meer NPO start

Meer meldingen van verkrachtingen, maar aangiftes blijven nog steeds achter: deskundigen willen af van informatief gesprek bij politie

Meer meldingen van verkrachtingen, maar aangiftes blijven nog steeds achter: deskundigen willen af van informatief gesprek bij politie
Politiebureau in Amsterdam
Bron: ANP

Het aantal meldingen bij de politie van verkrachtingen is de afgelopen 5 jaar flink toegenomen. Maar het aantal aangiftes blijft ver achter. Volgens deskundigen ligt dit aan het informatieve gesprek. Dat zou te ontmoedigend zijn.

Het aantal geregistreerde incidenten van verkrachting bij de politie steeg de afgelopen 5 jaar met ruim 20 procent naar ruim 3000. Dat blijkt uit cijfers die EenVandaag opvroeg bij de Nationale Politie. Tegelijkertijd blijft het aantal aangiftes fors achter: van de 3051 geregistreerde incidenten vorig jaar, bleven 858 aangiftes over.

'Taboe eraf'

Dat er meer mensen naar de politie stappen is positief, zegt slachtofferadvocaat Richard Korver. Hij is voorzitter van het Landelijk Advocaten Netwerk Gewelds- en Zeden Slachtoffers (LANGSZ).

"We zien ook fors meer aandacht voor grensoverschrijdend gedrag waardoor het makkelijker wordt voor slachtoffers om zich te melden. Het taboe gaat er een beetje af."

info

Meer rechtszaken, minder veroordelingen en meer vrijspraak

Uit de cijfers die EenVandaag opvroeg bij de Nationale Politie blijkt dat er in 2017 2504 verkrachtingsincidenten werden geregistreerd en 643 aangiftes werden opgenomen. Vanaf dat jaar loopt het aantal incidenten gestaag op, met een grote stijging van 2020 (2743) naar 2021 (3051 incidenten, 858 aangiftes). Gemiddeld resulteert 25 procent van de geregistreerde incidenten in een aangifte.

Ook bij de rechtbanken komen meer verkrachtingszaken voor. In 2017 waren dit er 196 waar een verdachte primair moest voorkomen voor verkrachting. In 163 zaken (83 procent) leidde dit tot een veroordeling, in 20 (10 procent) tot vrijspraak. Vorig jaar kwamen 260 zaken voor de rechter, 192 werden (73 procent) veroordeeld en 47 (18 procent) vrijgesproken.

'Er gaat ergens iets niet goed'

Dat heeft mee te maken met wat er afgelopen januari naar buiten kwam over het tv-programma The Voice of Holland. Coaches en betrokkenen bij het programma zouden zich schuldig hebben gemaakt aan seksueel wangedrag, aanranding en verkrachting. Publiek kwam er meer aandacht voor grensoverschrijdend gedrag.

Eerder al, in oktober 2017, vroeg de MeToo-beweging wereldwijd aandacht voor seksueel grensoverschrijdend gedrag. Maar ondanks dat #MeToo is het aantal aangiftes niet gestegen. "Het is zorgwekkend dat als je verhoudingsgewijs meer meldingen krijgt, maar minder aangiftes", zegt advocaat Korver. "Dan gaat er ergens iets niet goed."

Bekijk ook

Niet direct aangifte doen

Wie zich meldt bij de politie na een verkrachting krijgt eerst een zogeheten 'informatief gesprek' aangeboden. In dat gesprek, dat een slachtoffer voert met twee zedenrechercheurs, kan een melder vertellen wat er is gebeurd en wordt verteld of een aangifte kansrijk is.

'Zij maken een eerste inschatting of wat u heeft meegemaakt ook volgens de wet strafbaar is', schrijft de politie op haar website. Daarna kan de melder een afspraak maken voor een aangifte, soms pas weken later.

Het aantal aangiftes van verkrachting blijft achter. Toen Lindsay Arts aangifte wilde doen van wat haar was overkomen, werd dat een lang en moeizaam proces en werd ze ontmoedigd. "We kunnen niks doen, zei de politie."

