De banaan is in gevaar. Twee schimmels zorgen ervoor dat de populairste vrucht van de wereld in rap tempo verdwijnt. Nederlandse onderzoekers werken nu aan de oplossing: super sterke bananen.
Misschien heb je hem vandaag nog wel gegeten: de Cavendish banaan. Deze banaan ligt in supermarkten en op lokale markten over de hele wereld. Door twee schimmels dreigt de banaan nu te verdwijnen. In Nederland werken wetenschappers aan de redding van de banaan.
Hardnekkige schimmels
De aanvallers van de banaan? De zwarte Sigatoka bladschimmel en de Fusarium bodemschimmel, oftewel de TR4. Onder wetenschappers wordt dit ook wel de Tropical Race 4 genoemd. De Sigatoka schimmel verspreidt zich door de lucht en doodt zo bladeren van de bananenplant. De TR4 is een bodemschimmel die zich in de grond nestelt en kan daar wel dertig jaar overleven.
In de jaren 50 sloeg de Panama schimmel ook al toe. De Gros Michel, de gangbare banaan van die tijd, stierf massaal. Daarna werd de Cavendish banaan ontwikkeld, die resistent was tegen deze schimmel. Maar vijftig jaar later is de schimmel veranderd en is ook de Cavendish niet veilig meer. Ook andere, meer inheemse bananensoorten, bezwijken onder de schimmel.
Miljoenen boeren raken hun bedrijven kwijt
De beruchte bananenziekt TR4 verspreidde zich al door Zuidoost Azië, het Midden-Oosten en Australië. Nu maken de schimmels ook slachtoffers in Afrika. Ze verspreiden zich snel. "Je neemt de sporen van de Fusarium schimmel makkelijk mee onder een tractor of onder je schoen", legt professor Gert Kema uit. Hij werkt bij Wageningen, Universiteit en Research.
Lees ook
In Azië en India raken miljoenen kleine en grote boeren hun bedrijven kwijt door deze schimmels. Luud Clerx van Agrofair handelt in Fairtrade en bio-bananen van kleine boeren uit Latijns-Amerika en de Caraïben, waar in totaal 1,2 miljoen hectare bananenplantages staan. Volgens Clerx houdt iedereen zijn adem in. Wat als de ziekte ook dit continent en de Caraïben bereikt? Dan kunnen we de bananen op onze Nederlandse fruitschaal wel vergeten, want daar komen de Latijns-Amerikaanse en Caraïben vruchten vandaan. Bedenk dat ook op dit continent bananen basisvoedsel zijn. Een klein percentage is maar voor de export.
'Schimmel verspreid door aarde onder de schoenen'
Er zijn strikte maatregelen nodig om de ziekte buiten de deur te houden. Op sommige vliegvelden heb je al voetenbaden en je moet gereedschap en vrachtwagens desinfecteren. "Dat zijn maatregelen die je ook op de plantages zelf moet instellen", zegt Clerx.
"Toen de ziekte in 2013 opdook in Mozambique was de schok groot. Afrika was tot die tijd schimmelvrij. De schimmel is waarschijnlijk meegenomen onder de laarzen van mensen uit Azië." Kleine boeren kunnen volgens hem bijna niets doen als de ziekte hun land bereikt.
'Iedereen loopt bij elkaar naar binnen'
"In Peru liggen de stukjes land met bananenplanten vlak naast elkaar. Iedereen loopt bij elkaar binnen. Hoe kun je besmetting daar dan voorkomen? Overheden in die landen doen nog weinig aan preventie en laten kleine boeren aan hun lot over. Het is een kwestie van tijd voordat de schimmel Latijns-Amerika bereikt", benadrukt Clerx.
Het is daarom zaak voor Professor Kema om de banaan van de ondergang te redden. "De Cavendish bananen zijn aan de beurt. Het is de meest gangbare banaan, wij eten hem hier. Maar er zijn ook honderden andere soorten in gevaar", zegt Kema.
Alle bananen zijn klonen van elkaar
Het probleem is volgens Kema de monocultuur. "Het grootste deel van de bananen in de wereld heeft dezelfde genetische structuur, het zijn klonen van elkaar. Er staan nu honderduizenden hectaren planten die identiek zijn. Dus als de schimmels toeslaan is het snel een ramp", zegt Kema.
Kema is één van de weinige wetenschappers die zich bezighoudt met het ontwerpen van nieuwe soorten bananen. "We werken er al een aantal jaar aan omdat het veel tijd kost een nieuwe te maken. We hebben bananen in de kas in Wageningen die op turf en een substraat leven. Maar dat is maar een halve oplossing. Diversiteit komt op de eerste plaats. Nieuwe rassen creëren is cruciaal."
En die moeten tegen alle ziektes bestand zijn. Kema gaat samenwerken met Indonesië, waar de bananen oorspronkelijk vandaan komen. Hij wil de genetische diversiteit van wilde bananen in Zuidoost-Azië gebruiken. "Dat zal smaakvolle bananen opleveren die beter bestand zijn tegen ziektes."
Vragen? Stel ze!
Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.