De Algemene Rekenkamer waarschuwt het ministerie van Defensie, omdat het te weinig geld reserveert voor de aanschaf van nieuwe onderzeeboten. Het departement komt maar liefst 730 miljoen euro te kort.

Vanaf 2028 worden de Walrus-onderzeeboten van de Koninklijke Marine alle vier vervangen. Het is na de JSF-straaljager het volgende miljarden-project van Defensie. Aangezien de kosten bij dat project de pan uitrezen (de straaljagers werden per stuk uiteindelijk bijna twee keer duurder dan eerder was begroot), houdt de Rekenkamer dit project nauwlettend in de gaten. Eerder maakte het kabinet bekend dat het de kosten van het totale project raamt op zo'n 3,5 miljard euro.

'Ramingen en budgetten kloppen niet'

De Rekenkamer concludeert nu dat ramingen en budgetten niet met elkaar in overeenstemming zijn en dat het tekort 730 miljoen euro bedraagt. Dat komt omdat bijvoorbeeld niet alle bewapening in de berekeningen is meegenomen. Ook valt de transitie-fase van Walrus-klasse naar de nieuwe onderzeeërs waarschijnlijk duurder uit.

"Je hebt een aantal onderdelen waarbij bijvoorbeeld de inflatie niet in is meegenomen. Het prijspeil is niet aangepast. En zo komen we op het getal van 730 miljoen uit", stelt Arno Visser, president van de Algemene Rekenkamer." Tenslotte blijkt uit ervaringen in het buitenland dat nieuwe onderzeeërs meestal duurder zijn in gebruik.

Advies aan de Tweede Kamer

De Tweede Kamer heeft een essentiële rol in het bewaken en beoordelen van dit project, en moet daarom goed worden geïnformeerd. De Rekenkamer heeft daarom ook een advies aan het parlement. Rekenkamer-president Arno Visser: "Wij adviseren de Tweede Kamer om zich beter te organiseren en om afspraken te maken over hoe en wanneer ze in de toekomst over dit project moeten worden geïnformeerd."

De kritiek ligt gevoelig, omdat Defensie na het financieel uit de hand lopen van vorige projecten beterschap beloofde. Bij de JSF was er voortdurend getouwtrek tussen Tweede Kamer en minister over de verstrekte informatie. Op dat punt is de Rekenkamer nu redelijk tevreden. De Tweede Kamer wil ook niet dat de duikboot de 'Onderwater-JSF' wordt.

Lees ook

Niet 'van de plank'

De onderzeeboten zijn zo duur, omdat ze speciaal voor de Nederlandse Marine moeten worden ontworpen. Door de combinatie van hun formaat, type aandrijvingen en specifieke taken, zijn ze uniek in hun soort. Het is daarom niet mogelijk om ze ergens 'van de plank' te kopen.

Het vorige kabinet besloot al tot de aanschaf, en eind 2019 maakte staatssecretaris Barbara Visser bekend dat er nog drie bedrijven in de race zijn om de boten te bouwen: het Duitse TKMS, het Zweedse Saab, in samenwerking met het Nederlandse Damen en het Franse Naval, dat samenwerkt met het Nederlandse IHC.

Politiek commentator Remko Theulings over de kritiek op de begroting van de nieuwe onderzeeërs

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.