meer NPO start

Geen duidelijk beleid bij bijtincidenten: Nadine moest zelf naar gemeente toen zoon was gebeten door een hond

Geen duidelijk beleid bij bijtincidenten: Nadine moest zelf naar gemeente toen zoon was gebeten door een hond
De zoon van Nadine Boskamp werd begin dit jaar aangevallen door een Mechelse herder
Bron: EenVandaag

Plastisch chirurgen registreerden in 1,5 jaar 100 ernstige bijtincidenten. De echte cijfers liggen waarschijnlijk veel hoger. Registratie is niet verplicht en een landelijke aanpak afwezig. Dat merkte ook Nadine toen haar zoon werd gegrepen door een hond.

Toen er vanuit de politie vrij weinig gedaan werd met haar aangifte, nam ze het heft in eigen hand.

Van de fiets getrokken

Afgelopen januari werd de 12-jarige zoon van Nadine Boskamp aangevallen door een Mechelse herder. "Hij fietste met een vriend naar huis. Ze gingen over de openbare weg, daar is ook een pad naar een losloopgebied. Daar liep een vrouw met een hond", vertelt ze. Toen de hond de jongens zag, zette hij de achtervolging in.

"Halverwege de straat pakte hij eerst het onderbeen van mijn zoon, trok hem van de fiets. Toen greep hij hem in zijn bovenbeen. En nou ja, mijn zoon maakte natuurlijk wat herrie", zegt Nadine. De hond liet daarom los en ging achter de vriend van Nadine's zoon aan. Ook hij werd in zijn onderbeen gebeten, waardoor hij van de fiets viel, op zijn hand. "Daarna greep hij hem op zijn rug tussen de schouderbladen."

Bekijk ook

Hechtingen in ziekenhuis

Zijn vader hoorde hem schreeuwen en deed de deur van de achtertuin open, zodat de kinderen naar binnen konden rennen. "Toen jaagde hij de hond de tuin uit", vertelt Nadine. "Hij zag de eigenaar nog staan, maar bekommerde zich eerst om de jongens. Zij moesten naar het ziekenhuis."

Nadine's zoon had flinke verwondingen aan zijn been en moest gehecht worden. Zijn vriend had er ook nog een gebroken pink aan overgehouden. "Gelukkig droegen ze een spijkerbroek en een dikke winterjas", zegt Nadine. "Anders weet ik niet wat er was gebeurd."

'Durfde niet meer door straat te fietsen'

Na 8 maanden heeft haar zoon geen last meer van zijn verwondingen, op de littekens na. "Maar het heeft wel een enorme impact op hem gehad, hij was enorm bang", vertelt Nadine. "We hebben zelf altijd honden gehad, daar is hij nooit bang voor geweest. Maar hij is nu wel voorzichter geworden met andere honden."

"Hij heeft ook een hele tijd niet door de straat durven fietsen. Hij ging via een andere weg naar school", zegt ze daarover.

Bekijk ook

Excuses aanbieden

De dag erna hebben haar zoon en zijn vader aangifte gedaan bij de politie. Zelf heeft Nadine geprobeerd om de eigenaar van de hond op te zoeken. "Ik zag een vrouw lopen met zo'n hond en heb gevraagd of zij wist wat er was gebeurd. Toen zei ze: 'Ja, dat was mijn hond.'" Nadine vroeg waarom ze niks had gedaan.

"Ze zei dat als ze er naartoe was gelopen, de hond toch was weggerend. Dat vond ik een hele rare reactie", zegt ze daarover. "Het ging me er natuurlijk ook niet alleen maar om dat ze die hond onder controle had moeten krijgen. Het ging erom dat ze kwam kijken hoe het met de jongens was. Als zoiets gebeurt, kun je op z'n minst langsgaan, checken hoe het gaat en je excuses aanbieden."

