Heel Nederland zit vanavond voor de buis om te kijken of Femke Bol haar tweede gouden plak binnensleept. We doen het als land de afgelopen jaren goed op de atletiekbaan. "Het is allemaal professioneler geworden", ziet oud-atleet Ellen van Langen.

Naast Femke Bol, Sifan Hassan en Lieke Klaver doen er dit jaar nog 44 Nederlandse atleten mee op het olympisch atletiektoernooi. Dat terwijl Nederland twee decennia geleden nog helemaal niet uitblonk op dit gebied. De Nederlandse atletiekwereld is volgens betrokkenen de afgelopen jaren flink geprofessionaliseerd.

Zelf regelen

Het leven van een atleet zag er een stuk anders toen Ellen van Langen 32 jaar geleden op de Olympische Spelen stond, vertelt ze. Ze moest in die tijd vooral veel zelf doen. "Als we op trainingskamp gingen, stapte ik zelf een reisbureau binnen om voor de hele groep tickets te boeken."

In het begin was dat weleens lastig, vertelt de oud-atleet, maar ze heeft er ook veel van geleerd. "Ik heb heel snel geleerd om op eigen benen te staan, voor mezelf dingen te regelen, en om te gaan met onverwachte situaties."

'Coach had ook gewoon een andere baan'

Ook het trainen zag er heel anders uit dan bij de atleten van nu. "Ik had een coach die niet fulltime kon trainen omdat hij gewoon een baan had. Daar was ook überhaupt geen geld voor. Dus we trainden veel in de avonduren."

Ook voormalig technisch directeur van de Atletiekunie, Ad Roskam, herinnert zich die tijd nog goed. "Een paar decennia geleden vond topsport bij verenigingen plaats. Als trainer van een sterke vereniging had je wat talentvolle spelers binnen je vereniging gevonden, of die kwamen naar je toe als je succes had. Daar werd dan heel hard getraind, maar eigenlijk op amateurbasis."

audio-play
Hoe Nederland is uitgegroeid tot succesvol atletiekland

Eén centraal punt

Hij is trots op wat de atleten van TeamNL tot nu toe hebben neergezet in Parijs. "Als we nu kijken naar het aantal deelnemers of het aantal prijzen dat ze winnen, niet alleen op de Olympische Spelen maar ook op afgelopen toernooien, is dat wel een ongelooflijke ontwikkeling." Niet alleen in de atletiek, voegt hij toe, maar ook bij veel andere sporten.

Het uitgroeien van Nederland tot succesvol atletiekland is volgens Roskam begonnen met de verhuizing van het bondsbureau van de Atletiekunie naar topsportcentrum Papendal, om daar een soort 'nationaal atletiekcentrum' te maken. "Het concept was dat atleten op fietsafstand kunnen wonen, trainen en toegang hebben tot alle faciliteiten. Dat is de formule die sindsdien wordt toegepast en steeds verder is uitgebouwd."

Professionaliteit

Dat alles op één locatie bij elkaar zit, is volgens de voormalig bondsdirecteur erg belangrijk. "Daarna zoek je talent. Dat is eigenlijk overal, maar je moet wel goed zoeken en je moet heel goed begeleiden. Daarnaast heb je coaches nodig die het verschil kunnen maken, die gespecialiseerd zijn in het ontwikkelen van jonge talenten, die werken aan de lange termijn en de atleten op mondiaal topniveau kunnen begeleiden."

Tegenwoordig is er dus een stuk meer begeleiding voor de atleten dan vroeger. Of ze daarmee gepamperd worden? Van Langen denkt van niet. "Ik denk dat het bij de professionaliteit van vandaag de dag hoort. De sporters moeten natuurlijk nog steeds gewoon hun trainingen doen, maar krijgen meer begeleiding." Zelf zou ze het ook 'ontspannender' vinden in deze tijd, zegt ze. "Al heb je nu wel met dingen als social media te maken. Dat lijkt me best uitdagend voor atleten."

Nieuwe generatie

Terwijl we bij de Spelen kijken naar de talenten van nu, wordt de volgende generatie alweer klaargestoomd. Dat gebeurt onder andere bij het jaarlijkse atletiekkamp in Zeist.

Femke Bol, Lieke Klaver en Cathelijn Peeters worden daar genoemd als grote voorbeelden. "Femke haalt heel veel medailles en ik vind ook haar enthousiasme heel leuk als ze een medaille heeft gewonnen", vertelt Floor, die ook meedoet met het kamp. Zo'n medaille gaat zij zelf ooit ook binnenslepen op de Spelen, verwacht ze. "Een gouden!"

'Hét duel van de Spelen'

Van Langen en Roskam hopen dat Bol het klaarspeelt om goud te winnen op de 400 meter horden, maar het wordt zeker geen makkie. "Ik denk dat Femke Bol tegen Sydney McLaughlin het duel is waar misschien wel het meest naar uit wordt gekeken tijdens deze Spelen", vertelt Van Langen.

"Sydney McLaughlin heeft het wereldrecord. Als ze presteert, presteert ze bijna altijd heel erg goed." Een lastige tegenstander dus. "Maar", vervolgt ze, "Femke is ook in heel goede vorm."

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.