Geen aangifte

Ondanks herhaaldelijke vragen van EenVandaag aan de Nationale Politie, blijft onduidelijk hoeveel van dit soort informatieve gesprekken er jaarlijks worden gevoerd. Wel is duidelijk dat driekwart van het aantal geregistreerde verkrachtingsincidenten niet resulteert in een aangifte.

De belangrijkste reden voor dit 'gat' is volgens deskundigen het informatieve gesprek dat als ontmoedigend wordt ervaren.

Bekijk ook

'Wil je wel dat ik aangifte doe?'

Rechtspsycholoog André de Zutter promoveerde op verkrachtingsaangiftes en zegt dat de politie zo efficiënt en effectief is met het vertellen van de waarheid, dat er een ontmoedigingsbeleid is ontstaan.

"Omdat fragiele slachtoffers denken: maar ja, je hebt al vijf keer gezegd dat het allemaal moeilijk en zwaar en lastig gaat zijn. Wil je wel dat ik aangifte doe?" vertelt hij.

Naar huis gestuurd

Ook slachtoffers die na het gesprek direct aangifte wilden doen, zouden toch naar huis worden gestuurd, wat de opsporing hindert, zegt De Zutter.

Advocaat Korver hoort van slachtoffers vaak teleurgestelde geluiden na het informatieve gesprek. "Ze horen bijvoorbeeld dat wat ze hebben mee hebben gemaakt geen strafbaar feit is. Dat er geen onderzoeksmogelijkheden zijn, geen bewijzen."

Bekijk ook

'Het gaat steeds minder goed met aangifte'

Slachtofferadvocaat Korver noemt het 'raar' dat zo'n informatief gesprek gevoerd wordt. "Want als u aangifte wil doen van moord, inbraak, autodiefstal, kunt u dat allemaal direct doen. Maar als het om een zedendelict gaat, krijgt u een gesprek om te beoordelen of het wel verstandig is."

Nederland is het enige land waar een informatief gesprek wordt gevoerd met zedenslachtoffers, zegt rechtspsycholoog De Zutter. "Er is niemand die gedacht heeft: die Nederlanders doen het goed, laten we dat eens overnemen. Dus het wordt tijd om dat systeem in vraag te stellen, zeker met deze cijfers. Het gaat steeds minder goed met de aangifte."

Verbetering blijft uit

Al eerder publiceerde de Inspectie Justitie en Veiligheid een kritisch rapport over de bejegening van zedenslachtoffers tijdens het informatieve gesprek. Rechercheurs zouden te veel nadruk leggen op de onmogelijkheden van de aangifte. De politie beloofde beterschap, maar die blijft uit, zegt Korver.

"Wij horen te vaak van slachtoffers dat ze het informatief gesprek als ontmoedigend hebben ervaren", zegt Korver. "Schaf het af".

Bekijk ook

'Schaf het af'

Ook De Zutter vindt dat het moet verdwijnen. "Laten we als iemand bij de politie komt meteen een aangifte opnemen. Dat heeft veel voordelen: het scheelt capaciteit, twee gesprekken met twee zedenrechercheurs. Ook belast je het slachtoffer maar een keer met het verhaal." Ook Slachtofferhulp Nederland pleit voor het afschaffen van het gesprek.

Daarnaast is het beter voor de opsporing, voegt criminoloog De Zutter toe. Verdachten zouden direct moeten worden gehoord en (digitale) sporen en ander bewijs zo snel mogelijk veiliggesteld. Hoe langer het duurt hoe moeilijker het wordt om bewijs rond te krijgen, zegt hij. "Dan zit het verhaal nog vers in het geheugen van het slachtoffer, getuigen en de verdachte zelf. Ook is de kans dat een verdachte bekent groter."

Valse aangiftes weren

Het ontmoedigen zou voortkomen uit het willen weren van valse aangiftes. Maar dat aandeel is altijd maar klein, zegt De Zutter. Korver vreest dat de capaciteitsproblemen bij de politie soms meespelen.

