Vanaf maandag gaan de basisscholen weer open. Een kwart van de ouders vindt dat onverantwoord. Een op de zes ouders overweegt sterk om hun eigen kinderen niet naar school te laten gaan.

Dat blijkt uit onderzoek van EenVandaag onder ruim 800 ouders met kinderen op een basisschool. Het kabinet besloot 2 weken geleden dat kinderen vanaf 11 mei weer geleidelijk naar school kunnen. De meeste scholen kunnen kinderen weer de helft van de normale lestijd geven.

Nog niet overal duidelijk hoe school opent

Hoe scholen maandag de deuren openen is aan de scholen zelf. Premier Rutte riep hen wel op om kinderen hele en niet halve dagen naar school te laten komen om contact te beperken.

Voor de meeste ondervraagde ouders (84 procent) is inmiddels duidelijk hoe de school van hun kind(eren) de heropening invult. Toch zegt een deel van de ouders (16 procent) in het onderzoek nauwelijks of niet te weten welke regels de school bedacht heeft.

Toch halve dagen

Hoewel de meeste ouders (68 procent) geen kwaad zien in het heropenen van de basisscholen, zegt een kwart het onverantwoord te vinden dat dat gebeurt. Veel van deze ouders vallen in een risicogroep. Ook vinden ze dat het kabinet de resultaten in Scandinavische landen had moeten afwachten. Daar zijn de scholen al open. "In Denemarken is de besmettingsgraad omhoog geschoten. Wie zegt dat dat hier niet gebeurt?", vraagt een ouder zich af.

Andere ouders hoorden de afgelopen dagen dat de school van hun kind toch voor halve dagen opent, tegen de oproep van het kabinet in. Een ouder: "Bij ons moeten ze halve dagen naar school. Hele dagen hadden verplicht gesteld moeten worden."

'Geen proefkonijn'

Ongeveer een op de zes (15 procent) ouders overweegt hun kind thuis te houden of doet dat zeker. "Mijn kind gaat niet ingezet worden als proefkonijn. Er is nog veel te weinig bekend en de risico's zijn te groot", aldus een van deze ouders. Sommige scholen hebben begrip voor de zorgen van ouders en staan toe dat ze hun kind niet brengen: "Ik heb met de school overlegd. We hebben gezamenlijk besloten onze dochter thuis te houden omdat wij tot de risicogroep behoren." Nog eens 6 procent is er nog niet uit of zij hun kind maandag naar school sturen.

Bijna driekwart van de ouders (72 procent) stuurt hun kind zeker naar school. 8 procent van de ouders weet het nog niet zeker, maar overweegt het wel te doen. Ook onder die groep zijn nog twijfels: "Ik zal moeten, aangezien ik zelf ook lesgeef in het speciaal onderwijs en wij volledig open moeten. Liever had ik mijn zoon nog even thuis gehouden, maar die keus heb ik nu niet."

Tamara houdt haar zoon thuis, ook al gaan de scholen op 11 mei weer open

audio-play
Volgens het kabinet lopen kinderen weinig risico op besmetting met het coronavirus. Toch is Tamara Wulffelé er niet gerust op: al mag haar zoontje weer naar school, ze houdt hem toch thuis.
info

Over dit onderzoek

Het onderzoek (pdf) is gehouden van woensdagavond 6 mei (na de persconferentie) tot vrijdagmiddag 8 mei 2020. Aan het onderzoek deden 816 ouders mee met een of meerdere kinderen op een basisschool. Het onderzoek is na weging representatief voor zes variabelen, namelijk leeftijd, geslacht, opleiding, burgerlijke staat, spreiding over het land en politieke voorkeur gemeten naar de Tweede Kamerverkiezingen van 2017. Het Opiniepanel bestaat uit 65.000 leden. Panelleden krijgen ongeveer een keer per week een uitnodiging om aan een peiling mee te doen.

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.