Toenemende kritiek op milieudienst Rijnmond

De kritiek op het functioneren van de DCMR (milieudienst Rijnmond) zwelt aan. De DCMR is verantwoordelijk voor het milieutoezicht en de milieuhandhaving in Zuid-Holland, waaronder ook het grootste petrochemische industriegebied van Nederland valt, de Botlek.

Jan Mans, oud-burgemeester van Enschede, deed onderzoek naar het toezicht in Nederland. Mans in EenVandaag: “Ik zie een patroon van niet op adequate manier toezicht uitoefenen en niet op adequate manier handhaven. Wij zijn geneigd bedrijven als klant te betitelen en dat is niet de rol die de overheid moet spelen. Dat is veel te vriendschappelijk, dat kan niet.”

DCMR verliest greep op veiligheid

De misstanden en tekortkomingen op veiligheidsgebied die jaar in, jaar uit onder andere worden geconstateerd bij het olieopslagbedrijf Odfjell zijn een doorn in het oog van Ben Ale, hoogleraar Veiligheid en Rampenbestrijding. Ale vindt dat de DCMR niet hard genoeg optreedt: “Er is een rapport van dertig jaar geleden, waarin staat dat het tijd wordt dat er op dat terrein orde op zaken wordt gesteld, we zijn nu dertig jaar verder en er verandert op dat terrein nog steeds niks. De constatering is en dat blijkt uit de rapporten, dat de DCMR langzaam maar zeker zijn greep op de veiligheid in het Rijnmondgebied aan het verliezen is en dat is genoeg reden om je buitengewoon veel zorgen te maken.”

Verbond van Verzekeraars: aanscherpen vergunningverlening en handhaving

Begin vorig jaar deed het Gerechtshof in Den Haag een stevige uitspraak in de afwikkeling van de schade ontstaan in 1996 tijdens een chemische brand bij het Rotterdamse opslagbedrijf CMI. De DCMR en de gemeente worden aansprakelijk gesteld voor de ontstane schade omdat ze ‘niet adequaat reageerden op aan hen bekende ernstige en acute gevaren’, aldus het arrest. Richard Weurding, directeur van het Verbond van Verzekeraars is blij met deze uitspraak: “Dit is een belangrijk arrest, is een baanbrekend arrest. Helder is nu dat de overheid ook bij dit soort activiteiten aansprakelijk kan worden gehouden en het is ook belangrijk omdat de overheid nu heel duidelijk wordt geprikkeld om het beleid aan te scherpen en te zorgen dat vergunningverlening en ook de handhaving duidelijk wordt verbeterd.” DCMR-directeur Jan van den Heuvel erkent dat er fouten zijn gemaakt: “Dit toont aan dat handhaving niet gratuit is en dat kan dus betekenen dat je als je het als bestuurder niet zorgvuldig doet, dat je dan op de blaren moet zitten. Dat zitten wij nu.”

Reactie DCMR

Directeur Jan van den Heuvel reageert verder op de forse kritiek. Daar waar het Odfjell betreft komt hij tot een harde conclusie. Van den Heuvel: “Het is niet ondenkbaar dat hier inderdaad sprake is geweest van een onveilige situatie en dat is zeer ernstig. We hebben het bedrijf (Odfjell red.) vertrouwen gegeven, dat hebben ze beschaamd. Als we gefaald hebben, dan hebben we ten onrechte in 2009 dit bedrijf vertrouwen geschonken om nog een laatste kans waar te maken, daarin nemen wij de verantwoordelijkheid op ons, absoluut." Van den Heuvel is het niet eens met een kritisch VROM-rapport (6 juli 2011) waarin wordt geconcludeerd dat de DCMR niet goed heeft gehandeld bij het chemische bedrijf Huntsman. Het bedrijf maakt kunststof en produceert daarvoor als tussenstof het levensgevaarlijke en zeer giftige fosgeen.

Volgens de VROM-inspectie controleert de DCMR niet aantoonbaar op cruciale veiligheidsvoorzieningen als dubbelwandigheid. Van den Heuvel wijdt dit aan andere prioriteitsstelling: “Je richt je inspectie op die delen waarvan je het vermoeden of aanwijzingen hebt dat het de urgente zaken zijn. Er was en is geen enkele indicatie dat er iets mis is met die dubbelwandigheid. Op dat punt delen wij niet de conclusie van VROM dat dit nou de elementen zijn waar wij altijd onze aandacht op zouden moeten richten, dat klopt.” Ook de kritiek dat de DCMR te vriendschappelijk communiceert met het bedrijfsleven legt Van den Heuvel naast zich neer. “Wat zegt zo'n toon over de inhoud en over het resultaat? Te amicaal? Dat deel ik niet.”

Reactie Huntsman:

Het in opdracht van VROM verschenen rapport "Vergunningverlening en toezicht DCMR bij de firma Huntsman Holland B.V." van 6 juli 2011 bevat buitensporige conclusies. Huntsman optimaliseert haar bedrijfsvoering voortdurend aan de eisen van de tijd zodat een veilige werk- en woonomgeving gewaarborgd blijft. En doet hierbij altijd tijdig melding van haar activiteiten bij het bevoegd gezag. VROM trekt conclusies uit het onderzoek die niet alleen betrekking hebben op de taakvervulling van de DCMR, maar ook op de bedrijfsvoering van Huntsman, terwijl de bedrijfsvoering van Huntsman in het geheel niet door VROM is onderzocht. De (milieu)prestaties van Huntsman voldoen aan de actuele wettelijke normen en milieu- en veiligheidsvoorschriften.

Eerder maakte EenVandaag het item 'Misstanden bij Odfjell' waarin de misstanden voor het eerst worden aangekaart: