radio LIVE tv LIVE
meer NPO start

'Had hij maar motorrijlessen genomen', Kevin verloor zijn vader na een ongeluk op een driewieler waar hij met een autorijbewijs op mocht rijden

'Had hij maar motorrijlessen genomen', Kevin verloor zijn vader na een ongeluk op een driewieler waar hij met een autorijbewijs op mocht rijden
Driewielermotor in actie
Bron: EenVandaag

Zoon Kevin Maartens is er stuk van, net als de rest van de familie: ze moeten kerst vieren zonder Bob. Hij kwam in september om het leven door een ongeluk met zijn tricity, een motor met een dubbel voorwiel, waarvoor je aan een autorijbewijs genoeg hebt.

De 59-jarige Bob had de motor pas een dag in zijn bezit toen hij in een bocht de balans verloor en tegen een betonnen brugpeiler belandde. Hij was op slag dood. Zijn zoon Kevin vraagt zich af: hoe kon hij zo makkelijk zonder enige ervaring wegrijden op een voertuig dat in alles lijkt op een motor, maar volgens de wet een auto is?

Dubbel voorwiel

Kevin is niet de enige die zich hierover verbaast; Arjan Everink van de Koninklijke Motorrijders Vereniging (KNMV), vindt de wetgeving rond deze voertuigen 'ongelukkig'. "De ironie is dat de techniek van het dubbele voorwiel oorspronkelijk door het Italiaanse merk Piaggio werd ontworpen om hét Italiaanse stadsvervoermiddel, de scooter, veiliger te maken.

Vervolgens kwamen ze erachter dat het voertuig - als de banden meer dan 46,5 centimeter uit elkaar werden geplaatst en voorzien was van een voetrem - ook als auto geregistreerd kon worden. In eerste instantie bleef het een noviteit voor de scooterrijder, maar geleidelijk kwamen er ook zwaardere uitvoeringen. Everink was destijds al hoofd opleidingen bij de KNMV en herinnert zich dat Piaggio in de beginjaren standaard een cursus voertuigbeheersing aanbood.

Vader Bob
Bron: EenVandaag
Vader Bob overleed na een motorongeluk

'Motorrijden bleef een droom'

Maar naarmate er meer merken, waaronder Yamaha en Peugeot, met eenzelfde soort product op de markt kwamen verdween die zorgplicht uit beeld. De concurrentie werd heviger en de marketing gericht op het feit dat je als automobilist zonder extra kosten voor een motorrijbewijs op dit soort motoren kon rijden.

Dat laatste argument gold ook voor Bob, vertelt Kevin. "Mijn vader had in zijn jeugd geprobeerd een motorrijbewijs te halen maar was daarvoor gezakt. Hij vond het te veel gedoe om het opnieuw te proberen en haalde vervolgens zijn autorijbewijs. Maar motorrijden bleef een droom. Toen ik jonger was, gingen we vaak samen naar de Parijs Dakar - vooral om naar de motoren te kijken."

Bekijk ook

Tijd voor iets leuks

Zo'n 40 jaar nadat hij zakte voor zijn motorrijbewijs besloot Bob na een 'moeilijke periode in zijn leven' dat het tijd was voor iets leuks, iets nieuws. Gestimuleerd door het feit dat een motorrijbewijs niet nodig was bestelde hij een Yamaha Tricity, met en gloednieuw motorpak en een helm.

"Hij stond een een aantal maanden op een wachtlijst en keek erg uit naar het moment dat hij op de motor zou kunnen rijden." Begin september arriveerde de motor. Bob oefende een middag op een parkeerterrein en besloot de volgende dag op de motor naar zijn werk te gaan. Maar daar kwam hij nooit aan.

Zoon Kevin van overleden vader Bob: "Neem alsjeblieft eerst motorrijlessen"

'Had een paar lessen genomen'

"Ik kreeg het telefoontje van mijn broer, hij vertelde dat ik snel moest komen omdat er iets met pappa aan de hand was. Hij was op slag dood, 'gelukkig', want dat betekent dat hij niet geleden heeft", zegt Kevin.

