een centraal orgaan, zoals in Nederland. Kuijpers vindt die aanpak 'heel mooi': "Doordat je meer invloed op het examen hebt, kan je als docent beter het accent leggen op aspecten die leerlingen écht goed voorbereiden op de toekomst."

Zowel hij als LAKS-voorzitter Hagenaars zien wel wat in andere toetsvormen en denken dat Nederland zekers iets kan leren van andere landen. Al ziet docent Nederlands Kuijpers tegelijk ook een belangrijk argument vóór het centraal examen: het kan namelijk voor een bepaalde mate van eerlijkheid zorgen. "Iedereen krijgt zelfde toets waarmee je het niveau kunt bepalen."

Bekijk ook

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Geen bus meer in de avond of op zondag: reizigersvereniging noemt bezuinigingen ov 'desastreus'

Geen bus meer in de avond of op zondag: reizigersvereniging noemt bezuinigingen ov 'desastreus'
Een bus van de Haagse vervoersmaatschappij HTM
Bron: ANP

De bezuiniging van 335 miljoen euro op het openbaar vervoer, die het kabinet volgend jaar wil doorvoeren, heeft mogelijk ingrijpende gevolgen voor het busvervoer. Dat zegt reizigersvereniging Rover.

Rover bracht voor het busvervoer in kaart wat de bezuinigingen voor gevolgen kunnen hebben. De scenario's die daaruit volgen, kun je 'extreem' noemen. Samengevat: of de prijzen gaan flink omhoog, of er wordt een grote hap uit de dienstregeling genomen, of het wordt een combinatie van beide.

Veel onduidelijk

"Vooropgesteld: de werkelijke gevolgen weet nu nog niemand", zegt directeur Freek Bos van Rover. "Het zou bijvoorbeeld ook kunnen dat er geen enkele bus minder gaat rijden, maar dat de kaartjes 25 procent duurder worden."

Hij vervolgt: "Of de kaartjes worden 15 procent duurder en een relatief klein deel van de bussen en trams wordt geschrapt."

Scenario's van bezuinigingen op openbaar vervoer

Helemaal geen bus meer

Rover maakte per provincie scenario's: welke hap moet er uit de dienstregeling worden genomen als er geen forse prijsstijgingen zouden komen om de bezuiniging mee te dekken? Het zijn minimale varianten, maar zelfs die zijn al 'zeer ingrijpend' te noemen. "Op zondag helemaal geen bus meer, bijvoorbeeld. En er zijn ook regio's waar je er rekening mee moet houden dat daar 's avonds geen bus meer rijdt", vervolgt Bos.

Rover gaat nu het publiek vragen welk scenario er in hun regio zeker niet gekozen mag worden. Op de website van de reizigersvereniging kun je je provincie kiezen en je mening geven over de toekomst van het openbaar vervoer daar.

Terugdraaien

Bos legt zich nog niet neer bij de zwarte scenario's, benadrukt hij. "Wij hebben de gevolgen in kaart gebracht, omdat het kabinet dat niet heeft gedaan. De bezuiniging is in principe al ingeboekt, maar in september is er gewoon weer een miljoenennota. En dan kunnen ze het weer terugdraaien."

Een vervoerregio die hard wordt geraakt door de plannen van het kabinet, is de Metropoolregio Rotterdam Den Haag: hier moet maar liefst 72 miljoen euro op het openbaar vervoer bezuinigd worden.

Bekijk ook

Administratieve fout

Een deel van de landelijke bezuinigingen zijn het gevolg van een 'administratieve fout', gaf het kabinet in april toe. Het gaat om 110 miljoen euro die wordt bezuinigd op de zogenoemde Brede Doelgroepuitkering Verkeer en Vervoer (BDU). Dat is een financiële bijdrage die provincies en stadsregio's jaarlijks ontvangen van het ministerie voor de uitvoering van verkeer en vervoer op lokaal en regionaal niveau.

Dat de bezuinigingen toch worden doorgevoerd, leidt tot boosheid bij Jeffrey Keus. Hij is wethouder in Leidschendam-Voorburg en portefeuillehouder ov-exploitatie van de Metropoolregio Rotterdam Den Haag.

Desastreus

"Het kan gebeuren dat je een fout maakt. Maar dan ga je hem ook herstellen. De fout is wel erkend, maar hij is niet hersteld. En dat maakt dat wij nu behoorlijk veel problemen hebben in deze regio. Uiteindelijk moeten we het openbaar vervoer voor onze inwoners op een goede manier regelen. Zonder deze middelen gaat dat echt een stuk moeilijker."

Het schrappen van buslijnen vindt Keus niet wenselijk, maar uitsluiten kan hij het niet. "En ja, dat zou wel echt desastreus zijn, ook voor mensen die afhankelijk zijn van deze bussen."

Bekijk ook

Geen herstel van fout

Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat verwijst in een reactie naar een Kamerbrief van 25 april. Daaruit bijkt dat staatssecretaris Chris Jansen de administratieve fout niet gaat herstellen. Hij wijst erop dat de coalitiepartijen daar in de Voorjaarsnota geen geld voor hebben vrijgemaakt.

