Edris Mahtab kwam in de jaren 90 naar Nederland vanuit Afghanistan. Op de vlucht voor de taliban. Nu probeert hij met zijn stichting Afghanen die nú vluchten voor de taliban, te helpen. "Want je hebt bij aankomst niet veel meer dan je eigen kleding."
"Sorry, ik kon de telefoon niet meteen opnemen, ik was aan het opereren." Edris Mahtab werkt als chirurg in het Rotterdamse Erasmus MC. Daarnaast werkt hij bij Keihan: een stichting voor Afghanen in Nederland die hij in 2005 mede oprichtte. Met zijn stichting zet hij zich nu in voor mensen die op de vlucht zijn voor de taliban.
'De chaos, de vlucht, de angst, alles is hetzelfde'
"Wij zaten in de jaren 90 in precies dezelfde situatie. Ik zie in feite mezelf, alleen dan nu op televisie. Wij herleven wat ons 25 jaar geleden is overkomen. Als ik die beelden zie van rennende vrouwen, mannen, kinderen. Toen waren wij het, nu zijn zij het. Dat is emotioneel, niet alleen voor mij persoonlijk. Wij kunnen nog geen drie dingen zeggen zonder kippenvel, hartkloppingen en stress. Wij voelen de angst. Je kijkt daar de dood in de ogen, dat is wat wij nu ook herleven."
Mahtab kan zich dan ook levendig voorstellen hoe Afghaanse vluchtelingen in Nederland aankomen: "Je komt hier met niet veel meer dan je eigen kleding. Misschien nog een klein beetje geld, maar dat is het wel. Er is behoefte aan alles in die eerste weken dat je hier bent. Kleding, maar ook zoiets simpels als een fiets."
'Ontzettende dreun gehad'
Mahtab en zijn stichting zijn op dit moment bezig met het opstarten van een crowdfundingactie. Daarmee zamelen ze geld in om bovengenoemde spullen voor de Afghaanse vluchtelingen te regelen. In Nederland is de Willem Lodewijk van Nassaukazerne in het Groningse Zoutkamp ingericht als noodopvang voor gevluchte Afghanen. Degenen die naar Nederland komen, gaan daar als eerste naartoe.
Maar met de eerste noodopvang is het niet klaar, weet Mahtab. "Later, als je hier enige tijd bent, komt de realisatie dat je ook je positie die je mogelijk had verworven in Afghanistan niet meer hebt. Degenen die hier straks komen, hebben een ontzettende dreun gehad. En het duurt lang voordat je hier weer een goede opleiding hebt afgerond en een goede baan hebt."
Bekijk ook
'Helpen met oppakken van studie en leren van taal'
"Deze mensen stonden in het leven: hadden een baan, een salaris, een status. Wij moeten deze mensen niet aan hun lot overlaten. We moeten ze helpen met het oppakken van studies, de taal leren."
Volgens Mathab is er ook psychologische hulp nodig om trauma's te verwerken. "Er komt zoveel op je af. Maar daar zullen instanties als het COA en VluchtelingenWerk ook bij betrokken zijn."
'Gebruik ons voor hulp'
Toen Mathab naar Nederland vluchtte, had hij moeite met de onzekerheid. Lang wist hij niet of hij hier mocht blijven. "Die onzekerheid doet echt veel met je gemoedstoestand", vertelt hij.
Ook daarin ziet Mahtab een rol voor zichzelf en anderen die eerder vluchtten uit Afghanistan. "De Nederlandse overheid kan ons ook gebruiken, wij weten wat er met je gebeurt en waar we zelf tegenaan liepen. Daar gaan mensen die nu komen ook tegenaan lopen. Sommige mensen hebben nu, 25 jaar later, nog last van PTSS. Wij hadden geen psycholoog, pas bij mijn werk in het ziekenhuis wezen mensen mij daar op."
Mensen naar Nederland halen
Ondertussen is de stichting Keihan ook druk bezig om een aantal mensen uit Afghanistan naar Nederland terug te krijgen. "Maar dat is een volledige ramp. We hebben met onze stichting verschillende projecten gehad en we hebben ook een afdeling in Kabul."
"Vier van onze bestuursleden zijn ondergedoken en worden bedreigd met waar ze mee bezig waren: we deden bijvoorbeeld een anatomie project, maar onder de sharia is dat verboden. Daar staat zelfs de doodstraf op. De ochtend nog vertelden ze: 'we zitten in de kelder vast, ons leven wordt bedreigd'." Mahtab en zijn Nederlandse collega's doen er alles aan om meer Afghanen die bedreigd worden naar Nederland te krijgen.
Bekijk ook
Vragen? Stel ze!
Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.