radio LIVE tv LIVE
meer NPO start

Boodschap kabinet over omikron was alarmerend, maar we maken ons er nauwelijks meer zorgen over

Boodschap kabinet over omikron was alarmerend, maar we maken ons er nauwelijks meer zorgen over
Lege winkelstraat in Rotterdam op de eerste dag van de harde lockdown
Bron: ANP

Ondanks de alarmerende geluiden van het OMT en het kabinet over omikron is er van massale paniek in het land geen sprake. De zorgen over de nieuwe coronavariant zijn slechts licht gestegen sinds de ontdekking ervan in zuidelijk Afrika eind november.

Iets meer dan de helft (55 procent) geeft nu aan bezorgd te zijn over omikron, 6 procent meer dan toen de variant eind november nog ver weg leek. Dat blijkt uit onderzoek van EenVandaag onder ruim 29.000 leden van het Opiniepanel.

'Variantenmoe'

Mensen die zich ondanks de snelle opmars van de omikronvariant in Nederland geen zorgen maken, hebben het erover dat omikron besmettelijker is, maar niet gevaarlijker. Daarnaast bestaat de groep zonder grote zorgen uit mensen die überhaupt niet bang zijn voor corona en vinden dat maatregelen meer kwaad doen dan het de ziekte zelf. Ook neemt de gelatenheid toe naarmate de crisis voortduurt, zoals een ondervraagde schrijft: "Ik denk dat ik een beetje 'variantenmoe' ben geworden. De vrees is omgeslagen in een soort schouderophalen, merk ik ook bij anderen."

Opvallend is verder dat het aantal mensen met zorgen over het coronavirus in het algemeen zelfs flink daalt, van 72 procent eind november naar 60 procent nu. Een maand geleden waren mensen vooral ongerust over het hoge aantal besmettingen die de deltavariant destijds nog veroorzaakte. Begin december daalde dat aantal flink en namen dus ook de zorgen af.

Lees je dit artikel op je smartphone? Draai het scherm voor betere weergave.

Verdeeldheid over lockdown

Het gebrek aan een collectieve paraatheid zorgt er onder andere voor dat lang niet iedereen overtuigd is van het nut van de harde lockdown die het kabinet zondag liet ingaan. 52 procent vindt het goed dat het kabinet die heeft afgekondigd. Vergeleken met de steun voor een vergelijkbare harde lockdown van een jaar geleden is dat laag. Eind 2020 toonde maar liefst driekwart (73 procent) begrip toen het kabinet besloot de niet-essentiële winkels, contactberoepen en doorstroomlocaties te sluiten.

Verder verschilt het draagvlak per maatregel nogal. Nog niet de helft staat achter het sluiten van de binnensportlocaties, horeca, bezoekersbeperking met de feestdagen en het maximum aantal mensen waarmee men buiten mag samenzijn. Alleen het sluiten van niet essentiële voorzieningen, zoals pretparken, musea en theaters, noemt een krappe meerderheid (56 procent) een goede zaak.

Lees je dit artikel op je smartphone? Draai het scherm voor betere weergave.

Nieuwe mentale knauw

Ook kwam de harde lockdown voor veel mensen vrij plotseling en waren ze er niet op voorbereid. "Gezien de impact van de lockdown ging het kabinet ineens wel heel snel. Horeca, scholen, eigenlijk iedereen was overrompeld en kon hier niet op inspelen."

De harde lockdown zorgt voor een nieuwe mentale klap bij mensen in het land. Drie op de tien zeggen zich sinds het afkondigen van de lockdown geestelijk slechter te voelen, terwijl de coronacrisis hiervoor al zorgde voor flinke mentale problemen. Vooral jongeren krijgen weer een mentale knauw. Daarvan zegt de helft zich slechter te voelen ten opzichte van een week geleden.

Lees je dit artikel op je smartphone? Draai het scherm voor betere weergave.

Trappelen om boosters

Volgens het kabinet kunnen boosters Nederland wat lucht geven, mits gevaccineerden daar snel gebruik van maken. Die bereidheid is er. 88 procent van de gevaccineerden zegt een extra coronaprik te willen of heeft die inmiddels al. Van de mensen die er nog niet aan de beurt zijn, zegt daarnaast bijna iedereen (94 procent) die een booster wil meteen een afspraak te zullen maken zodra ze de kans krijgen.

