Toen Ziad El-Khaled vier jaar in Nederland woonde opende hij een winkel. In Syrië had Ziad al verschillende eigen bedrijven: “Ik heb een bouwbedrijf gehad, maar ook een sportschool, een autobedrijf en een fotolaboratorium. Dat heb ik allemaal achtergelaten.” Met hulp van een Nederlandse compagnon heeft Ziad nu zijn eigen winkel in Eindhoven. Grote winst maakt Ziad nog niet, maar hij kijkt vooruit: “Ik bouw iets voor de toekomst.”
Syriërs in Nederland kiezen er de laatste jaren vaker voor een eigen bedrijf te beginnen. Meldde zich vijf jaar geleden nog 153 nieuwe Syrische ondernemers, vorig jaar waren dat er al 517. Er staan nu in totaal 1520 Syrische ondernemers ingeschreven, waarvan de meesten in de horeca en de detailhandel werken.
Gemeentes moeten ondernemerschap aanmoedigen
Ondanks de toename van het aantal Syrische ondernemers zouden gemeentes deze weg naar werk veel meer moeten stimuleren. Dit zegt Floor ten Holder, die onderzoek doet naar de integratie en inclusie van nieuwkomers. “De focus van gemeentes ligt nu op mensen zo snel mogelijk naar werk leiden, maar niet op een duurzame manier. Dan krijgen ze een baan die veel te ver onder hun niveau ligt en stoppen ze er ook snel weer mee.”
Jay Asad onderkent dit. Hij is een Syrisch cateringbedrijf gestart in Amsterdam. “Een baan vinden duurt vaak lang en de kans is groot dat je werk krijgt dat je niet leuk vindt. Ondernemerschap is de beste route voor ons vluchtelingen om deel te nemen aan de samenleving.” Jay wil integreren en erbij horen, en wil nu ook eten gaan maken voor Nederlanders. Hij heeft grote plannen met een vegetarische variant van de Syrische snack, ‘qubi’, die hij hoopt massaal te gaan produceren.
Qubi als Syrische variant van de loempia?
Jay verwacht dat zijn ‘qubi’ net zo succesvol wordt als de loempia nu is voor Nederlanders. De loempia is groot gemaakt door een eerdere groep bootvluchtelingen, die hier ook vaak voor het ondernemerschap kozen: de Vietnamezen. “De loempia’s zijn een enorm succes geworden – dat hadden wij niet verwacht”, zegt Thuan Nguyen van het familiebedrijf Dong Tay. Zijn ouders introduceerden veertig jaar geleden de loempia in Rotterdam.
De vader van Thuan had na hun komst naar Nederland verschillende baantjes. Toen hij werd wegbezuinigd bij zijn laatste baan, hielp de directeur hem zijn onderneming op te zetten. Terugblikkend zegt hij dat het moeilijker is voor Syriërs om te ondernemen, dan het voor hem was. “Vroeger waren de Nederlanders en ook de gemeentes meer behulpzaam. Ze hielpen ons om zelfstandig te worden. Nu zijn ze niet meer zo soepel.” Toch moedigt hij de nieuwkomers van nu om ook te gaan ondernemen. “Je moet het een kans geven en niet opgeven. Als je het niet probeert lukt het nooit.”
Vragen? Stel ze!
Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.