Al een paar jaar is het vertrouwen in de overheid ronduit laag. Dat merken ook de mensen die achter de schermen werken, zoals rijksambtenaren. "Er wordt vanuit gegaan dat wij het slechtste voor hebben met mensen."

Nazi, sukkel, crimineel: het zijn zomaar een paar scheldwoorden die Johan regelmatig door burgers naar zijn hoofd geslingerd krijgt, tijdens zijn werk als rijksambtenaar. Wat regelmatig in dit geval betekent? "Toch wel een keer per week. En ik weet dat ik niet de enige ben."

info

Anoniem

Johan is een verzonnen naam. Gezien de 'aard en inhoud van zijn werk' wil hij niet met zijn echte naam in het artikel. Ook wil hij niet dat duidelijk wordt bij welk departement hij als rijksambtenaar werkt. Johans echte naam en zijn functie en departement zijn bij de redactie bekend. Hij vertelt zijn verhaal omdat hij vindt dat de kant van de ambtenaar vaak onderbelicht blijft en omdat hij weet dat veel collega's soortgelijke dingen meemaken als hij.

'Een dikke huid hebben'

Het overkomt hem bijvoorbeeld als hij per mail of brief vragen beantwoordt over een afgewezen vergunningaanvraag. Of na het afhandelen van een Woo-verzoek, een vraag in het kader van de Wet open overheid (de opvolger van de bekende 'Wob', red.) waarbij je als burger, bedrijf of journalist overheidsinformatie kunt opvragen die niet openbaar is.

"Als mijn antwoord de persoon aan de andere kant niet bevalt, hoor ik dat ik niet integer ben, corrupt, onmenselijk of onbehoorlijk. Dat doet wel wat met me", vertelt Johan. Als rijksambtenaar die contact heeft met burgers moet je een dikke huid hebben, dat staat voor hem vast. "En dan zit ik niet eens aan een loket, waar het nog veel vaker gebeurt."

Mens van vlees en bloed

"Wat vaak wel helpt is als ik de schrijver van een boze mail of brief opbel. Dan lijkt diegene verbaasd dat er een mens aan de andere kant van de lijn zit. Je hoort een stem, een intonatie en een vraag achter de vraag", vertelt hij. "Dat zijn in veel gevallen gelukkig goede gesprekken, waaruit wederzijds begrip voortkomt."

Volgens hem zit daar een deel van het probleem: mensen die zich opwinden over een beslissing van de overheid beseffen in eerste instantie vaak niet dat degene die hen over die beslissing informeert ook maar gewoon een persoon is, een mens van vlees en bloed.

Bekijk ook

Grote boze overheid

Ergens begrijpt Johan het onbegrip en de boosheid ook wel, de overheid heeft in het verleden regelmatig het vertrouwen van burgers geschaad, bijvoorbeeld in de toeslagenaffaire. "Ik ben voor veel mensen een representant van de grote boze overheid, die het burgers expres moeilijk maakt. Er wordt vanuit gegaan dat wij als ambtenaren het slechtste voor hebben met mensen."

Wat hij niet begrijpt, is dat mensen hem persoonlijk aanvallen met scheldpartijen en verwensingen, in plaats van dat ze hem aanspreken op het beleid waar hij aan werkt. "Dat is voor mij een groot verschil. Met zakelijk chagrijn kan ik iets, daar kan ik inhoudelijk op reageren. Maar als het persoonlijk wordt, vind ik dat veel lastiger."

'Wantrouwen wordt gevoed'

Natuurlijk moet de rijksoverheid in de spiegel blijven kijken, erkent Johan, maar er zijn meer partijen die wat hem betreft verantwoordelijkheid dragen. "Het wantrouwend denken richting de overheid wordt van alle kanten gevoed." Hij doelt daarmee onder andere op de media, die naar zijn mening zaken soms opblazen of maar één kant van een verhaal belichten.

En dan heeft hij het specifiek over talkshows. "Het gebeurt regelmatig dat experts tegenover mensen met 'een mening' worden gezet, dat zag je bijvoorbeeld tijdens corona. Het gevolg is dat het publiek wat de expert zegt even zwaar weegt als wat de persoon met 'een mening' daar tegenover zet."

'Mensen zien niet wat wij doen'

Daarmee ontstaat wantrouwen richting experts, en daarmee ook richting experts binnen de overheid, ziet de rijksambtenaar gebeuren. "Terwijl: mensen zien helemaal niet wat wij doen om een dossier af te handelen, welke kennis daarvoor nodig is", zegt Johan.

Ook social media dragen niet bepaald bij aan het beeld dat burgers hebben van de overheid, denkt Johan. "Het is daar zo makkelijk om ongefilterd je mening te uiten op een manier die niet oké is. Maar omdat het zoveel gebeurt, wordt het normaal", ziet hij.

info

Onderzoek wijst uit: arrogant, strikt en autoritair

Is er een verklaring voor dat sommige mensen zich zo laten gaan tegen een ambtenaar? Hoogleraar bestuurs- en organisatiewetenschap aan de Universiteit Utrecht Lars Tummers deed meerdere jaren onderzoek naar de vooroordelen die we hebben over ambtenaren in de Verenigde Staten, Canada, Zuid-Korea en Nederland.

