De staat Israël bestaat op 14 mei zeventig jaar. Een feest voor de Israëliërs, maar tegelijkertijd herdenken de Palestijnen de ‘nakba’, catastrofe, van zeventig jaar geleden. Voormalig NRC-correspondent Salomon Bouman herinnert zich de blijdschap die hij als tienjarige Joodse jongen ervoer toen Israël werd gesticht. Eindelijk zouden de Joden zichzelf kunnen verdedigen. Voor Awni Farhat was dat het moment dat zijn grootouders hun huizen moesten verlaten. Hij groeide op als derde generatie vluchteling in Gaza en kijkt nu vanuit Nederland toe hoe zijn vrienden en familie elke week een mars voor de terugkeer lopen. Een realistische oplossing voor het conflict? Die zien zowel Bouman als Farhat op dit moment niet.

“Een groot deel van mijn familie was uitgemoord in de Tweede Wereldoorlog, ik zag het lijden van mijn ouders. Toen de staat Israël werd uitgeroepen dacht ik: we kunnen onszelf nu verdedigen. En ik besloot dat ik later naar Israël wilde gaan,” zo herinnert Salomon Bouman (81) zich de stichting van de Joodse staat. “Dat daar ook Palestijnen woonden, dat wist ik niet eens. Ik wist dat er een oorlog was uitgebroken en dat Israël die oorlog won.”

Recht op terugkeer

Awni Farhat (28) herinnert zich de verhalen die zijn oma hem vertelde over hun dorp, Simson. “Ze vertelde me over de boerderij die ze daar hadden.” Voor hem is Simson een plek waarnaar hij heimwee heeft zonder dat hij er ooit is geweest. Het recht op terugkeer, waar de Palestijnen de afgelopen weken voor demonstreren is voor hem een levendige wens. “We kunnen de plek waar we vandaan komen niet opgeven. Ik heb het recht om terug te keren.” Sinds 30 maart marcheren tienduizenden Palestijnen elke vrijdag naar de Israëlische grens. Het Israëlisch leger schiet met scherp op Palestijnen die volgens hen een gevaar vormen. Al meer dan veertig demonstranten zijn om het leven gekomen.

De demonstrerende Palestijnen beroepen zich op een VN-resolutie uit 1948, het jaar waarin Israël gesticht werd, waarin het recht op terugkeer voor de Palestijnen werd vastgelegd. In 1974 werd deze resolutie nog eens herbevestigd. Toch hebben de Israëliërs er nooit gehoor aan gegeven, en volgens Bouman is dat ook nu verre van realistisch. “Er zijn 3,4 miljoen mensen die terug willen komen. Er is geen ruimte om zo veel mensen op te nemen. Zeker niet omdat ze vervuld zijn met haat. En de woningen en dorpen waarnaar ze terug willen, die zijn er niet meer.”

Teken van wanhoop

Awni zou, als hij nu in Gaza was, zeker bij de protesten aanwezig zijn geweest. Hij woonde de afgelopen drie jaar in Den Haag om een master Conflict Studies te volgen. Het kostte hem veel moeite om Gaza uit te komen. “Meer dan twintig keer ben ik naar de grens gegaan. Het heeft me maanden gekost.” Binnenkort keert hij weer terug naar Jabalia, het vluchtelingenkamp in Noord-Gaza waarin hij is opgegroeid. Over de toekomst durft hij niet echt na te denken. “Ik ben opgegroeid in onzekerheid. Ik ben blij dat ik een van de weinigen ben die eruit heeft kunnen breken doordat ik hier kon studeren.”

Salomon Bouman maakte zijn jongensdroom waar en ging naar Israël. Tijdens de veertig jaar dat hij daar als correspondent werkte, veranderde zijn visie op het land en het conflict. “Na de zesdaagse oorlog ben ik vaak als verrader bestempeld. Ik zag wat de rechten van de Palestijnen waren, en dat is mij niet in dank afgenomen.” Dat de Palestijnen nu voor terugkeer demonstreren vindt Bouman een teken van wanhoop. “Ze bedoelen erkenning, erken onze rechten. Iran heeft de plaats van vijand ingenomen en dat overschaduwt de Palestijnse kwestie. Iedereen laat de Palestijnen vallen.”

Tweestatenoplossing

“Israël heeft een fout gemaakt, een Palestijnse staat naast Israël was een goed idee geweest voor de rust in het Midden-Oosten en voor het Joodse volk binnen en buiten Israël,” vindt Bouman. Ook Farhat is voor de tweestatenoplossing. Maar die is volgens hem nu ver weg. “Je kunt niet praten over oplossingen als de andere kant de internationale wetten aan zijn laars lapt. De tweestatenoplossing is realistisch als Israël dat wil.”

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.