De overheid schiet ernstig tekort bij de hulp aan misbruikte kinderen. Dat concludeert Herman Bolhaar. Hij is Nationaal Rapporteur Mensenhandel en Seksueel Geweld tegen Kinderen. Volgens hem heeft de overheid veel te weinig zicht op het probleem.

Het is onduidelijk wat de exacte omvang van kindermisbruik in Nederland is. De meest recente cijfers komen uit 2016. In dat jaar werden bijna 21.000 kinderen slachtoffer van seksueel geweld. Maar uit de slachtoffermonitor van de Nationaal Rapporteur Mensenhandel en Seksueel Geweld tegen Kinderen blijkt dat de registratie zeer te wensen over laat.

Helft van de meisjes wordt slachtoffer

Toch doet Bolhaar een schatting van de omvang. De helft van de meisjes, en een op de vijf jongens krijgt volgens hem te maken met seksueel geweld. "Mijn grote wens is dat de passende zorg op gang komt", zegt Nationaal Rapporteur Herman Bolhaar. "we moeten heel concreet weten wie de slachtoffers zijn en wat we ze moeten aanbieden."

Er is aandacht voor huiselijk geweld en kindermishandeling, maar niet voor seksueel geweld tegen kinderen. Daardoor is niet bekend wie de slachtoffers zijn, hoeveel het er zijn en welke zorg zij krijgen. Veilig thuis is dé organisatie die advies moet bieden bij huiselijk geweld en kindermishandeling, maar zij registreren seksueel misbruik onvoldoende. Het zijn pijnlijke conclusies omdat vorig jaar het overheidsprogramma 'Geweld hoort nergens thuis' in het leven is geroepen. Hierin is door het kabinet speciaal gevraagd om aandacht voor seksueel geweld tegen kinderen.

Zij moeten willen weten wie deze kwetsbare kinderen in hun gemeente zijn, of er binnen de gemeente voldoende expertise is om deze kinderen te signaleren, te melden en te helpen, en of zij alles in het werk stellen om te voorkomen dat kinderen deze vorm van geweld (nog een keer) meemaken.

Slachtoffermonitor Seksueel geweld tegen kinderen over de rol van regio's en gemeenten

'Versnipperde zorg'

In slechts een zesde van de regio's is de aanpak van seksueel geweld tegen kinderen wel opgepakt. In het meerendeel van de 28 Veilig Thuis-regio's is nog niets gedaan met het overheidsprogramma. Hierdoor wordt seksueel geweld tegen kinderen onvoldoende onderzocht en krijgen slachtoffers niet de juiste hulp. Bolhaar noemt de zorg "versnipperd".

Vermoedens van seksueel geweld komen vooral voor in gezinnen waar meer problemen spelen. In een kwart van de gezinnen is een verslaving, in ruim 40 procent van de gevallen komen psychiatrische problemen voor en in drie op de tien gezinnen is er een verstandelijke beperking. Bolhaar pleit dat kinderen in zulke gezinnen meer prioriteit krijgen.

Lange wachtlijsten

Kinderen die wel in beeld zijn moeten te lang wachten op een onderzoek door de Raad voor de Kinderbescherming. Die lange wachtlijsten noemt de Rapporteur zorgelijk. Zolang er geen onderzoek wordt gedaan, is er ook geen zicht op de kinderen en kan er dus geen veiligheidsinschatting worden gemaakt. Bij 15 procent van de kinderen was er zelfs een half jaar na een ondertoezichtstelling door de rechter nog geen zorg.

De Nationaal Rapporteur concludeert ook dat er nog steeds een taboe ligt op seksueel misbruik. Daardoor vinden slachtoffers het lastig om er voor uit te komen. Als ze erover praten doen ze dit meestal met een leeftijdsgenoot. Hoe deze persoon reageert is belangrijk. Een positieve reactie kan ervoor zorgen dat een slachtoffer professionele hulp zoekt. Een kwart van de meisjes en ruim een derde van de jongens zal er nooit over praten. Dat maakt het signaleren van misbruik nog belangrijker.

Kans op herhaling

"We weten uit onderzoek dat als misbruik eenmaal is voorgekomen, dat dit de beste voorspeller is dat het nog eens gaat gebeuren", zegt Bolhaar. Als er geen passende hulpverlening is, wordt die kans nog groter, stelt hij.

"De kans op herhaling is groot. Daarnaast verstoort het de ontwikkeling van slachtoffers. Dan kan het voorkomen dat zij doorgroeien van slachtoffer naar dader. Dat patroon moet doorbroken worden, en daarvoor moet je er vroeg bij zijn."

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.