Tot nu toe kregen alleen 60-plussers die kans. De ervaringen met het maken van een afspraak blijken wisselend. Vooral mensen die niet zo handig zijn met het internet en wachten op een brief hadden het lastig. Een ondervraagde schrijft: "Ik kreeg ten eerste geen brief, ook al ben ik ver boven de 70. Uiteindelijk ben ik er door een artikel in de krant achtergekomen dat je zelf initiatief moet nemen. Ik heb gebeld, gewacht, opnieuw geprobeerd en dat drie keer. Het heeft een week geduurd maar nu heb ik 'm gelukkig."

Lees je dit artikel op je smartphone? Draai het scherm voor betere weergave.
info

Over dit onderzoek Het onderzoek is gehouden op 20 en 21 december 2021. Aan het onderzoek deden 29.008 leden van het EenVandaag Opiniepanel mee. Het onderzoek is na weging representatief voor zes variabelen, namelijk: leeftijd, geslacht, opleiding, burgerlijke staat, spreiding over het land en politieke voorkeur gemeten naar de Tweede Kamerverkiezingen van 2021. Het Opiniepanel bestaat uit 70.000 leden.

Bekijk ook

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Er zijn te weinig standbeelden van vrouwen en dat moet veranderen, vindt Rotterdams raadslid Ellen Verkoelen: 'Het gaat over emancipatie'

Er zijn te weinig standbeelden van vrouwen en dat moet veranderen, vindt Rotterdams raadslid Ellen Verkoelen: 'Het gaat over emancipatie'
Raadslid Ellen Verkoelen van JOU wil dat er meer beelden van vrouwen in Rotterdam komen
Bron: EenVandaag

Tel je het aantal beelden in Nederland, dan zie je veel meer mannen dan vrouwen. Ook in Rotterdam is dat het geval, maar daar wil raadslid Ellen Verkoelen verandering in brengen. "Deze vrouwen moeten gewaardeerd worden."

In Rotterdam staan 550 beelden, waarvan vijftig beelden van mannen die echt bestaan of bestonden. Kijk je naar het aantal beelden van bestaande vrouwen, dan kun je er een stuk minder tellen: vijf om precies te zijn. En daarvan zijn drie van koningin Wilhelmina. Als het aan raadslid van de Jongere Ouderen Unie (JOU) Ellen Verkoelen ligt, komt daar verandering in.

Maar vijf vrouwenbeelden

"Het is toch te gênant voor woorden. In het kader van de emancipatie, snap ik het niet", begint Verkoelen. "We hebben voldoende vrouwen om te eren, om te waarderen en daar moeten we gewoon standbeelden voor krijgen."

Verkoelen loopt als Rotterdammer vaak door de stad. Standbeelden van mannen ziet ze genoeg. "Pim Fortuyn, Piet Hein, onze bokser Bep van Klaveren", somt ze op. "Je kunt het zo gek niet noemen of we hebben er standbeelden voor, maar we hebben er dus maar vijf voor vrouwen."

info

Scheve verhouding in heel Nederland

Niet alleen in Rotterdam is er een scheve verhouding in het aantal beelden van mannen en vrouwen. Uit een inventarisatie van Volkskrant uit 2023, van ruim 5.000 standbeelden in 197 verschillende gemeenten in het land, bleek dat maar 17 procent van de beelden in Nederland vrouw is. En een gedeelte daarvan zijn fictionele vrouwen, of vrouwen zonder naam in plaats van historische figuren.

Nomineren via website

Om daar iets aan te doen, zette Verkoelen een actie op: via de website Vrouw in Beeld konden mensen Rotterdamse vrouwen nomineren van wie zij vinden dat ze een beeld verdienen. Ondertussen is de site alweer gesloten en is bekend gemaakt wie de negen genomineerde vrouwen zijn.

De actie was goed te vinden, vertelt het raadslid. "Ik heb gezegd tegen alle Rotterdammers, en iedereen daarbuiten: 'Kom op! Nomineer Rotterdamse vrouwen. Kom op, ik wil ze zien'." Er kwamen 398 nominaties binnen.

