Beste stenengooiers van Molenbeek,

Voor het gemak gaan we ervan uit dat jullie jongens zijn, meisjes doen zoiets niet. We kennen elkaar niet, jullie weten niks van ons en wij niet van jullie, we hebben elkaar nooit ontmoet. Toch vonden jullie het nodig keien naar ons hoofd te gooien.

Vuistgrote stenen die rakelings langs onze hoofden suisden en met een klap op straat, tegen een muur, op onze auto belandden. Welgemikt, een geoefende hand, duidelijk bedoeld om ons te raken. Op dat onverlichte plein aan de overkant van de straat hadden jullie je handig verschanst achter een muur. Wij zagen jullie niet, jullie ons wel. Dat doen jullie duidelijk vaker, of niet? Jullie vrienden riepen van alles vanuit het flatgebouw daarachter maar het was helaas onverstaanbaar. Het was vast niet vriendelijk bedoeld.

Vlucht

De laatste steen miste op een haar na. We zochten tijdig dekking in onze auto die daar gelukkig stond. Ik trok het portier dicht, hoofd omlaag en daar kwam de klap, bam, ruit net niet aan diggelen. Cameraman Marco startte de auto en vol gas vluchtten we de straat uit. Nu waren we toch al op weg naar huis, cameraspullen net ingepakt, maar dit voelde als een sinister afscheid. Afscheid van een wijk onder beleg van politie en wereldpers. Een buurt waar we steeds vriendelijk waren ontvangen. Waar de inwoners juist probeerden een ander gezicht te laten zien. En dan toch weg met een nare bijsmaak en vertwijfeling. Welk verhaal klopt nou over Molenbeek? Dat van de demonstranten of dat van jullie? Het verhaal van de vrede of van de haat?

Vredesmars

Want honderdvijftig meter verderop waren een paar duizend buurtgenoten op de been om stil te staan bij de aanslagen in Parijs. En het feit dat twee daders en het brein van het bloedbad uit Molenbeek kwamen. Zij staken kaarsen aan voor de slachtoffers. En droegen spandoeken en vertelden de aanwezige pers dat Molenbeek geen broeinest van terroristen is. Ze wilden laten zien dat de buurt die onder het vergrootglas van de wereldpers ligt ook een normale wijk is waar mensen leven, wonen en werken zoals in elke grote stadswijk. Als je wat te zeggen had, het ergens niet mee eens was, had dan daar de microfoon gepakt. Of het voor al die live camera’s verteld. Dit was de kans om naar voren te treden met al jullie boosheid.

Op dat plein waren wij geëindigd met onze dagenlange zoektocht in de buurt naar het verhaal achter Molenbeek. Waarom de naam van jullie buurt telkens opduikt in verband met terrorisme. En wordt gezien als thuishaven van jihadisten. Geen onzin om dat eens uit te zoeken. De broers Saleh en Brahim groeiden er op, samen met Abdelhamid Abaaoud. Buurtgenoten die hoogstwaarschijnlijk achter het gruwelijke bloedbad zaten in Parijs. Alle politieonderzoeken wijzen steeds meer in hun richting. De Belgische veiligheidsdiensten hebben een lijst met tientallen radicale jihadisten die uit Molenbeek komen. Verviers, de aanslag op het Joods Museum: een link met Molenbeek.

Zoektocht

We hebben overal en met veel mensen gesproken in de buurt. De burgemeester die met de handen in het haar zit en in een gesprek met journalisten openlijk toegaf zich niet echt raad te weten met het probleem van radicaliserende moslimjongeren. Maar die ook al haar hele leven in de wijk woont en het een 'dorp met 100.000 inwoners' noemt. Moslimas die het opnemen voor de islam en die willen vertellen dat terroristische daden niet uit hun naam worden gepleegd. Bezorgde wijkmoeders die voor hun opgroeiende kinderen de naam van Molenbeek willen zuiveren en de premier hebben uitgenodigd om te komen kijken. Winkeliers, ambtenaren en buren die de terreurbroers kenden en ook niet snappen wat hen in godsnaam heeft bezield om met wapens en bomgordels buurstad Parijs aan te vallen. Politiemensen met een gespannen blik die jacht maakten op de voortvluchtige Saleh Abdeslam. Een oorlogsfotograaf die al jaren geleden de wijk ontvluchtte omdat hij zich niet meer thuis voelde in een islamitische cultuur. Een jongen die door onbekenden op straat beschoten werd en het overleefde maar het daar nooit meer over wil hebben. Een zorgprofessional die vreest voor een verdere verwijdering tussen Vlaamse en islamitische bewoners. Welzijnswerkers die dag in dag uit tot laat in de avond jongeren en gezinnen ondersteunen met allerlei programma’s.

Alle redenen werden genoemd waarom Molenbeekse jongeren radicaliseren: armoede, extreem hoge werkloosheid, een gebrekkige integratie, moeizame structuren in de Brusselse en Belgische staatsstructuur. Toch viel iets op. Jongens zoals jullie daar wordt nauwelijks over gesproken. Het debat gaat over sociaaleconomische vraagstukken, een betere samenwerking tussen politie en veiligheidsdiensten, over ‘de overheid’ die het eens moet oplossen. Over jullie gaat het nauwelijks. Zou dat het werkelijke probleem zijn van Molenbeek? Loopt het debat in een zoektocht naar oplossingen met een boog om jullie heen?

Geweld

En toen ontmoetten we jullie, weliswaar in de stijl van- de- straat. Jullie kwamen we niet tegen in onze zoektocht. Tot dat steenincident. Toen spraken jullie ons toe, in de taal die jullie spreken. Die van geweld. Dus het voelt als verraad jongens. Verraad aan de buurt waar jullie wonen. Aan de mensen die wel willen, die een normaal leven willen leiden daar. En die zich verantwoordelijk voelen voor wat er in Parijs is gebeurd. Of daar op zijn minst over nadenken. En een normale toekomst willen voor jullie buurt. Acties als die van jullie helpen daar op zijn zachtst gezegd niet bij. 

We willen het niet overdrijven verder. We zijn niet bang voor een paar stenen. En wij kunnen deze aanval goed scheiden van de ervaringen die we hadden in Brussel. We waren vooraf gewaarschuwd over de reputatie van Molenbeek. Toch waren we net tot de conclusie gekomen dat de zaken niet zo zwart-wit liggen. We sliepen gewoon in een hotel in de wijk, liepen zonder problemen rond - ook ’s avonds laat, ontmoetten vriendelijke mensen. Geen no-go area. We onthouden dat beeld, besloten we op de terugweg.

De volgende keer als jullie wat te zeggen hebben: steek even de straat over en zeg het. Face to face. Of geef een interview. Als je durft.

Daan, Fannie en Marco 

De reportage die we voor EenVandaag maakten kunt u hier terugzien:

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.