Met een dorp dat is opgebouwd uit afgedankte autobanden en strobalen en zelfvoorzienend is realiseerde Paul zijn droom. "Ik wilde altijd al met mensen ecologisch samenleven en mijn eigen huis bouwen." Hij hoopt dat zijn voorbeeld nu navolging vindt.
Het project in het Overijsselse Olst dat Paul Hendriksen in gang zette staat al een aantal jaren, maar deze week concludeerde onderzoekbureau CE Delft dat het 'Olster Aardehuis' minder CO2-uitstoot geeft dan een gewoon nieuwbouwhuis. Het zijn broodnodige feiten, want wat Paul betreft komen er nog veel meer ecodorpen in Nederland.
Zelfvoorzienende, duurzame aardewoningen
Het was de Amerikaanse architect Michael Reynolds die Paul Hendriksen inspireerde zelf een ecodorp te gaan bouwen. De visionaire Reynolds voorzag de huidige klimaatcrisis al in 1990 en besloot zogenaamde Eartships te gaan bouwen. "Dat zijn zelfvoorzienende duurzame aardewoningen, die noodzakelijk zijn om de bedreiging van de aarde te overleven", legt Paul uit.
Hendriksen ontwikkelde zijn eigen idee in 2005, maar pas in 2015 werd zijn project gerealiseerd. De selectie van bewoners was intensief, want er werd nogal wat van ze gevraagd. "Om in een groep te kunnen functioneren, moet je voldoende zelfreflectie en inlevingsvermogen hebben, vertelt Paul. "Er was veel wisseling van deelnemers. Van de 23 huishoudens zijn er slechts 3 van het eerste uur over gebleven"
Niet zonder problemen
Uiteindelijk ging de bouw van de aardehuizen, gemaakt van afgedankte autobanden gevuld met aarde die opgestapeld de muur van het huis vormden, van start. Naast afvalproducten gebruikte Paul materialen die ruim aanwezig zijn in de natuur en de ecologie niet schaden, zoals strobalen.
Het bouwen verliep niet zonder problemen. Dat had volgens Paul alles te maken met de complexe en gedetailleerde Nederlandse wet- en regelgeving in de bouw. "Het bouwen van wanden van autobanden kostte teveel tijd en elke maand vertraging betekende tussen de 5000 en 7000 euro verlies." Ook moest er vanwege de zachte veengrond toch gebruik worden gemaakt van beton en cement voor traditionele funderingspalen en vloeren. Uiteindelijk werden er slechts 12 woningen met muren van autobanden gebouwd.
Lees ook
Gemeenschapszin
Maar nu staan ze er: 23 woningen en één gemeenschapsgebouw, waar 43 volwassenen en 35 kinderen leven. Een dwarsdoorsnede van de samenleving volgens Paul. "De een werkt in de zorg, de ander is lasser en er wonen ook raadsleden."
Volgens Paul hebben de jaren dat lief en leed werd gedeeld geleid tot een hechte gemeenschap. Zo moest iedere deelnemer minstens een dag in de week zelf aan zijn of haar huis bouwen. "En onze woonwijk heeft ook veel spin-off effecten in het dorp Olst opgeleverd. Een energie-coöperatie, een duurzaamheidswinkel, een repaircafé, een soepcafé en filmavonden."
Weinig ruimte door wet- en regelgeving
Het project in Olst is vooralsnog het enige ecodorp in Nederland. Wel zijn er op dit moment 3 andere ecodorpinitiatieven opgestart. In Bergen (NH), Boekel (N-Brabant), en Noordeland (Ter Apel, Groningen) is inmiddels grond verworven en worden woningen gebouwd. In Nijmegen start in de loop van dit jaar een project met de bouw van 100 woningen.
Maar vanzelf gaat het allemaal niet, legt hij uit. "Het creëren van een woon/werk/leefgemeenschap is altijd al een zeer hobbelig pad. Wereldwijd strandt ongeveer 90 procent van alle ecodorp-initiatieven voordat ze goed en wel gerealiseerd zijn."
Weinig ruimte door wet- en regelgeving
Paul is inmiddels adviseur voor mensen die een ecodorp willen starten. Wat hem betreft blijft het niet bij de huidige initiatieven, maar zit de huidige wet- en regelgeving in de weg. Zo wordt er nauwelijks of geen ruimte geboden om te bouwen met afvalmaterialen en is bouwgrond schaars en dus duur.
Ook het werken met een andere bouwwijzen dan baksteen of beton is haast onmogelijk. "Voor een bouwaanvraag waar met stro-of leembouw wordt gewerkt, moet je een letterlijk vuistdikke ordner met aanvullende documentatie aanleveren." Maar Paul is vol goede moed en hoopt dat er binnen 10 jaar in elke provincie ecodorpen bestaan.
Vragen? Stel ze!
Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.