"De meest logische verklaring zou zijn dat het de werkdruk is: 'Laten we alsjeblieft alleen die zaken eruit halen die klip en klaar zijn en waarvan we zeker een veroordeling krijgen en de rest laten we liggen, want we hebben het al zo druk.'

Bekijk ook

'Verband met gesprek is er niet per se'

Dat slachtoffers vaak geen aangifte doen, houdt volgens zedenspecialist Lidewijde van Lier van de Nationale Politie 'niet per se verband' met het informatieve gesprek. "Dat iemand zich meldt en zegt: 'ik heb een verkrachting meegemaakt', wil ook niet zeggen dat het in juridische zin altijd een verkrachting is."

Zedenspecialist Lidewijde van Lier van de Nationale Politie zegt dat er 'niet per se een verband' is met het informatieve gesprek.

Lang niet iedereen komt bij de politie met het idee om aangifte te doen, stelt Van Lier. "Mensen kunnen om verschillende redenen aan de bel trekken. Soms hebben ze de behoefte om direct aangifte te doen, maar veel slachtoffers hebben nog allerlei vragen." Ook spelen volgens de zedenspecialist gevoelens van schaamte en loyaliteit een rol. "Waardoor de aangiftebereidheid erg laag is."

'Dun lijntje tussen realistisch zijn en ontmoedigen'

Het klopt dat slachtoffers zich soms ontmoedigd voelden, erkent zedenspecialist Van Lier. "In 2020 is daar onderzoek naar gedaan." Maar sindsdien heeft de politie niet stilgezeten, vervolgt ze. "We hebben een nieuwe werkwijze ontwikkeld, het informatieve gesprek ziet er nu echt anders uit." Het gesprek afschaffen wil de politie niet. "Het kan een slachtoffer ook empoweren".

Al wordt het niet meer standaard aan ieder zedenslachtoffer aangeboden. "Elk slachtoffer is anders en heeft een andere behoefte." In de nieuwe opzet leggen zedenrechercheurs het slachtoffer uit hoe een strafrechtelijk onderzoek kan verlopen. "Zonder dat we daarbij ontmoedigen. Dat is heel lastig want er is een heel dun lijntje met realistische verwachtingen scheppen en ontmoedigen." De Inspectie Justitie en Veiligheid komt dit najaar met een nieuw rapport.

info

Dit verhaal is tot stand gekomen in samenwerking met studenten journalistiek Amke Streefkerk, Lotte van den Berg en Nikola van Krieken van de Hogeschool Utrecht.

Bekijk hier de tv-reportage over dit onderwerp.
Bekijk hier de tv-reportage over dit onderwerp.

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Meer maatregelen, of is de zwaar beveiligde EBI in Vught al streng genoeg? Jullie vragen beantwoord

Meer maatregelen, of is de zwaar beveiligde EBI in Vught al streng genoeg? Jullie vragen beantwoord
Beveiliging bij de extra beveiligde inrichting (EBI) in Vught
Bron: ANP

Taghi, Holleeder, Razzouki: de gevaarlijkste Nederlandse criminelen verblijven allemaal in de Extra Beveiligde Inrichting (EBI) in Vught, oftewel de EBI. De inrichting heeft het hoogste beveiligingsniveau. We vroegen wat jullie erover willen weten.

Vlakbij de zwaar beveiligde gevangenis in Vught is afgelopen vrijdag een zittingszaal geopend voor strafzaken. Het is een maatregel om vluchtgevaarlijke gedetineerden minder vaak te hoeven vervoeren, want dat is peperduur en heeft grote risico's voor de veiligheid.

Beveiliging aanscherpen

"Tijdens een verplaatsing is er het risico dat een gedetineerde een ontsnappingsmogelijkheid vindt, meer dan wanneer iemand binnen de gevangenismuren blijft", verklaart woordvoerder Charlotte Hees van de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI).