Geen evaluatie

Nadine vroeg de eigenaar ook om haar naam en adres, om door te geven aan de politie. "Die gaf ze, dus belde ik de volgende dag de politie om het door te geven. Toen zeiden ze dat ik binnen 2 dagen teruggebeld zou worden. Ik zei: 'Misschien begrijpt u de ernst van het verhaal niet, maar als iemand hier op straat met een mes twee kinderen verwondt, wordt er gelijk actie ondernomen.'"

Met de aangifte is naar haar weten na 8 maanden ook niks meer gedaan. "Ik was er eigenlijk vanuit gegaan dat die hond in ieder geval geëvalueerd zou worden en dat er zou worden gekeken naar het gedrag, maar nee."

Bekijk ook

Vragen gemeenteraad

Nadine schreef een brief naar de burgemeester, maar toen ze daar niks over hoorde, schreef ze naar de gemeenteraad. "Daar kreeg ik van verschillende partijen bericht, dat zij dit ook een vreemde gang van zaken vonden en dat ze er vragen over zouden stellen. Toen kwam het bij de burgemeester en is er heel snel gehandeld."

Er kwam een aanlijnplicht voor de hond, en hij moest ook een muilkorf gaan dragen. "Ik heb wel eens gehoord dat het niet voor altijd is, maar ik weet niet voor hoe lang. Soms zie ik hem nog wel eens loslopen, met een muilkorf", vertelt ze.

Onveilig gevoel

Nadine maakt zich zorgen om het feit dat er geen duidelijk stappenplan is voor als er dit soort dingen gebeuren. "Wat is de procedure als een hond iemand aanvalt? Ik wil dat er duidelijk beleid komt in alle gemeenten. Het geeft gewoon een heel onveilig gevoel dat zoiets je kan overkomen en dat er niks mee gebeurt als je er niet zelf achteraan gaat."

"Ja, ik heb de gemeenteraad aangeschreven toen ik daarop werd gewezen", zegt ze, "maar wat als je dat niet weet? Dan weet ik niet of er iets was gedaan en had die hond misschien nog steeds losgelopen."

'Registratie nodig'

Nadine wil vooral dat dit soort incidenten geregistreerd worden. "Als je dat doet, kun je een patroon aantonen als een hond eerder een mens of dier heeft aangevallen." Ook wil ze dat er duidelijke consequenties komen voor eigenaren. "Zodat mensen misschien meer gaan nadenken over wat er kan gebeuren als je hond een ander dier of in dit geval kinderen aanvalt."

"Dat er een straf of boete op komt te staan", stelt ze voor. "En onderneem als eigenaar stappen als zoiets gebeurt. Ga met je hond naar een gedragsspecialist, kijk hoe je het veiliger kan maken voor de omgeving. Dat is ook alleen maar prettiger voor dat dier."

Bekijk ook

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Waarom Koningsdag dit jaar niet op zondag is, en wat jullie over de zondagsrust wilden weten

Waarom Koningsdag dit jaar niet op zondag is, en wat jullie over de zondagsrust wilden weten
Gesloten winkels op zondag
Bron: ANP

Koning Willem-Alexander is jarig op 27 april, maar die datum valt dit jaar op een zondag. Vanwege de zondagsrust vieren we Koningsdag daarom op zaterdag. We vroegen wat jullie wilden weten over de zondagsrust.

Jullie vragen worden beantwoord door universitair docent staats- en bestuursrecht Lisanne Groen (Vrije Universiteit), die onderzocht hoe de zondagsrust wettelijk is geregeld en hoe daar discussie over wordt gevoerd. En door bijzonder hoogleraar Recht en Religie Paul van Sasse van IJsselt (Rijksuniversiteit Groningen).

1. Waarom is Koningsdag verplaatst van zondag naar zaterdag?

Als de verjaardag van de Nederlandse vorst op een zondag valt, verplaatsen we de viering naar zaterdag. "Dat besloot koningin Juliana al in 1980", vertelt Groen. "Zij schreef dat we Koninginnedag vieren op 30 april 'behoudens uitzonderingen in verband met zondagen'."

