Pas op met harde bezuinigingen op achterstandswijken. Met die noodkreet komen jongerenwerkers en lokale politici in de probleemwijken. En dat is ook de boodschap die oud-VVD-minister en lid van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid Pieter Winsemius heeft voor de landelijke en lokale politiek.
De voormalige Vogelaarwijken kregen de afgelopen vijf jaar veel aandacht en geld om verder afglijden te voorkomen. Maar nu dreigt het omgekeerde te gebeuren. Het komende jaar wordt er fors gekort op de budgetten voor welzijnswerk in de voormalige Vogelaarwijken. En ook de grote landelijke bezuinigingen op zorg, jeugdwerk en sociale voorzieningen komen juist in de kwetsbaarste buurten hard aan, merken ze daar.
In bijvoorbeeld Amsterdam en Rotterdam dreigen projecten die straatjeugd op het juiste spoor brengen te verdwijnen. EenVandaag ging in probleembuurten in Amsterdam en Rotterdam kijken en sprak met wijkwerkers.
Het kabinet-Rutte zet het speciale wijkenbeleid niet door. Volgens Winsemius kan het kabinet tegen deze wijken niet zomaar 'zoek het zelf maar uit' zeggen. “Dan krijg je ellende, en moet je niet gek opkijken als er onrust komt. Met name jongeren tussen de veertien en twintig jaar moeten goed in het spoor gehouden worden. Als dat niet gebeurt, is dat slecht voor de jongeren zelf en hun omgeving, maar dan worden ze ook maatschappelijk gezien duur.” Winsemius typeert het beleid in de achterstandswijken nu als “dweilen met de kraan open”. “Daar ga je een rekening voor betalen.”
De oud-minister zette als minister van Volkshuisvesting de speciale aanpak voor de meest kwetsbare wijken op de kaart. Het daaropvolgende kabinet-Balkenende II koos ook voor extra aandacht voor de veertig probleemwijken, de zogeheten Vogelaarwijken. Er werd moeizaam lichte vooruitgang geboekt. Maar op de wijkaanpak kwam ook kritiek: een teveel aan projecten, weinig regie en onduidelijk of alle beleid en middelen het beoogde effect bereikten.