De opening van de zittingszaal past in een bredere politieke beweging om de beveiliging rond zware criminelen verder aan te scherpen. Het is onder meer een reactie op incidenten waarbij criminelen ondanks hun detentie vermoedelijk toch contact onderhielden met de buitenwereld.

Is er wel personeel voor een nieuwe EBI?

Tweede EBI in Vlissingen

De afgelopen jaren hebben we gemerkt dat er meer hoogrisico-gedetineerden zijn die hun criminele handelen proberen voort te zetten vanuit hun cel, zegt de woordvoerder van de Dienst Justiële Inrichtingen. Het is ook de reden dat er een extra EBI wordt gerealiseerd op het nieuwe Justitieel Complex in Vlissingen, dat naar verwachting in 2030 klaar is.

Advocaat Geert-Jan Knoops, die vaak in de EBI is geweest, stelt vast: "Er is in de samenleving een toenemende toestroom aan georganiseerde criminaliteit, de aard van het strafrecht is veranderd. Er is daardoor meer behoefte ontstaan aan een tweede EBI."

Druk op capaciteit

Op dit moment is er één EBI in Nederland, in de Penitentiaire Inrichting (PI) in Vught. Die heeft plek voor 24 gedetineerden, verdeeld over verschillende afdelingen. Naast de geplande bouw van een nieuwe EBI in Vlissingen wordt ook de capaciteit in Vught uitgebreid, met twaalf extra cellen.

Er is veel druk op de capaciteit in het gevangeniswezen, zowel wat betreft personeelstekorten als celtekorten, maar op deze groep wordt niet bezuinigd, laat de woordvoerder van de DJI weten.

Wat maakt de EBI anders dan een gewone gevangenis?

Afgezonderd van elkaar

Wat maakt zo'n EBI nu anders dan andere plekken waar gedetineerden verblijven? Het belangrijkste verschil is de doelgroep die erin zit, legt de woordvoerder uit. In de EBI komen vooral gedetineerden terecht die een grote rol speelden in georganiseerde criminaliteit, en die bijvoorbeeld een crimineel netwerk aanstuurden.

"Hierdoor zijn we er in de EBI niet alleen mee bezig dat deze gedetineerden - plat gezegd - achter slot en grendel blijven, maar willen we ook voorkomen dat ze hun criminele netwerk vanuit de gevangenis blijven aansturen."

Volledig afgezonderd

Om dat te voorkomen, is er strenge controle op de gedetineerden. "Het meest essentiële verschil is dat een gedetineerde in de EBI volledig afgezonderd is van andere gedetineerden", vertelt Knoops.

"In gewone gevangenissen mogen gedetineerden met elkaar socialiseren. Bijvoorbeeld gezamenlijk naar de luchtplaats gaan of sporten. Dat is in de EBI vrijwel niet het geval."

Hoe wordt hulp van buitenaf tegengegaan?

Contact met buitenwereld

Woordvoerder Hees legt verder uit dat gedetineerden in de EBI absoluut niet samen in één cel geplaatst worden, zoals dat in andere gevangenissen soms wel gebeurt. De gedetineerden in de EBI kunnen heel soms even samen koken of tegelijkertijd sporten. Maar dan wordt er goed gekeken wie met wie mag, en wie zeker niet.

De afgelopen jaren is er ook meer afstand gekomen in het contact tussen de bewaarders en de gedetineerden. Om bewaarders zelf beter te beschermen.

Controle bij telefoongesprekken

Telefoongesprekken met de buitenwereld zijn bovendien streng geregeld. In andere gevangenissen is er vaak een grotere belzaal en algemenere controle. Maar bij de EBI is die controle één-op-één: om te bellen met een gedetineerde in de EBI, moet de beller onder begeleid toezicht naar een andere gevangenis komen. Zodat nauw in de gaten kan worden gehouden wie met wie belt.

Ook zijn de bezoekregels streng: je kunt niet zomaar even op bezoek bij iemand in de EBI.

