Ook al draait hun hele bestaan erom, dieren staan niet op de financiële balans van dierentuinen. En al zou je een olifant of leeuw willen verkopen om zo als dierentuin het hoofd boven water te houden, het mag niet. "Alles gaat met gesloten beurzen."
De kas spekken in tijden van corona kan dus niet door het verkopen van dieren, zei directeur van Wildlands in Emmen, Erik Van Engelen, gisteravond in Nieuwsuur. In de jaren 60 is afgesproken dat dierentuindieren alleen nog mogen worden geruild, zonder geld bij te leggen of te krijgen. Dat gebeurde toen dierentuinen in Nederland en Europa zich begonnen te verenigingen, zoals in de Nederlandse Vereniging van Dierentuinen in 1966.
Dieren uit het wild halen
"Dierentuindirecteuren begonnen zich te realiseren dat veel dieren die ze aankochten, uit het wild werden gehaald. Terwijl ze ook begonnen te vertellen hoe slecht het eigenlijk ging in het wild. Die twee zijn onverenigbaar", zegt Wineke Schoo van de Nederlandse Vereniging van Dierentuinen. In de jaren 50 en begin jaren 60 werden er door dierentuinen nog wel dieren uit het wild aangekocht en ook dieren tussen dierentuinen verkocht.
Tegenwoordig mogen ze alleen worden geruild in het kader van fokprogramma's. Dit zijn afspraken die zowel Europees als wereldwijd gelden. "Het belang zit in het behouden van een collectie om die te delen met het publiek, zodat men meer bewust wordt dat er goed voor de dieren moet worden gezorgd", vertelt Goof Lukken, dierentuinexpert van de Breda University. De dieren hebben uiteraard wel waarde als inkomensgenerator uit bezoek, maar dus niet in de verkoop.
Kosten om dieren te onderhouden
Het enige geld dat er aan te pas komt, is als een dier van A naar B wordt getransporteerd. De ontvangende dierentuin zal dan volgens afspraak de kosten voor het transport op zich nemen. "Een olifant is dan natuurlijk een stuk duurder dan een Patrijs", licht Schoo toe.
Eerder dit jaar liet Artis, die net als bijna alle dierentuinen vanwege corona in financiële problemen zit, weten van de leeuwen af te willen om het hoofd boeven water te kunnen houden. Dat had dus niets te maken met geld dat ze zouden opbrengen, maar louter met geld dat niet zou hoeven worden uitgegeven. Het monumentale leeuwenverblijf is veel te klein en de investering voor een groter verblijf kan de Amsterdamse dierentuin nog lang niet opbrengen. Een verhuizing naar een Franse dierentuin ketste af. Artis beraadt zich op vervolgstappen.
Tiger King voorkomen
Het uitsluitend ruilen met gesloten beurzen moet taferelen zoals in de Amerikaanse Netflix-serie Tiger King voorkomen. Daarin was te zien hoe eigenaren van leeuw- en tijgerattractieparken steeds maar weer welpjes fokken om geld te verdienen met verkoop ervan.
"Dat is het beeld dat alle dierentuinen absoluut niet willen. De serie heeft die Amerikaanse subcultuur echt aan het oppervlakte gebracht", zegt Lukken.
Personeel nog duurder
Hoewel een giraf 65 kilo bladeren per dag eet, een nijlpaard 70 kilo aan wortels en waterplanten wegkauwt en een olifant maar liefst 160 kilo bladeren en struiken verorbert, is de voedselrekening niet de grootste kostenpost voor een dierentuin. Dat zijn de personeelskosten.
"24 uur per dag moet goed getrainde verzorgers de dieren bijstaan. Kerst, nieuwjaar of zomervakantie, dat gaat altijd door", zegt Schoo. Verder is huisvesting duur. Aquaria en binnenverblijven moeten bijvoorbeeld verwarmd worden. Dierenpark Wildlands in Emmen heeft dagelijkse vaste lasten van 30.000 euro, of er nu bezoekers zijn of niet.
Vragen? Stel ze!
Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.