Je hebt het ongetwijfeld in je kledingkast liggen of je slaapt eronder: katoen. Een beddengoedfabrikant beweert nu in een tv-reclame dat er voor 1 kilo katoen, 1 kilo gif wordt gebruikt. Er wordt inderdaad gif gebruikt en zonder kan het ook haast niet.
Volgens experts is de katoenindustrie ontzettend ingewikkeld. Maar één uitspraak klopt hoe dan ook: gifvrij katoen bestaat niet. "Het zou kunnen dat de uitspraak van de beddengoedfabrikant klopt, maar eigenlijk weten we het niet omdat het niet wordt gemeten", zegt Michiel Scheffer, project manager Textile and Sustainability aan de Wageningen University.
Waar katoen vandaan komt
Het gaat om een aantal momenten in de productieketen van katoen dat er gif wordt gebruikt. Je moet denken aan pesticiden op het land tegen ongedierte en zuren en aan andere chemische stoffen in de fabrieken, om de katoenvezels schoon te maken en te verven.
De hoeveelheid pesticiden hangt af van het gebied waar er geteeld wordt en of er veel regen valt. "Het is dus per jaar ook weer verschillend. Daarbij wordt er in ongeveer 30 landen ter wereld katoen geteeld, met allemaal verschillende omstandigheden", licht Scheffer toe.
Zoveel verschillende afnemers
"Het is lastig moedige uitspraken te doen, zeker op kiloniveau. Het hangt er ook van af waar het katoen uiteindelijk voor wordt gebruikt. Spijkerboeken worden bijvoorbeeld geverfd met indigo en daar komt veel water- en chemicaliëngebruik bij kijken", zegt Anne-Ro Klevant Groen, directeur marketingcommunicatie bij Fashion for Good, een internationale organisatie die probeert de mode-industrie te verduurzamen.
Bij palmolie en chocola wordt veel geïnvesteerd om een systeem op te tuigen, waarmee de industrie in de gaten wordt gehouden. Bij katoen is dat niet zo, zegt Scheffer. "De katoenindustrie is te versnipperd en daardoor kan er geen vuist worden gemaakt." De grootste afnemer van katoen in de wereld is bijvoorbeeld de IKEA en die neemt slechts 1 procent van alle katoen af. Krachten bundelen is dus lastig.
Lees ook
Katoen uit 25 landen voor één laken
Die versnippering blijkt ook uit het feit dat in een willekeurig laken, katoen kan zitten van wel 25 katoenvelden uit 5 landen. Fashion for Good heeft anderhalf jaar geleden een pilot gedaan om grip te krijgen op de industrie. Middels blockchain en dna-tracers werd biologische katoen van A tot Z gevolgd. "De pilot was een succes, maar op grote schaal wordt het niet ingezet. Het liet wederom zien hoe lastig het is om te bepalen waar het allemaal vandaan komt", zegt Klevant Groen.
Scheffer: "Grote katoenproducenten in Amerika kunnen computersystemen nog wel inzetten, maar een arme Indiase boer heeft hooguit een hectare aan grond, die gaat niet op een laptop allerlei dingen zitten bijhouden."
Lees ook
Biologisch, maar niet beter?
Bij biologische katoen kan tot 88 procent minder water en chemicaliën worden gebruikt in het productie proces, maar helemaal gifvrije katoen bestaat niet, zegt Scheffer. In de landbouw, dus bij de teelt, kan er gifvrij gewerkt worden. Maar hij zou niet weten hoe je katoen gifvrij in een fabriek kan verwerken. "Om van de zaadjes en het vet in de katoen af te komen, heb je zuren nodig. Alleen een goede textielfabrikant heeft daar gewoon een goede waterzuivering achterstaan, die er voor zorgt dat het niet inde rivier komt."
Hij haast zich eraan toe te voegen, dat bij biologische katoen minder gif wordt gebruikt, maar dat veel van dat soort katoen uit het gebied in China komt waar de Oeigoeren worden onderdrukt en als dwangarbeiders worden ingezet.
Vragen? Stel ze!
Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.