Bekijk ook

'Bizar streng'

Volgens Hees is de EBI 'bizar streng'. Ze zegt: "Niemand wordt een momentje losgelaten. De gedetineerden zijn helemaal in hun eentje. En hoewel het natuurlijk terecht is dat ze daar verblijven, is het een heel naar regime om in te zitten."

In 2023 stelde het anti-foltercomité van de Raad van Europa dat de veiligheidsmaatregelen in de EBI 'buitensporig' streng waren.

Ieder jaar opnieuw beoordeeld

De woordvoerder benadrukt dat goed verantwoord moet blijven waarom maatregelen in de EBI nodig zijn. "Dienst Justitiële Inrichtingen staat ook voor een humaan detentiebeleid. Dus bij zo'n streng regime als in de EBI moet je verantwoorden of het noodzakelijk is dat iemand daar verblijft. En als iemand er al langer verblijft: of het niet afgebouwd kan worden. Soms kunnen gedetineerden naar een iets minder zwaar beveiligde inrichting, de Afdeling Intensief Toezicht (AIT)."

Ieder jaar worden de gedetineerden daarom opnieuw beoordeeld. Dat gebeurt onder meer op basis van adviezen van de gevangenisdirecteur.

info

EenVandaag Vraagt

Bij EenVandaag heb je de mogelijkheid om vragen en ideeën in te sturen. Dat kan altijd in onze chat, of je kunt meedoen aan de gerichte EenVandaag Vraagt-oproepen die wij zo'n twee keer per week plaatsen in de Peiling-app. De Peiling-app is gratis te downloaden in de App Store of Play Store.

Cameratoezicht op advocaten

Dan zijn er nog de advocaten die contact hebben met gedetineerden. Ook op dat contact is het toezicht strenger geregeld dan in andere gevangenissen. "In een gewone gevangenis kun je als advocaat gewoon met je cliënt aan een tafeltje zitten, kun je dossiers over en weer uitwisselen, zodat de gedetineerde kan meelezen", weet Knoops uit eigen ervaring.

"In de EBI wordt een gesprek streng gemonitord", zegt Knoops. "Dat is ook altijd zo geweest, voor zover ik weet. Toen ik ruim 10 jaar geleden iemand in de EBI als cliënt had, was dit ook al zo."

Naar de Eerste Kamer

Onder het vorige kabinet stelde minister Franc Weerwind (Rechtsbescherming) nog scherpere maatregelen in de EBI voor. Hieronder was ook het voorstel om cameratoezicht in te stellen bij gesprekken tussen gedetineerden en advocaten.

In februari 2025 stemde de Tweede Kamer in met de wetswijziging die hiervoor nodig was. Het voorstel moet nu nog langs de Eerste Kamer.

Bekijk ook

Verdediging moeilijker

Eerder stemde de Tweede Kamer in met wijzigingen die verder gingen dan enkel cameratoezicht, en ook auditief toezicht mogelijk maakte. Na een spoedadvies van de Raad van State werd hiervan afgezien.

"Het scherpe toezicht in de EBI maakt het werk van de verdediging al een stuk moeilijker", zegt Knoops hierover. "Als het toezicht óók nog eens gepaard zou gaan met geluid opnemen en kunnen terugluisteren. Dan zou een advocaat nooit vertrouwelijk informatie kunnen uitwisselen."

'Grenzen van toelaatbare zijn bereikt'

"Dat zou in strijd zijn met het Europese Mensenrechtenverdrag. Zelfs het belang van de veiligheid van de samenleving kan niet opwegen tegen het grote belang dat de wetgever heeft gecreëerd voor ongestoord vrij verkeer tussen advocaat en cliënt", zegt hij.

"Ik denk dat de grenzen van het toelaatbare nu al zijn bereikt met het huidige EBI-regime."

Nog strenger?