"Om op een scooter te mogen rijden heb je een rijbewijs nodig, zelfs voor een scootmobiel moet je een vaardigheidsproef afleggen. Voor deze motoren hoeft dat niet, maar ik vind dat het wel sterk aangeraden zou moeten worden. Achteraf zou ik ook tegen mijn vader willen schreeuwen: 'had nou eerst een paar lessen genomen!' Dan was hij er misschien nog geweest. Ik wil mensen vooral bewust maken. Je bent zo kwetsbaar op zo'n ding. Het kan zomaar over zijn."

Bekijk ook

'Meer awareness'

Ook Arjan Everink pleit voor meer 'awareness', zoals dat tegenwoordig heet: het is ook de verantwoordelijkheid van de mensen zelf. Want als je 15.000 euro aan zo'n machine uitgeeft waarom dan niet een paar honderd euro aan motorrijlessen? Het liefst zou hij een verplichte cursus zien of een motorrijbewijs verplichten voor álle MP3-rijders.

"Maar dit is Europese wetgeving en er is in dit geval besloten dat de rijbewijzen van voor 2013 'dezelfde rechten' behouden. Besef wel dat dit apparaat precies zoveel risico met zich meebrengt als een motor. Een motorrijder heeft per gereden kilometer zo'n 25 keer meer kans betrokken te raken bij een ongeval. Je moet dus op zo'n ding 25 keer beter opletten dan in een auto. En dat moet je leren."

info

Auto volgens de Europese wet

De tricity of MP3 is oorspronkelijk ontwikkeld door het Italiaanse merk Piaggio en in 2006 op de markt gebracht. De ingenieurs kwamen erachter dat het voertuig, áls het dubbelde voorwiel een spoorbreedte heeft van meer dan 46,5 centimeter en beschikt over een voet- en handrem, volgens de Europese verkeerswet een auto is.

MP3's hebben een autokenteken en niet het typische motorkenteken waar altijd een M in zit. Vanwege deze registratie is het ook onmogelijk vast te stellen hoeveel ongelukken gebeuren in deze categorie voertuigen: ze kunnen zowel als auto-ongeluk als als motorongeluk worden opgenomen in de statistieken.

Toen er meer merken op de markt kwamen met meer vermogen en ook de marketing steeds meer werd gericht op de automobilist zonder motorrijbewijs, kwam de Nederlandse wetgever met een wijziging. Vanaf 19 januari 2013 is voor deze voertuigen een motorrijbewijs verplicht. Deze wet kon niet met terugwerkende kracht worden ingevoerd, dus hebben mensen met een rijbewijs van vóór 2013 nog steeds het recht om met alleen een autorijbewijs deze voertuigen te besturen.

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Afgelopen maanden gingen zeker 3.000 azc-plekken toch niet door, vaak na protesten: 'Gemeenten komen zo tegenover inwoners te staan'

Afgelopen maanden gingen zeker 3.000 azc-plekken toch niet door, vaak na protesten: 'Gemeenten komen zo tegenover inwoners te staan'
Spandoek tegen de komst van een asielzoekerscentrum in Berlicum
Bron: ANP

Uit een inventarisatie van EenVandaag blijkt dat aanhoudende protesten er vaak toe leiden dat de geplande opvangplekken voor asielzoekers tijdelijk of definitief worden geschrapt.

Door deze aanhoudende en succesvolle protesten raakt het Centraal Opvang Asielzoekers (COA) steeds verder af van het doel van 96.000 opvangplekken. Dit zijn het aantal plekken dat de spreidingswet voorschrijft en moet voor 1 juli worden behaald.

Ophef om azc

In zeker veertien gemeenten, die samen goed zijn voor de opvang van bijna 3.000 vluchtelingen, is de afgelopen maanden een tijdelijke of definitieve streep gezet door de plannen voor een asielzoekerscentrum.

Deze inventarisatie is gedaan op basis van berichtgeving van de afgelopen maanden over opvang die geannuleerd is. Er is gekeken naar de protesten en de daaropvolgende reactie vanuit het gemeentebestuur.