"Een reden gaf ze eigenlijk niet. Maar ik kan me voorstellen dat dit samenhangt met het 'rustdagkarakter' van de zondag." Dat idee van zondag als dag van rust, zonder werk of drukke activiteiten, komt uit het christendom. Zondag wordt in die religie gezien als de dag waarop God rustte na de schepping van de aarde.

Het besluit van Juliana om geen Koninginnedag te vieren op een zondag, geldt voor de huidige Koningsdag nog steeds. "Een gedeelte van in elk geval de gelovige bevolking hecht er waarde aan dat zondag een rustdag is", verklaart hoogleraar Van Sasse van IJsselt. "En de zondagsrust is nauw verbonden met de Nederlandse geschiedenis. Het zou tot rumoer en gedoe leiden wanneer je deze regel van Juliana aanpast."

Daarnaast geeft hij aan dat er ontheffingen aangevraagd moeten worden voor evenementen die op zondag vóór 13 uur 's middags plaatsvinden. "Voor Koningsdag zouden de meeste gemeenten zo'n ontheffing waarschijnlijk wel verlenen, maar het is makkelijker om de dag gewoon collectief te verplaatsen."

2. Wie heeft bepaald dat er zondagsrust voor iedereen moest komen?

"Het principe van zondagsrust wordt sinds 1815 beschermd in een heuse Zondagswet", weet Groen. "De toenmalige Koning Willem I merkte dat de zondagsrust niet in alle gemeenten even goed werd gerespecteerd. Daarom initieerde hij één centrale wet die dit in heel Nederland moest verzekeren."

"Die wet verbood het om op zondag openbare arbeid uit te oefenen en koopwaren te verkopen. Ook moesten herbergen sluiten en waren sport en spel verboden, net zoals 'openbare vermakelijkheden' als concerten en danspartijen", legt ze uit.

De komst van die Zondagswet moet je plaatsen in de tijd, vervolgt Van Sasse van IJsselt. "Na een periode van Franse overheersing werd de centralisering van het landsbestuur in Nederland voortgezet onder Koning Willem I. Landelijke wetgeving droeg daaraan bij, in elk geval op het punt van de zondagsrust. Ook wilde de koning het christendom bevorderen. De overheid kreeg zelfs de grondwettelijke opdracht dat te doen. Dit waren mede de drijfveren achter de Zondagswet."

De wet uit 1815 werd meerdere keren geprobeerd aan te passen, vertelt Groen verder. "Er stonden allerlei verboden in die niet te handhaven waren. Zo was het voeren van dieren in de wei strikt genomen verboden, terwijl dit in de praktijk wel gedaan moest worden." Pas in 1953 werd de wet daadwerkelijk aangepast. "De wet werd toen verbeterd en ook meer toegespitst op het moderne leven."

Bekijk ook

3. In hoeverre bestaat de zondagsrust nog in onze 24-uurs-economie?

De Zondagswet uit 1953 bestaat nog altijd. Ook al is het aantal christelijke Nederlanders afgenomen, en noemde in 2024 nog slechts 17 procent van de bevolking van 15 jaar of ouder zichzelf rooms-katholiek. 14 procent noemde zichzelf protestants.

"Volgens de Zondagswet is het verboden om op zondag in de buurt van kerken veel lawaai te maken. De wet beschermt tegen lawaai en onrust die het gevolg is van openbare vermakelijkheden, samenkomsten, of de uitoefening van arbeid", legt Groen uit.

In de oorspronkelijke Zondagswet stonden bepalingen over werken en bedrijvigheid. "Later zijn daar aparte wetten voor gekomen: de Arbeidstijdenwet regelt het recht op rustdagen van werknemers, de Winkeltijdenwet regelt de openingstijden van winkels", vervolgt ze. Werken en winkelen op zondag worden dus niet geregeld volgens de huidige Zondagswet, maar hoogleraar Van Sasse van IJsselt vermoedt dat die wetten wel zijn voortgekomen uit de gedachte dat zondag een collectief moment van rust moet zijn.