De Dienst Justitiële Inrichtingen ziet in principe geen heil in een nog strengere beveiliging in de EBI. "Bij incidenten moet je natuurlijk kijken: hoe wil je dit voorkomen in de toekomst?", zegt de woordvoerder. "En het is goed dat er voor de capaciteit een tweede EBI-vestiging gepland staat. Maar wij zitten niet op de route dat het dagelijks regime van de gedetineerden nu nog strenger moet."

"Het is in de EBI echt al heel streng. Dus de indruk die mensen soms hebben van 'het kan nog wel wat strenger', die klopt niet", zegt ze. "Bovendien moet je ook denken aan wat zo'n extreem streng beleid doet met mensen, wat voor mensen je daarmee maakt. Daar los je niks mee op, zeg maar. Het baat niet."

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Brabantse worstenbroodjes tijdens het Suikerfeest? Kadir zorgt met zijn halal snacks dat iedereen mee kan eten

Brabantse worstenbroodjes tijdens het Suikerfeest? Kadir zorgt met zijn halal snacks dat iedereen mee kan eten
Kadir in de testfase van zijn halal-worstenbroodjes
Bron: Mark Bolk

Vandaag begint Eid al-Fitr, oftwel het Suikerfeest. En dat betekent voor veel mensen: samen zijn én samen eten. De Brabantse Kadir Ahmed probeert daar een rol in te spelen met zijn Kadir's snacks. "Happy halal voor iedereen."

Denk je aan Brabant, dan denk je aan worstenbroodjes, weet ook de van oorsprong Somalische Kadir Ahmed, die in Den Bosch opgroeide. Vroeger kwam hij ze vaak genoeg tegen op kinderfeestjes, als traktaties op school of tijdens een dagje weg. Maar als moslim 'hapte hij dan mis' zoals hij het zelf omschrijft.

'Ik wilde ook'

"Tijdens de kerstbrunch en -diner op school zag ik mijn vriendjes worstenbroodjes eten. Ik had zoiets van: ja, maar dit wil ik ook", vertelt Kadir. "Het zorgde er ook voor dat ik het gevoel had dat ik erbuiten viel, dat ik niet mee kon doen." Als moslim moet je halal eten. Varkensvlees, dat in worstenbroodjes zit, is dat niet.

"Al moslim krijg je van jongs af aan mee dat je halal eet, al snap je als kind misschien niet helemaal waarom", legt Kadir uit. Zijn Nederlandse vriendjes en vriendinnetjes hadden er begrip voor als hij niet alles mee kon eten. "Maar toch had ik vaak het gevoel: waarom jullie wel en ik niet? Waarom is dit er nog niet voor mij?"

Vraag om halal saucijzenbroodjes

Eten verbindt, vindt Kadir, en dan is het ook fijn om alles samen te kunnen eten. Maar pas jaren later kwam hij op het idee om niet-halal producten, zoals worstenbroodjes, voor iedereen beschikbaar te maken.

"Ik werkte bij de klantenservice van Bakkersland (een industrieel bakkersbedrijf, red.) en kreeg de vraag of we halal saucijzenbroodjes hadden. Toen ik daarmee naar mijn baas ging, zei hij: 'Kadir, richt je op brood, we doen niet aan halal.' Maar het gevoel dat ik als kind had, dat gemis, dat bleef aan me knagen."

Bekijk ook

'Brabants worstenbroodje evenaren'

Zo ontstond het idee om aan de slag te gaan met een halal worstenbroodje. Maar dat ging niet zonder slag of stoot: Kadir was een jaar bezig met het zoeken naar de goede samenstelling voor het deeg en de juiste kruidenmix voor in het gehakt. En werken met rundvlees, wat Kadir gebruikt, gaat anders dan met varkensvlees. "Dat laatste kan een stuk meer aan."

Vergelijkingsmateriaal op het gebied van smaak had hij zelf niet, want een traditioneel worstenbroodje - meestal gemaakt met varkensgehakt, en anders niet halal geslacht vlees - had hij natuurlijk nog nooit geproefd. Dus om de juiste smaak te creëren, kreeg hij hulp van anderen. "Het is echt een specifieke smaak, het was onze uitdaging om het Brabantse worstenbroodje te evenaren."