Historische en lokale heldinnen

Die nominaties heeft Verkoelen vervolgens verdeeld in drie categorieën. "De historische heldinnen die al overleden zijn", noemt ze als eerste. "Kaat Mossel. Nou jongens, Rotterdammer Kaat Mossel heeft geen standbeeld! Dat was natuurlijk de Rotterdamse mosselverkoopster die in de achttiende eeuw hier stampij ging maken en zei: 'Weg met al die koningsgezinden, jullie moeten eruit.'"

"Dan ga ik naar de lokale heldinnen", gaat ze verder. "Dat zijn dus echt de dames die hier in de wijk heel veel werk doen, vrouwen die nog leven. We hebben tal van dat soort vrouwen die onmisbaar zijn in Rotterdam."

Bekijk ook

Loes Luca, Nelli Cooman en Michelle van Tongerloo

En de derde categorie bestaat uit beroemde vrouwen uit Rotterdam. "Loes Luca staat op één. Nelli Cooman en Michelle van Tongerloo." Die laatste is er alleen niet heel blij mee dat ze genomineerd is, vertelt Verkoelen. "Die zegt: 'Dat wil ik niet.' Maar ja, ik heb ook gezegd: 'Sorry, je bent gewoon het meest genoemd.'"

"Dat zijn gewoon vrouwen die gewaardeerd moeten worden door ons." Verkoelen hoopt dus ook dat het college van Rotterdam ermee aan de slag gaat, en ook echt een beeld gaat realiseren. "Het gaat over emancipatie, zorg gewoon dat we in 2026 een nieuw standbeeld hier hebben van een Rotterdamse vrouw bij naam."

Volgende generatie

Dat er zo weinig beelden van vrouwen zijn, komt volgens Verkoelen omdat vrouwen vaak bescheiden op de achtergrond staan. "En we zeggen van: 'Dat hoeft allemaal niet.' En mannen denken er niet aan om ons te nomineren, om ons te eren, om ons te waarderen op die manier. Dat is nou eenmaal zo. Maar daar moet verandering in komen."

Bij dit initiatief heeft het raadslid vooral de volgende generaties in gedachten. "Om het aan onze jongelui, aan de jongere generaties, te laat zien. Kom op dames, kijk eens wat daar staat: daar staat een standbeeld van een vrouw die er toe doet, mooi bordje eronder wat ze gedaan heeft. Dat is een goed rolmodel."

Bekijk ook

'Laten we een keer iets leuks doen'

En naast dat het raadslid hoopt dat haar initiatief verandering brengt, is het ook 'gewoon leuk'. "Het is ook eens een keer iets wat we met z'n allen best willen. We hebben al zoveel sores, en niks kan al en alles is moeilijk. Hier kunnen we het allemaal over eens zijn."

"Dan verbinden we Nederland ook weer eens een keer op een leuke manier. En daar ben ik zo aan toe. Die politiek is zo zuur, het is allemaal zo ellende. Nou, laten we ook eens een keer iets leuks en liefs doen", zegt ze tot slot.

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Nog altijd stank in Hellevoetsluis door wietfabriek, maar omwonenden Cora, Nettie en Wil blijven ertegen strijden

Nog altijd stank in Hellevoetsluis door wietfabriek, maar omwonenden Cora, Nettie en Wil blijven ertegen strijden
Bron: EenVandaag

Inwoners van Hellevoetsluis en omgeving ruiken al 1,5 jaar lang wiet als ze de deur uitlopen, of de ramen open hebben. Dat komt door een fabriek voor staatswiet. Ze zijn het zat, maar er lijkt geen verandering in te komen.

Voor het experiment met staatswiet staat in Hellevoetsluis een legale wietfabriek. Een nare bijkomstigheid: een heftige wietgeur. Inwoners trekken al tijden aan de bel, maar tot nu toe met weinig resultaat. "Wij zijn gewoon slachtoffer van een experiment."

'Hoesten, hoofdpijn, prikkende ogen'

Staat de wind goed, dan kunnen Hellevoetsluisers Cora van Mook en Nettie van der Sar even rustig door de neus ademen. Maar dat is de rest van de tijd wel anders. En staat de wind gunstig voor hen, 'dan zijn er ongetwijfeld andere mensen in de omgeving die last ervaren', vertellen ze.