Groen licht toe wat er in de Arbeidstijdenwet en Winkeltijdenwet staat over zondagen: "In de Arbeidstijdenwet staat dat je recht hebt op in ieder geval 13 vrije zondagen per jaar. Verder moet de werkgever het werk in principe zo organiseren dat het niet op zondag hoeft, tenzij het noodzakelijk wordt geacht vanuit uit de aard van het werk; als je bijvoorbeeld in de zorg of horeca werkt", zegt ze. "In de Winkeltijdenwet staat dat winkels in principe gesloten zijn op zon- en feestdagen, maar dat gemeenten zelf mogen beslissen of ze zich hieraan willen houden of dat ze dit toch anders willen inrichten."

info

Werken op zondag

Volgens de meest recente cijfers werkte 39,2 procent van de werknemers in 2021 regelmatig of soms op een zondag. In de Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden wordt vanaf 2022 niet meer apart gevraagd naar werken op zondag, maar alleen naar werken in het weekend.

4. Steeds meer mensen moeten ook op zondag werken. Welke rechten hebben werknemers als zij zich aan de zondagsrust willen houden?

Groen: "In principe geldt dat werknemers niet op zondag hoeven te werken. Het kan zijn dat bepaalde soorten werk meebrengen dat ook op zondag moet worden gewerkt, zoals in de zorg of in het openbaar vervoer. Maar ook dan geldt dat je er als werknemer steeds met je werkgever samen uit moet komen. Overigens geldt dit ook als de werknemer liever niet op zondag wil werken om redenen die niets met religie te maken."

5. Hoe kunnen gemeenten de zondagsrust 'afdwingen', en hoeveel gemeenten doen dat?

"De Zondagswet stelt een kader voor wat wel en wat niet mag op zondag. Maar daarbinnen kunnen gemeenten verfijningen aanbrengen", zegt Van Sasse van IJsselt. "Dat is zo geregeld omdat er in Nederland veel verschillen zijn tussen gemeenten: in de ene gemeente speelt de kerk een grotere rol en is er meer behoefte aan het beschermen van de zondagsrust, dan in de andere", zegt Groen.

Zo kan het dat gemeenten verschillen in het aantal ontheffingen voor activiteiten dat zij goedkeuren. "Wat gemeenten niet mogen verbieden in het kader van de zondagsrust is sport en ontspanning", vertelt Groen. "Er is dus een zekere ondergrens. De Zondagswet beschermt zo juist ook dat je bepaalde dingen wél mag doen."

Het verlenen van ontheffingen is niet alleen een theoretische constructie, maar gebeurt in de praktijk ook wel. "In die zin is de Zondagswet een werkende wet, die nog altijd wordt gebruikt", zegt Van Sasse van IJsselt. "Maar dat gebruik moet ook weer niet worden overschat: 45 procent van de gemeenten maakt helemaal geen gebruik van de wet." Dat bleek uit een onderzoek dat tien jaar geleden werd uitgevoerd in opdracht van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

Ook zijn er, voor zover Groen en Van Sasse van IJsselt weten, geen actuele voorbeelden bekend van rechtszaken op basis van handhaving van de Zondagswet.

6. Waarom wordt de zondagsrust ingeleid met luide kerkklokken? Dat is geen rust te noemen.

"Gemeenten mogen geluid van kerkklokken niet verbieden", antwoordt Groen. Het luiden van klokken voor een kerkdienst is aangemerkt als uiting van een godsdienst, en wordt dus beschermd door de Grondwet. Dat geldt ook voor andere vormen van het oproepen tot het belijden van godsdienst.

Wel mag een gemeenteraad regels instellen met betrekking tot de duur en het geluidsniveau. "Je mag dus niet heel hard en middenin de nacht klokken luiden", verduidelijkt Groen. "Klokgelui en andere gebedsoproepen mogen plaatsvinden binnen redelijke grenzen. Maar het verschilt per gemeente wat de precieze regels hiervoor zijn."

