tv LIVE
meer NPO start

'Russisch MH17-bewijs is dubieus'

Luisteren

Het nieuwe bewijs waarmee het Russische ministerie van Defensie vorige week wilde aantonen dat niet Rusland maar Oekraïne verantwoordelijk is voor de ramp met de MH17, rammelt. De raket waarmee de MH17 is neergehaald is volgens de documenten in januari 1986 naar Oekraïne gebracht, maar dat zou bijna een jaar zijn vóórdat de raket gemaakt werd. Dat ontdekte de Russische journalist Pavel Kanygin, werkzaam voor de Russische krant Novaya Gazeta. Volgens Kanygin is dit een aanwijzing dat dit bewijs van Russische zijde opnieuw dubieus is.

Onverwachts belegde het Russische ministerie van Defensie vorige week maandag een persconferentie. Het is vier maanden nadat het JIT, het MH17-onderzoeksteam, aantoonde dat de raket waarmee het vliegtuig is neergehaald in het bezit was van de 53e Russische brigade. Dat klopt niet, zegt het Russische ministerie van Defensie nu, de raket was namelijk al sinds 1986 in Oekraïne en na de val van de Sovjet-Unie Oekraïens bezit.

Vraagtekens over tegenstrijdigheden

Maar in de documenten zitten tegenstrijdigheden, zegt Pavel Kanygin. “Het document van de levering van de raket aan Oekraïne, is gedateerd op 14 januari 1986, terwijl een ander document toont dat de raket is geproduceerd op 24 december 1986. Het leveringsdocument zou dus zijn gedrukt voordat de BUK-raket is gemaakt. Dat is niet logisch, het behoeft uitleg”, aldus Kanygin.

Dan zijn er nog een aantal zaken waar hij vraagtekens bij zet. Zo vindt de journalist het vreemd dat het document van de motor in de raket in bezit van de Russen is, en niet in Oekraïens bezit. Hebben de Oekraïners met de raket niet ook de bijbehorende documenten gekregen? “Daarnaast zijn de cijfers van de raketnummers op een document heel raar geschreven. De raket en de motor hebben beiden hun unieke nummer. Zo toont het ministerie ons dat juist deze motor in de raket zat. Maar juist op dat document is één cijfer '2' met lichtere inkt geschreven. Bovendien is de ‘2’ op het formulier wezenlijk anders geschreven dan de andere 2-en”, constateert de journalist.

De documenten waarin staat dat de raket geleverd is op 14 januari 1986, maar pas geproduceerd op 24 december 1986.

'Het is een sjabloondocument'

In een reactie op de bevindingen van Kanygin zegt het Russische ministerie van defensie dat het gaat om een ‘sjabloondocument’ dat op elke raket geplakt is. Kanygin gelooft hier echter niets van en vindt het geen verklaring: “tijdens de persconferentie zeiden ze nog dat het om het originele paspoort van de raket ging.” Het JIT bevestigt inmiddels de documenten van Rusland ontvangen te hebben, maar wilde nog niet op de bevindingen van Pavel Kanygin reageren.

Kanygin’s twijfel wordt versterkt doordat het niet de eerste keer zou zijn dat de Russen met ‘bewijzen’ komen, die achteraf niet blijken te kloppen. Zelfs het JIT noemt dat in een reactie op de laatste Russische persconferentie. Zo kwamen de Russen net na de ramp met de MH17 met het verhaal dat er ook een Oekraïense straaljager in de buurt van het vliegtuig zou zijn geweest. Deze bewering heeft het JIT feitelijk weerlegd. Ook wijst het onderzoeksteam erop dat Rusland al in 2014 is verzocht alle relevante documenten aan te leveren. De vraag is dus waarom de Russen nu pas met deze informatie komen.

Niet het eerste dubieuze bewijs

Ook Dick Zandee, defensiespecialist van instituut Clingendael, wijst erop dat het niet de eerste keer zou zijn dat de Russen met foutieve informatie komen. “Als de Russen met nieuwe bewijzen komen dan is iedereen meteen volstrekt achterdochtig. Dit soort bewijzen dienen de binnenlandse politiek. Berichten dat dit bewijsmateriaal niet klopt, bereiken de gemiddelde Rus niet. Dus wat de Russische regering naar de eigen bevolking uitstraalt is: 'zie je wel, wij waren het niet. Het is de buitenwereld die de feiten verdraaid.'”

Voor de nabestaanden van de ramp zijn de rookgordijnen van de Russen frustrerend. “Onze wonden worden door dit soort berichten steeds weer opengereten”, zegt Robbert van Heijningen die vier jaar geleden zijn broer en diens gezin verloor. Toch hoopt hij dat er nog diplomatieke gesprekken komen met Rusland, zoals Nederland en Australië deze week afspraken. “Ik heb nodig dat erkend wordt wie de dader is, dat er excuses worden gemaakt. Dat kan alleen als we met de Russen blijven spreken.”