Al 1,5 jaar hebben ze te maken met de stank, en dat heeft invloed. "'s Nachts als je je raam open hebt, dan heb je een hele droge keel en hoest je raar, je ogen kunnen prikken. Er zijn ook mensen die er echt migraineaanvallen van hebben", vertelt Cora. "Het lijkt op de geur die je weleens op straat ruikt maar dan een stuk zwaarder en penetranter."

Bekijk ook

Veel meldingen

Ze zijn niet de enigen die last hebben van de stank. "Er wordt ook gemeld vanuit Oostvoorne, Rockanje en Brielle, dus niet alleen vanuit ons", vertelt Wil van Barendrecht die naast de kas woont.

"Op dit moment liggen er 1.338 meldingen bij de DCMR", weet Wil. Dat is de Milieudienst Rijnmond die het bedrijf op geuroverlast controleert.

Wel aandacht, geen actie

Daarnaast zijn de inwoners al op verschillende plekken geweest om iets aan de stank te doen. "Bij de gemeente, in de rechtbank." Maar tot nu toe met weinig resultaat.

Wil vertelt: "De aandacht van de gemeente hebben we wel, maar er gebeurt niks omdat die zich verschuilen achter allerlei ingewikkelde procedures, zoals onder dwangsom bepaalde maatwerkbesluiten. En daar hebben ze iedere keer lange termijnen voor, die elke keer totdat het uiterste worden gerekt voordat er eindelijk weer eens actie ondernomen wordt."

Vaststellen normeringen

Het enige wat er voorlopig op zit voor de inwoners, is afwachten. "Op dit moment worden bepaalde normeringen vastgesteld, waaronder de geuroverlast moet blijven. Want er zijn nog niet echt meetinstrumenten ontwikkeld om nou precies te kunnen aantonen wanneer de geuroverlast boven een bepaalde norm uitkomt."

Maar ook als die normering rond is, is het afwachten hoe er vanuit het bedrijf wordt gereageerd. "Tot nu toe verdedigt het bedrijf zich met: 'We zijn nog bezig met maatregelen te nemen, met koolstoffilters neer te zetten en allerlei andere dingen te doen. Dat heeft tijd nodig voordat wij dat allemaal ingeregeld hebben.'"

Bekijk ook

Geen verandering

"We zijn bezig vanaf augustus 2023 en zitten nog steeds in dezelfde stank", zegt Wil ontzet. "Het blijft maar."

En een nieuwe plek zoeken om te wonen, dat zit er volgens de omwonenden ook niet in. Zelfs al zouden ze dat willen. "Je kan geen kant op, want je huis is gewoon veel minder waard."

Langzamer dan gewenst

Gemeente Voorne aan Zee, waar Hellevoetsluis onder valt, vertelt in een schriftelijke reactie dat ze de zorgen van de omwonenden goed begrijpen en dat ze het belangrijk vinden dat de overlast zo snel mogelijk stopt. "De zorg van onze inwoners staat voorop en daar zetten we ons voor in. Wij voelen ons niet verantwoordelijk voor de productie van wiet ten behoeve van het experiment, iets wat we ook meerdere keren aan Den Haag hebben laten weten."

Daarbij laten ze weten dat er voor de overlast een juridische procedure loopt. "Vanwege wet- en regelgeving en de duur van juridische procedures gaat dat langzamer dan gewenst. Dit komt omdat er in eerste aanleg nauwelijks regelgeving was voor juridische handhaving op geuroverlast."

Inspecteurs aanwezig

"We zijn voor de handhaving ten aanzien van geuroverlast niet gebonden aan landelijke regelgeving voor het Wietexperiment", gaat het statement verder. "Er zijn wettelijke eisen en termijnen waar we ons als gemeente aan moeten houden. Zo zijn wij verantwoordelijk voor de handhaving op de milieuwetgeving."

Volgens de gemeente zijn inspecteurs van DCMR Milieudienst Rijnmond regelmatig aanwezig om vast te stellen of sprake is van geuroverlast. "Dit doen zij zowel op basis van meldingen van inwoners als op eigen initiatief. Bij overtredingen wordt hierop gehandhaafd."

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Ook interessant