Bekijk ook

7. We hebben vrijheid van godsdienst, maar óók zondagsrust: hoe zit dat?

Volgens het principe van 'scheiding van kerk en staat' mag de overheid zich niet bemoeien met wat er in de kerk gebeurt. "Maar dat is een institutioneel beginsel: een instantie van de overheid mag zich niet bemoeien met een kerkelijke instantie. De overheid mag wél een rol spelen in de manier waarop religie zich manifesteert in de samenleving en in de manier waarop de samenleving omgaat met het respecteren van godsdienstige gevoelens van medeburgers", legt Van Sasse van IJsselt uit.

De zondagsrust is zo'n voorbeeld van omgang met religie in het publieke domein. De overheid mag zich daarom bemoeien met de zondagsrust. "Die bemoeienis is onder andere gericht op het beschermen van godsdienstvrijheid, in elk geval voor zover het gaat om bescherming van ongehinderde doorgang van de kerkdienst", vervolgt de hoogleraar. "Want dat is een grondrecht: iedereen moet vrij kunnen zijn om ook in gezamenlijkheid een religie uit te oefenen."

Het is niet zo dat de Zondagswet de godsdienstvrijheid van niet-christenen juist beperkt, zeggen Van Sasse van IJsselt en Groen. "De wet heeft expliciet niet tot doel om de 'heiliging van de zondag af te dwingen', maar om die mogelijk te maken voor degenen die daaraan behoefte hebben, door de rust op deze dag zoveel mogelijk te garanderen", zegt Groen.

"Natuurlijk komt de wet tegemoet aan gelovigen, maar de wet is er niet alleen voor hen", zegt Van Sasse van IJsselt. "De wet is nadrukkelijk niet bedoeld om kerkelijkheid te bevorderen, maar om een collectief moment van rust en ontspanning mogelijk te maken voor iedereen die daar behoefte aan heeft."

info

EenVandaag Vraagt

Bij EenVandaag heb je de mogelijkheid om vragen en ideeën in te sturen. Dat kan altijd in onze chat, of je kunt meedoen aan de gerichte EenVandaag Vraagt-oproepen die wij zo'n twee keer per week plaatsen in de Peiling-app. De Peiling-app is gratis te downloaden in de App Store of Play Store.

8. Is de zondagsrust niet een beetje achterhaald, nu minder mensen gelovig zijn?

"Je ziet dat de Zondagswet een stuk erfenis is, en dat er om die reden in de modernere tijd telkens opnieuw aan gepulkt wordt", zegt Van Sasse van IJsselt. "Juridisch en praktisch gezien lijkt er niet echt een reden om de wet aan te passen."

"Een wet om de zondagsrust te beschermen is niet verplicht vanuit het recht op godsdienstvrijheid. De wens van gelovigen om op zondag te rusten verdient het gerespecteerd te worden; het houden en volgen van een eredienst moet je vanuit godsdienstvrijheid sowieso respecteren, of er nou wel of geen aparte Zondagswet is", legt de hoogleraar uit.

"Aan de andere kant is het in juridische zin ook niet erg dat er wél een aparte Zondagswet is: die wet is niet in strijd met andere wetgeving of het grondrecht op godsdienstvrijheid, dus kan prima bestaan."

Ook is in 2015 onderzocht of gemeentes in de praktijk tegen problemen met de wet aanliepen. "Daar bleek geen sprake van. Gemeenten ervaarden genoeg ruimte om beslissingen te nemen. Waarschijnlijk werd er mede daarom in coalities na 2015 geen prioriteit meer gegeven aan het afschaffen van de Zondagswet."

In die periode werd er wel flink over gediscussieerd. "Er werden zelfs een motie en wetsvoorstellen ingediend om de Zondagswet in te trekken. De zondagsrust zou dan niet langer vanuit het Rijk moeten worden geregeld, maar door gemeenten", weet Groen.

"Het heikele punt was dat er dan geen ondergrens meer zou zijn", vervolgt ze. "Gemeenten die dat willen, zouden dan veel strengere regels kunnen instellen voor wat niet mag op zondag. Uiteindelijk is daarom gezegd: we trekken 'm toch niet in, want de Zondagswet beschermt verschillende groepen mensen in wat ze op de zondag willen doen. Hij voorziet dus toch in een behoefte."

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Ook interessant