Hulp van moeder

Met het vinden van de juiste kruidenmix heeft, naast kruidenbedrijf Verstegen, vooral Kadirs moeder geholpen. "Die weet alles van smaken en proeven", vertelt Kadir.

Dat terwijl ze in eerste instantie niet enthousiast was over het idee. "Ze had zoiets van: 'Maak gewoon je studie af en hou op met dat worstenbrood.' Ze begreep niet zo goed wat ik aan het doen was." Maar uiteindelijk ging ook zij erin mee. "Ze zei: 'Je bent zo eigenwijs, ik ga toch maar helpen", zegt Kadir lachend.

Groot verschil

Al lijkt het kunnen eten van een worsten- of frikandelbroodje misschien klein, volgens Kadir kan het een groot verschil maken.

"Het doet mensen enorm veel dat ze het nu ook kunnen eten", merkt Kadir. "Je zorgt met een klein product dat mensen eindelijk kunnen mee-eten, dat ze denken: het is er nu eindelijk ook voor ons."

Steeds meer halal

En dat is belangrijk, want er zijn steeds meer mensen in Nederland die halal eten. In 2023 was 6 procent van de Nederlandse bevolking moslim.

Dat is ook terug te zien in de supermarkten. Er zijn steeds vaker halal-vakken en volgens cijfers van onderzoeksbureau Circana is de omzet van halal-producten in 2024 in 3 jaar tijd verdubbeld: van 23,2 miljoen euro in 2021 naar 53,4 miljoen in 2024. Daarbij zijn het niet alleen moslims, maar ook niet-Islamitische mensen die halal kopen, bijvoorbeeld als ze stoppen met het eten van varkensvlees.

'Zowel Fatima als Dirk-Jan'

Dat ziet Kadir ook weer terug in zijn klanten. "Het is niet alleen een Fatima of Kadir die het koopt, maar ook een Dirk-Jan of een Fleur. Iedereen heeft tegenwoordig wel een schoondochter of -zoon, vriend, buurman of -vrouw die halal eet, en iedereen wil ook voor hen iets op tafel kunnen zetten. Daardoor verkopen we niet alleen veel met Suikerfeest of tijdens de ramadan, maar ook met kerst of Pasen." Vorig jaar verkocht Kadir in totaal 1,7 miljoen snacks.

"Er komen steeds meer mensen uit verschillende landen naar Nederland, en daardoor zie je steeds meer verschillend eten, en meer mensen die halal eten. Tegelijkertijd is er in Nederland nog veel onwetendheid over halal." Al ziet Kadir dat wel langzaam veranderen. "We zijn er nog niet helemaal, maar langzaam gaan we vooruit. In Deurne, waar onze bakkerij laatst geopend is, wisten ze eerst niet eens wat halal was. En nu zijn ze hartstikke positief."

Bekijk ook

Geen niche

"Het wordt nog vaak gezien als een niche", gaat Kadir verder. "Als een hype die weer voorbij gaat. Maar het is juist iets wat de komende jaren alleen nog maar blijft groeien. En hoe fijn is het dan dat we kunnen helpen om het voor mensen beschikbaar te maken?"

"Het gaat erom dat iedereen mee kan eten, want iedereen kan het eten, ook als je niet alleen halal eet. Vandaar dat mijn slogan ook is: eten dat je deelt is twee keer zo lekker."

'Eten waar je blij van wordt'

Waar het begon met puur Brabantse worstenbroodje, heeft Kadir nu ook saucijzen- en frikandelbroodjes en bapao in de supermarkten liggen. En er komt nog meer aan. Maar wat precies blijft nog even geheim, laat Kadir weten.

"Onze missie is om mensen en culturen samen te brengen met eten waar je blij van wordt. Als ik daaraan bij kan dragen met mijn eten, vind ik dat mooi", sluit Kadir af.

Bekijk ook

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Ook interessant