Zoeken naar nieuwe opvanglocaties

Het werkelijke aantal kan nog hoger liggen, omdat ook veel gemeenten waar protest is geweest nog geen besluit hebben genomen. Zoals bijvoorbeeld in de gemeente Maashorst, waar een informatieavond over drie mogelijke opvanglocaties uit de hand liep. De avond werd beëindigd met charges van de mobiele eenheid.

De locatie in Maashorst moest in totaal 750 asielzoekers opvangen. Of dit plan kan worden doorgezet is nu nog maar de vraag. Uit de rondgang van EenVandaag blijkt dat er de komende weken op nog meer plekken wordt gesproken over nieuwe opvanglocaties.

Bekijk ook

Geen azc na protesten

In sommige gevallen zegt de gemeente zelf dat ze de beoogde locatie voor een azc annuleren vanwege de protesten. Dit was bijvoorbeeld het geval in de gemeente Sint Michelsgestel.

"Na de maatschappelijke en politieke onrust die is ontstaan in de gemeente, is de primaire inzet van het college gericht op nazorg en depolarisering", schrijft de gemeente op hun website.

'We zijn niet gezwicht'

In andere gevallen zijn er wel protesten geweest, maar ontkennen raadsleden daar aan toe te hebben gegeven. Zo kondigde de gemeente Hardenberg in maart aan te kijken naar zeven potentiële locaties voor een nieuwe opvang. Na dit bericht volgde er twee informatieavonden en een protest.

Daarna maakte de coalitie bekend de zoektocht naar een locatie te staken. Raadslid Simone Hof (Christenunie) zei toen tegenover RTV Oost: "We zijn niet gezwicht voor de druk van een luidruchtige groep tegenstanders." Zij wijst juist naar het wankelende beleid van asielminister Marjolein Faber. Ook blijkt dat stikstof besluitvorming in de weg zit, of als argument wordt gebruikt om een azc niet te gaan bouwen.

In deze gemeenten werd een asielopvang geannuleerd

Weinig draagvlak

Verschillende gemeenten geven na het schrappen van een locatie wel aan verder te zoeken naar een andere locatie. Dat moet ook volgens de spreidingswet. Toch hebben ze nog weinig tijd om dit voor 1 juli te regelen, omdat ze vaak al veel locaties in beeld hebben gehad.

In de gemeente Dinkelland is de beoogde locatie van de baan, maar zegt de gemeente wel verder te zoeken naar een andere locatie. CDA-raadslid Marc Smelink hoopt dat dat voor 1 juli nog lukt, maar merkt ook weinig draagvlak. Het helpt volgens hem niet mee dat Faber geen regie pakt op de spreidingswet.

Asielminister Faber moet regie pakken

Op vragen - die EenVandaag eerder aan de asielminister stelde - over de consequenties die het heeft als gemeenten geen opvang regelen, zegt Faber dat op 1 juli opnieuw te bekijken.

"Maar als de landelijke overheid geen regie pakt dan staan we als gemeente tegenover de inwoner, terwijl we daar juist naast willen staan", reageerde Smelink toen.

Bekijk ook

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Een derde van 55-plussers vindt dat ze te groot wonen, maar zoektocht naar toekomstbestendig huis duurt vaak jaren

Een derde van 55-plussers vindt dat ze te groot wonen, maar zoektocht naar toekomstbestendig huis duurt vaak jaren
Bron: ANP

Een derde van 55-plussers vindt hun woning te groot voor wat ze nodig hebben. Veel van hen willen wel ruimte maken voor jonge huizenzoekers, maar doorstromen blijkt lastig: 30 procent zoekt al ruim 2 jaar naar een geschikte woning.

Dat blijkt uit onderzoek van EenVandaag onder bijna 30.000 leden van het Opiniepanel. Onder alle ondervraagde 55-plussers zoekt 15 procent op dit moment naar een toekomstbestendige woning, en wil nog eens 27 procent dat op termijn gaan doen. Onder de 55-plussers die op dit moment te groot wonen, is dat aandeel nog groter.

