Boetsja, de voorstad van de Oekraïense hoofdstad Kiev, werd afgelopen voorjaar wereldnieuws. Honderden burgers werden er vermoord door het Russische leger en op straat achtergelaten. We bezochten de stad om te kijken hoe het er nu gaat.

Toen de oorlog uitbrak in Oekraïne woonde de 21-jarige Taisiia samen met haar moeder in Kiev. De familie had ook een huis in Boetsja. Achteraf gezien is Taisiia opgelucht dat ze daar niet waren toen de Russen de voorstad belegerden. "Ik ken mezelf, met mijn temperament. Ik weet hoe ik reageer op mensen die mij iets opleggen. Ik zou waarschijnlijk dood zijn geweest op dag één."

Prachtige plaats

Taisiia woont inmiddels in Nederland, waar ze een studie volgt, maar er zijn ook mensen in Boetsja gebleven. De gepensioneerde Galyna Tovkach bijvoorbeeld, zij woont er al meer dan 35 jaar. Ze wijst naar de kerk, pal naast haar huis. "Daarachter hebben de Russen hun slachtoffers in een massagraf begraven."

"Boetsja was een prachtige plaats", vertelt Galyna. "We hebben veel bossen en meertjes. Er woonden veel jonge mensen, waardoor de stad groeide en tot bloei kwam."

Galyna Tovkach
Bron: EenVandaag
Galyna Tovkach

Nare droom

Dat veranderde toen Galyna op 24 februari 2022 wakker werd van explosies. "Bij de eerste explosie keek ik niet naar de klok, maar ik denk dat het rond 5 uur was." Bij de tweede explosie had ze nog hoop, vertelt ze, maar toen ze na de derde explosie de tv aanzette om te kijken wat er aan de hand was, hoorde ze dat de oorlog was begonnen.

"Ik denk dat niemand had gedacht dat dit zou gebeuren in de 21ste eeuw. Ik dacht: het is niet waar, als ik weer terugga naar bed is het gewoon een nare droom." Na een paar slapeloze nachten besloten Galyna en haar man toch te vluchten, samen met de buren.

Geen ontsnappen aan

Bij een park stuitten ze op een Russisch militair voertuig. Galyna zat toen zelf achter het stuur. "We reden er recht op af en ik begreep pas dat het een Russisch pantservoertuig was toen er op ons werd geschoten. Er was geen ontsnappen aan."

Galyna raakte gewond en voelde niets meer aan haar arm. De auto was kapot, maar het schieten bleef doorgaan. "Ik begreep dat we weg moesten. Ik duwde tegen mijn man, omdat ik niet begreep dat hij niet meer leefde. Ik duwde en riep: blijf niet zitten, we moeten weg! Daarna keek ik naar hem, hij blies zijn laatste adem uit."

Bekijk ook

Met konvooi naar veilig gebied

Uiteindelijk bereikte Galyna het ziekenhuis en na 5 bange dagen vertrok ze met een konvooi naar veilig gebied. "Toen ik Boetsja verliet, lag zijn lichaam nog in de auto. Maar later zag ik op tv dat de lichamen werden weggehaald."

In verschillende mortuaria heeft Galyna haar man gezocht. "In Bila, Tserkva, Boyanka, Vyshneve of Vyshgorod, maar zonder succes." Uiteindelijk werden de Russen door het Oekraïense leger verdreven uit het stadje. Boetsja werd het symbool van de oorlog. Tientallen politici bezochten de plek om hun solidariteit te tonen.

Snoepjes bij het graf

Tijdens haar bezoek in Boetsja bezoekt Taisiia het kerkhof, waar in totaal meer dan 400 burgerslachtoffers zijn gevallen. De burgemeester van Boetsja besloot deze maand dat alle lichamen die nog niet geïdentificeerd zijn, begraven moeten worden. Bij ieder graf liggen snoepjes.

"Het is traditie. Als we iemands graf bezoeken lunchen we soms en we laten snoepjes achter. Dat is een manier om je respect te tonen", vertelt Taisiia.

Bekijk ook

Herinneringen blijven

Galyna is sinds deze zomer terug in haar huis in Boetsja, naast de kerk en krijgt twee keer per week fysiotherapie. Ze probeert er het beste van te maken.

"Ik probeer mezelf omhoog te houden. Ik focus me op mijn kleinkinderen, ze zijn klein en rennen in het rond, dat is een goede afleiding. Maar als het avond wordt, en ik ben alleen, dan komen de herinneringen en die gaan niet meer weg."

Bekijk de reportage die we maakten in Boetsja

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.