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Hoe een zonnige dag in Scheveningen uitliep tot gewelddadige rellen onder honderden jongeren: 'Het wordt elk jaar erger'

Het is nog niet duidelijk hoe het gisteravond uit de hand heeft kunnen lopen in Scheveningen. Honderden jongeren raakten in gevecht met elkaar en keerden zich tegen de politie toen die ingreep.

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Waarom nieuwe statiegeldwinkels niet de oplossing zijn voor rondzwervende blikjes en flesjes

Waarom nieuwe statiegeldwinkels niet de oplossing zijn voor rondzwervende blikjes en flesjes
Ter illustratie: Statiegeldmachine bij de ingang van een supermarkt
Bron: ANP

Statiegeld Nederland opent deze maand twee winkels waar mensen hun blikjes en flessen kunnen inleveren. De winkels moeten het makkelijker maken om de lege verpakkingen weg te brengen. Dat gaat met het huidige systeem in grote steden niet altijd goed.

Vooral in supermarkten staan nog lange wachtrijen voor statiegeldmachines. Dit zorgt soms voor irritaties tussen klanten en 'statiegeldverzamelaars'. De twee winkels in Rotterdam en Amsterdam moeten het begin zijn van een oplossing voor dit probleem. Maar hoe realistisch is die?

'Niet genoeg'

"Die twee statiegeldwinkels zijn een mooie service voor de supermarkten. Die worden zo ontlast. Maar verder lossen ze helemaal niks op van het probleem waar we nu mee zitten", zegt Dirk Groot, die met zijn stichting Zwerfinator zwerfafval probeert te verminderen. Hij vindt de nieuwe winkels een 'stap in de juiste richting', maar merkt op dat er nog veel moet gebeuren.

Volgens hem zijn er vooral in de grote steden te weinig inleverpunten. En dat is hét grote probleem. "Je kunt overal blikjes en flesjes kopen, maar je kunt ze bijna nergens inleveren. En voor een zo'n winkel ga je niet van Amsterdam-West naar het centrum lopen om je blikje in te leveren", denkt hij.

Bekijk ook

Geen innameplicht

Het kleine aantal innamepunten waar hij zo kritisch over is, zou vooral komen doordat er geen innameplicht is. Mensen zijn het namelijk niet verplicht om gebruikte blikjes, flesjes en kratten in te leveren. Het wordt niet gestimuleerd, zegt Groot.

"De verhouding tussen statiegeld en het product dat je koopt is helemaal zoek. Heel veel mensen vinden het gewoon niet de moeite waard." Juist doordat die stimulans uitblijft, wordt er weinig gedaan om meer innamepunten te creëren. En de drukte echt onder controle te krijgen.

'Hoe slechter ze het doen, hoe meer ze verdienen'

Bedrijven als Statiegeld Nederland maken winst op elk blikje en flesje dat niet wordt ingeleverd, legt Groot uit. "Ze doen niet meer dan nodig is. Ze verdienen er juist aan als er minder wordt ingeleverd."

"Al die miljoenen aan statiegeld die niet worden ingeleverd, dat blijft gewoon bij statiegeld Nederland", vervolgt hij. "Ze zeggen dat ze investeren in allerlei nieuwe innamepunten, verbetering van het systeem, enzovoort, maar daar zien we weinig van. Hoe slechter ze het doen, hoe beter ze verdienen."

Overlast en ongedierten

Een gevolg van dit systeem is dus dat de groep mensen die niet in een lange rij in de supermarkt wil staan, de statiegeldproducten in een normale prullenbak in huis of op straat gooit.

Bij dat laatste komen vervolgens 'verzamelaars' of 'jagers' kijken, die de afvalbakken op straat niet altijd even netjes achterlaten wanneer ze klaar zijn, volgens Groot. In grote steden zoals Rotterdam en Amsterdam zorgt dat voor overlast en soms ongedierten.

Bekijk ook

Wettelijk verplichten

Ook stevige hulp van de politiek om dit probleem op te lossen blijft uit, zegt Groot. Hij vindt dat er meer kan worden gedaan. "Een statiegeldplicht en innameplicht, dat kun je gewoon wettelijk afdwingen. In Duitsland doen ze dat ook. Daar hebben ze het zelfs op zuivelverpakkingen."

"Er worden steeds redenen verzonnen waarom het niet kan", gaat hij verder. "Maar dat is als je iets niet wil. Als je iets wel wil, dan zoek je naar oplossingen."

'Ze hebben de kennis niet'

Wat zouden de bedrijven zelf dan moeten doen om dit op te lossen? "Meer inleverpunten", herhaalt Groot. "Maar ook moet het statiegeldbedrag omhoog en moeten platte blikjes en flessen zonder etiket worden geaccepteerd. Die mag je nu niet inleveren."

Groot roept dit vanuit zijn expertise al langer, maar volgens hem is dit nog niet doorgevoerd omdat er vaak aan de verkeerde knoppen wordt gedraaid. "Ze hebben niet de kennis van de straat, maar alleen de kennis van kantoor."

In Rotterdam en Amsterdam openen binnenkort statiegeldwinkels, waar je lege blikjes en flessen kunt inleveren

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Ook interessant