'Gezinnen kunnen ruimte beter gebruiken'

Een derde (33 procent) van alle 55-plussers in het onderzoek laat weten op dit moment meer woonruimte in gebruik te hebben dan nodig. Voor de meesten van hen gaat dat om een woning van 100 vierkante meter of groter. Sommigen willen graag naar een woning met minder trappen, minder tijd kwijt zijn aan de schoonmaak, of ruimte bieden aan jonge huizenzoekers.

"Ik ben alleenstaand in een eengezinswoning, het onderhoud wordt me een beetje te veel", vertelt een gepensioneerde deelnemer. "Er zijn gezinnen die de ruimte veel beter kunnen gebruiken."

Hoe denken jongeren en 55-plussers over de grootte van hun woning?

Jongeren komen ruimte tekort

Die opvatting kunnen veel jongeren beamen. Waar 55-plussers vaker woonoppervlakte over hebben, moet een vijfde (21 procent) van 18- tot en met 34-jarigen het doen met een woning die te klein is voor hun situatie. Van hen woont 40 procent momenteel in een woning van minder dan 50 vierkante meter.

"We willen eigenlijk kinderen, maar stellen dat al jaren uit omdat we geen geschikte woning kunnen vinden", laat een jongere in zo'n woning weten. "Ik ben bang dat het voor ons al te laat is tegen de tijd dat de woningmarkt weer hersteld is."

Zijn 55-plussers van plan te verhuizen naar een toekomstbestendige woning?

Zoektocht naar woning

Een flinke groep van 55-plussers met een te grote woning is best bereid om plaats te maken voor woningzoekende jongeren en daarbij ruimte in te leveren.

Een derde van hen (34 procent) is op dit moment al op zoek naar een woning die beter geschikt is om op latere leeftijd in te wonen. Nog eens 40 procent zou dat op termijn willen.

Minder woning, hogere huur

Toch is het voor een ruime meerderheid (85 procent) van de 55-plussers die nu op zoek zijn, lastig om iets te vinden. 30 procent geeft aan al minstens 2 jaar bezig te zijn met het vinden van de juiste woning. Zij zien weinig geschikte opties en lange wachttijden in de sociale huur, maar zouden er vaak ook financieel flink op achteruit gaan.

"Ik wil graag kleiner wonen, maar kan alleen een appartement krijgen van 1.500 euro", laat iemand weten. "Dan zou ik een tuin én ruimte inleveren voor ruim 500 euro per maand meer."

Hoe lang zijn 55-plussers al op zoek naar toekomstbestendige woning?

Niet iedereen wil verhuizen

Bovendien zou ongeveer een vijfde (21 procent) van 55-plussers ondanks een te grote woning helemaal niet willen verhuizen. Voor sommigen is hun woning al voldoende geschikt om ook later nog te kunnen wonen.

Anderen hebben daarvoor aanpassingen laten doen, zoals het plaatsen van een traplift of het bouwen van een badkamer op de begane verdieping om langer in hun huis te kunnen blijven.

Gehecht aan woning

Daarnaast spelen er, ook onder ouderen die hun huidige woning eigenlijk te groot vinden, sentimentele redenen mee om niet weg te willen.

Bijvoorbeeld omdat ze gehecht zijn aan hun huis of niet weg willen uit hun sociale omgeving. "Een fijne buurt en een riant huis, daar kan geen appartement tegenop", besluit een deelnemer.

Bekijk ook

info

Over dit onderzoek

Het onderzoek is gehouden van 14 maart tot en met 3 april 2025. Er deden in totaal 29.827 leden van het EenVandaag Opiniepanel mee, onder wie 3.490 deelnemers van 55 jaar en ouder, die een woning voor latere leeftijd zoeken. Het onderzoek is na weging representatief voor zes variabelen, namelijk: leeftijd, geslacht, opleiding, burgerlijke staat, spreiding over het land en politieke voorkeur, gemeten naar de Tweede Kamerverkiezingen van 2023.

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Ook interessant