Nabestaanden tramaanslag eisen dat Gökmen T. naar proces komt: 'Ik ga mijn dochter niet verdedigen tegen een lege stoel'

De rechter moet Gökmen T. nu al verplichten bij zijn strafzaak aanwezig te zijn. Dat zegt René Verschuur, vader van Roos (19), één van de vier slachtoffers van de tramaanslag in Utrecht. "Ik ga mijn dochter niet verdedigen tegen een lege stoel."

Bij de tramaanslag op 18 maart 2019 komt Roos Verschuur (19) om het leven. Tijdens een zitting in december zijn haar vader René en andere nabestaanden erg verbaasd, omdat verdachte Gökmen T. niet in de rechtbank aanwezig is. "Opeens bleek het niet meer nodig om het bevel medebrenging (dat een verdachte verplicht voor de rechter moet komen, red.) uit te voeren", zegt Sébas Diekstra, de advocaat van René Verschuur.

'Hij moet staan voor wat hij heeft gedaan'

"Als reden gaf de rechtbank dat er inmiddels een advocaat was toegewezen. Voor nabestaanden voelde dit als een klap in het gezicht." Op maandag 2 maart begint de inhoudelijke behandeling van de strafzaak tegen T. Advocaat Diekstra eist vandaag duidelijkheid in een brief namens de nabestaanden: "Wij willen nu al weten van de rechtbank of zij de verdachte zullen verplichten aanwezig te zijn bij zijn eigen proces."

Voor de nabestaanden is dat namelijk cruciaal, legt René Verschuur uit. "Anders ga ik er zelf niet heen, dan ga ik weg. Hij moet staan voor de daad die hij heeft gedaan. Hij zal zich moeten realiseren wat hij ons heeft aangedaan. Dat kan niet tegen een lege stoel, dat moet de rechtbank ook weten."

Een grotere rechtszaal

Advocaat Wendy van Egmond staat een automobilist bij die door Gökmen T. werd bedreigd en ook enkele familieleden van een dodelijk slachtoffer. "Zij vinden het van groot belang dat de man die verantwoordelijk is voor deze daden op de zitting verantwoording af zal leggen, in het bijzijn van de mensen die door hem zijn benadeeld."

De nabestaanden eisen in de brief aan de rechtbank ook dat het strafproces rond de tramaanslag in een grotere rechtszaal wordt gevoerd. Advocaat Sébas Diekstra: "Bij vorige zittingen bleek dat een groot aantal personen niet kon worden toegelaten tot de rechtszaal. Zoals slachtoffers en nabestaanden zelf of medewerkers van Slachtofferhulp Nederland die hen begeleiden."

Geen plek voor Slachtofferhulp

Voor René Verschuur leidde dit tijdens een van de zittingen tot een ingewikkelde situatie: "Bij het uitdelen van de zitplaatsen werd duidelijk dat mijn vaste contactpersoon van Slachtofferhulp niet bij me kon zitten. Naast mij zat mijn vriendin, aan de andere kant de vriend van mijn dochter. Ik heb hem toen gevraagd of hij plaats wilde maken. Dat wilde hij niet en dat begreep ik ook heel goed. Later voelde ik me daar behoorlijk slecht over, maar op dat moment wist ik het even niet. Bij een grote zaal was dit helemaal geen probleem geweest."

Daarom eisen de nabestaanden nu dat het megaproces wordt verplaatst naar een andere rechtbank. "Een zittingszaal met meer capaciteit, waardoor er recht wordt gedaan aan alle slachtoffers en nabestaanden en waardoor zij ook de ondersteuning krijgen die zij verdienen", zegt Diekstra.

Terrorisme-zaak

Ook de nabestaanden die worden bijgestaan door advocaat Wendy van Egmond storen zich aan het feit dat een aantal van hen dit proces vanuit een andere zaal moet volgen. "De aard en omvang van deze terrorisme-zaak rechtvaardigen dat er alles aan wordt gedaan om slachtoffers en nabestaanden een waardige plek te geven en dus niet vanuit een zaal met videoverbinding."

Gökmen T. wordt door het Openbaar Ministerie verdacht van meervoudige moord of doodslag met een terroristisch motief. Tijdens zijn verhoor heeft hij toegegeven dat hij op 18 maart het vuur heeft geopend in een tram die bij het 24 Oktoberplein reed. Drie slachtoffers overleden ter plekke, een vierde slachtoffer overleed 10 dagen later aan zijn verwondingen in het ziekenhuis. Ook raakten meerdere mensen gewond.