"Over het algemeen zijn mensen iets minder positief over ambtenaren dan over werknemers in het bedrijfsleven", vertelt Tummers. "Dat heeft ermee te maken dat de meeste mensen denken dat ambtenaren minder hard werken dan mensen in het bedrijfsleven."

Uit zijn onderzoek kwamen verschillende stereotypen naar voren, zoals suf, lui en een '9-tot-5-mentaliteit'. Niet dat er alleen maar negatieve stereotypen naar voren kwamen uit het onderzoek, maar de negatieve worden wel beter onthouden, legt Tummers uit. "Die stereotypen dragen bij aan hoe wij ons voelen en uiten tegen ambtenaren."

Wat ook duidelijk in het onderzoek naar voren komt, is dat mensen die het gevoel hebben dat ze niet goed rond kunnen komen en in de knel zitten, ambtenaren vaker zien als arrogant, strikt, autoritair en corrupt dan mensen die het financieel goed voor elkaar hebben, of dat in elk geval zo voelen.

Een andere verklaring die Tummers geeft voor het negatieve beeld: "In veel opzichten is de overheid een monopolist. Als je niet tevreden bent over je garage, zoek je gewoon een andere, maar als je ontevreden bent over de WOZ-waarde van je huis heb je geen andere partij waar je terecht kunt."

Vakbond FNV ziet 'trend'

Of het tegenwoordig vaker gebeurt dat (rijks)ambtenaren op een vervelende manier bejegend worden door burgers? Vakbondsbestuurder Mick Bleijerveld van FNV Rijk, die rijksambtenaren vertegenwoordigt, heeft het idee van wel. Al is deze 'trend' volgens haar al wel langer gaande.

"Je zag het bijvoorbeeld tijdens de boerenprotesten, waar ambtenaren persoonlijk werden lastiggevallen", geeft ze als voorbeeld. "En bij het programma BOOS, waarin presentator Tim Hofman via social media opriep om namen te delen van ambtenaren die verantwoordelijk zouden zijn voor het toeslagenschandaal. Om nog niet te spreken over de weginspecteurs die het regelmatig te verduren krijgen."

Toolkit voor ambtenaren

Als vakbondsbestuurder vindt Bleijerveld dat ambtenaren te allen tijde over een 'toolkit' moeten beschikken waarmee ze zich kunnen verweren als dat naar hun idee nodig is.

Wat er in die toolkit zit, hangt af van de functie van de ambtenaar. "Je ziet het bij de weginspecteurs met een boa-status. Door die status zijn ze gemachtigd direct een proces-verbaal uit te schrijven als dat nodig is, wat hen het gevoel geeft dat ze goed toegerust zijn op hun werk."

Werk neerleggen

Bij rijksambtenaren achter het bureau, die net als Johan vooral telefonisch en schriftelijk contact hebben met burgers, kan onderdeel van zo'n toolkit bijvoorbeeld zijn dat er altijd een collega bij een ambtenaar zit als die met een burger belt.

"Of dat iemand mag zeggen: ik voel me hier onveilig bij, ik leg mijn werk neer."

Bekijk ook

Genoeg aandacht voor veiligheid?

De vraag die de werkgever volgens Bleijerveld aan elke ambtenaar moet voorleggen is: wat heb jij nodig om ervoor te zorgen dat je je veilig voelt tijdens je werk? Dat gesprek wordt nu nog niet genoeg gevoerd, zegt ze.

"Voor de sociale veiligheid en integriteit van rijksambtenaren is wel steeds meer aandacht, daaraan wordt ook veel aandacht besteed in de nieuwe cao, maar dat gaat vooral over wat er op de werkvloer gebeurt, tussen collega's", legt ze uit. "Maar de organisatie is natuurlijk ook verantwoordelijk voor wat er 'buiten' gebeurt, tussen een ambtenaar en een burger. Je kunt je afvragen of daar nu genoeg aandacht voor is."

'Ministers dragen uiteindelijk de verantwoordelijkheid'

De vakbondsbestuurder kijkt daarbij ook naar het kabinet. Ministers en staatssecretarissen zouden meer voor hun ambtenaren moeten gaan staan, vindt Bleijerveld.

"De politieke kleur van de minister voor wie een ambtenaar beleid schrijft, heeft invloed op hoe mensen reageren op die ambtenaar, zo weten we", benadrukt ze. "Ministers dragen dus wel degelijk verantwoordelijkheid."

Ingewikkelde relatie

De minister en hun ambtenaren, het blijft sowieso een ingewikkelde relatie, merkt ook Johan. "Ambtenaren kunnen zich niet in het openbaar verweren voor het beleid dat zij hebben geschreven, ze kunnen het niet uitleggen", vertelt hij daarover.

"Ook niet als de bewindspersoon voor wie het beleid is geschreven er een andere draai aan geeft en je het daar als ambtenaar eigenlijk niet mee eens bent", vervolgt hij. "Of als je gevraagd wordt iets te schrijven wat naar jouw idee helemaal niet uitvoerbaar is. Als rijksambtenaar heb je in de ambtseed afgesproken dat je werkt voor de minister en niet andersom."

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.