"Helaas heb ik moeten concluderen dat er bij de Voorjaarsnotabesluitvorming geen middelen beschikbaar zijn gekomen voor het compenseren van het effect van de generieke korting op specifieke uitkeringen op de BDU. Ik blijf hierover in gesprek met de regio om te bezien op welke wijze kan worden gezorgd dat het openbaar vervoer in de vervoerregio's betrouwbaar, comfortabel en betaalbaar blijft."

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Kersentelers zijn bang voor minder oogst door suzuki-fruitvlieg: 'Het is 2 voor 12'

Kersentelers zijn bang voor minder oogst door suzuki-fruitvlieg: 'Het is 2 voor 12'
Kersenteler Arie Hakkert maakt zich zorgen om zijn oogst
Bron: EenVandaag

Nederlandse kersentelers maken zich zorgen om hun oogst dit jaar. Ze zijn bang dat die ten onder gaat aan de 'suzuki-fruitvlieg'. De oogst is volgens de telers nog te redden, maar dan moet het gewilde bestrijdingsmiddel wel op tijd goedgekeurd worden.

De kersentelers wachten op een verlossend bericht van landbouwminister Femke Wiersma. Zij moet bepalen of gebruik van het bestrijdingsmiddel Tracer dit jaar wordt toegestaan, En dat wordt nog spannend, want toenmalig minister Piet Adema zei vorig jaar dat het toen de laatste keer was dat een uitzondering gemaakt werd voor het bestrijdingsmiddel.

Al 10 jaar uitzondering

Het bestrijdingsmiddel Tracer is namelijk nog altijd niet goedgekeurd door het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb). Die instantie beoordeelt of een bestrijdingsmiddel gebruikt mag worden.

Zolang het Ctgb zijn oordeel nog niet heeft gegeven, kan de verantwoordelijk minister een vrijstelling voor gebruik geven. En dat gebeurt in dit geval al 10 jaar op rij.

Bekijk ook

Perfect jaar voor kersen

Kersenteler Arie Hakkert uit de Betuwe vertelt dat het tot nog toe een perfect jaar is voor de kersenteelt: "We hebben prachtig weer gehad in de bloeiperiode. Weinig nattigheid en de temperatuur was goed. Dus we verwachten een goede oogst dit jaar."

Volgens Arie is de ideale temperatuur voor de kers tussen de 20 en 25 graden. De kersen hangen er nu nog groen bij, maar uiteindelijk krijgen ze de bekende rode kleur. "We hopen half juni te beginnen met oogsten. De kersen zullen waarschijnlijk begin juni een gele kleur krijgen en gaan dan over naar rood."

Suzuki-fruitvlieg

Maar ondanks dat het zo'n goed jaar is voor de kers, is Arie bang voor zijn oogst. De Nederlandse kers heeft er sinds een jaar of 10 namelijk een nieuwe vijand bij: de suzuki-fruitvlieg. Een beestje dat oorspronkelijk afkomstig is uit Zuidoost-Azië en in 2008 voor het eerst werd opgemerkt in Europa.

Vooral kersentelers hebben last van de fruitvlieg. "Deze fruitvlieg kan door de schil van het fruit kruipen en legt daar eitjes onder. Daar komen larven uit die de vrucht van binnenuit opeten. Vervolgens gaat de vrucht rotten en is die onverkoopbaar", legt onderzoeker Herman Helsen uit.

Kersentelers zijn bang voor verlies oogst door suzuki-vlieg: 'Het is 2 voor 12'

Net niet voldoende

Kersenteler Arie gebruikt nu een speciaal net om de fruitvliegjes buiten te houden: "Het is een heel fijnmazig net waar in principe geen vliegjes doorheen kan komen. Het hele veld moet ermee worden ingepakt."

Maar alleen een net is niet voldoende, vertelt hij: "De suzuki-fruitvlieg is zo klein dat het 'm toch lukt om ergens binnen te komen. Bovendien moeten we nog steeds zelf bij de kersen kunnen. Dus als het net omhoog gaat of waait, gaat de fruitvlieg ook naar binnen."

Wesp tegen vlieg

In een lab van de Wageningen University & Research (WUR) wordt daarom gewerkt aan een andere oplossing, namelijk de sluipwesp. Dat is een natuurlijke vijand van de suzuki-fruitvlieg, vertelt onderzoeker Helsen. "De sluipwesp legt haar eieren in de larven van de suzuki-fruitvlieg en kan zo de enorme toename verminderen."

Toch is de sluipwesp vooralsnog geen vervanging voor het bestrijdingsmiddel. "We hebben er nu enkele honderden, daar kunnen we de oogst niet mee redden", zegt Helsen. En dus wacht kersenteler Arie in spanning af op het besluit van Landbouwminister Wiersma. "Als we het middel niet meer krijgen, dan is het einde kersenteelt. Het is echt twee voor twaalf."

Bekijk ook

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Ook interessant