De havenstad Beira werd hard getroffen door de tropische cycloon Idai die huishield in Mozambique. De stad heeft een hechte band met Nederland, dus is het geen toeval dat het Nederlanders zijn die nu het initiatief nemen in de wederopbouw.
"We gaan aanstaande maandag naar Beira", vertelt Ben Lamoree, projectleider van een groep van vijftien ingenieurs en plannenmakers. "Nederland gaat het voortouw nemen in de wederopbouwplannen van Beira." De belangrijkste havenstad in Mozambique heeft enorm geleden onder cycloon Idai. Vooral in de armere wijken zijn honderden doden gevallen en gebouwen zijn verwoest.
'Nederland maakt het opbouwplan'
Burgemeester Simango van Beira werkt al jaren samen met Nederland. Sinds 2013 werkt ons land aan een groot watermanagement-project in zijn stad. Zo was het drainagesysteem van de stad net voor een derde af was toen de storm kwam.
Vorige week vroeg Simango vijftien EU-ambassadeurs om hulp. Voor Nederland ziet hij een speciale rol. Projectleider Lamoree licht toe wat er nu gaat gebeuren: "Nederland maakt het opbouwplan. Later helpen wij dit concept te presenteren aan alle ambassadeurs in Maputo. Waar we nu vooral mee bezig zijn is proberen heel snel een team naar Beira te sturen van mensen die verstand hebben van herbouw van bijvoorbeeld scholen. Er zijn minstens 20 scholen die geen dak meer hebben. Dan heb je het echt over grote gebouwen."
Impressie van de verwoestingen in Beira - Artsen zonder Grenzen
'Niet gezegd dat Nederland gaat betalen'
In de eerste plaats gaat het vooral om organisatorische steun. Wie de kosten voor de wederopbouw moet dragen laat Lamoree in het midden. "Maar het is niet gezegd dat Nederland dat gaat betalen", benadrukt hij. "De burgemeester moet eerst een idee hebben van de kosten. Wij Nederlanders maken alleen het reddingsplan."
De burgemeester moet bij de ambassadeurs om financiering vragen. Lamoree: "Als er ooit een land is waar men behoefte heeft aan financiering van buiten voor wederopbouw dan is het Mozambique. Het is toch echt nog een van de armste landen ter wereld."
Rotterdamse havenbaas helpt mee
Intussen in Beira is Jan Laurens de Vries, directeur van het Rotterdamse havenbedrijf Cornelder, al meer dan 2 weken bezig te helpen na de ramp. Het havenbedrijf bezit meer dan tweederde van de haven. De betrokkenheid is groot, iedereen in zijn havenbedrijf helpt mee: "De dag na de cycloon kwamen de eerste mensen al helpen, ook al hadden we ze van te voren vrij gegeven."
"En op zaterdag, één dag na de ramp, kwam bijna 90 procent van de mensen die ingeroosterd waren gewoon opdagen. Ze staken de handen uit de mouwen en hielpen met schoonmaken. Of het nu accountants waren, managers of directeuren, iedereen heeft gewoon geholpen."
Mensen in het achterland hebben niets meer
Het havenbedrijf wordt nu ingezet om hulp te verlenen aan het achterland. "De situatie nu is dat we 2300 mensen naar medische hulp hebben gekregen. We gebruiken de boten die we eerder gebruikten voor het vervoeren van gewonden nu voor vervoeren van voedsel. Mijn mensen die meehelpen hebben werk en een dak in de stad, de mensen in het achterland hebben niets meer. Hun land is verrot en de zaden voor de volgende oogst ook", vertelt Jan Laurens.
Hij is onder de indruk van het werk dat verzet wordt in de stad: "We zien allemaal burgerinitiatieven. Om te helpen schoonmaken, bedrijven stellen vrachtwagens en materieel beschikbaar, mensen zijn zelf bezig bomen weg te halen en vuil op te halen. Maar voor het achterliggende land zal het heel lang duren."
Burgemeester Simango rekent intussen op de Nederlanders: "We zijn blij dat de Nederlandse overheid al zoveel voor onze stad heeft gedaan", zegt hij. "Ik werk al heel lang met ze, ze zijn belangrijk. We kunnen deze stad niet kapot laten gaan."
Vragen? Stel ze!
Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.