Het gaat al jaren slecht met de bij. En dat heeft grote gevolgen: zonder die insecten worden gewassen niet meer bestoven, wat we uiteindelijk ook zullen merken in onze voedselproductie. Met verschillende maatregelen wordt geprobeerd het tij te keren. Mogelijk bieden andere vormen van landbouw een oplossing tegen de achteruitgang van de bijenstand, maar er zijn nog weinig boeren die de overstap maken.
'Een soort midlife-crisis' noemt agrariër Peter Oosterhof het: vier jaar geleden gooit hij het roer op zijn boerderij in Foxwolde radicaal om. Na jaren als gangbaar boer gewerkt te hebben, zoekt hij naar een nieuwe manier van werken die meer bij hem past. Dat resulteert in nieuwe koeien, nieuw gras en een andere werkwijze waarbij de natuur centraal staat. Nu staat zijn voormalig kale grasveld vol met weegbree, verschillende soorten klavers en bloemen.
De omslag is niet alleen goed voor het humeur van de boer. Doordat er allerlei planten groeien, is zijn land nu een stuk aantrekkelijker voor vliegende insecten, zoals bijen.
Kijk & Lees ook:
Verbod op bestrijdingsmiddelen
In een kwart eeuw is meer dan driekwart van deze insecten gestorven doordat steeds meer van hun leefgebied verdwijnt. “Door schaalvergroting en intensivering van de landbouw is er voor wilde insecten en bijen weinig plek meer”, vertelt onderzoeker Han de Kroon van de Radboud Universiteit Nijmegen. Ook de pesticiden die boeren gebruiken om planten te beschermen, noemt hij als probleem. De Kroon is dan ook blij met het besluit van de EU vorige week, om de drie belangrijkste bestrijdingsmiddelen te verbieden. Maar critici betwijfelen of dit wel genoeg is.
Harm Kossen van Natuurrijk Limburg ziet het verbod als slechts een klein onderdeel om de bijensterfte tegen te gaan. “Het is een extra regel voor de boeren. We hebben te vaak gezien dat zoiets averechts uitpakt. Die regel kan juist leiden tot meer gebruik van bestrijdingsmiddelen, of het overstappen op andere middelen.” Kossen benadert daarom boeren in de regio, om met hen samen te kijken hoe ze kunnen boeren met oog voor de natuur. Een oplossing die volgens De Kroon een goed idee is: “Het verbod op insecticiden is een mooi begin, maar is niet het enige. We zien dat er door boeren gebruik wordt gemaakt van biodiversiteit, niet alleen maar saaie groene weides voor de koeien, maar bloemenrijke weides en akkers waarop insecten kunnen overleven en overwinteren.”
Kijk & lees ook:
Weinig boeren houden rekening met natuur
Een goede oplossing dus, maar nog weinig boeren doen mee. Volgens een ruwe schatting van de Land- en Tuinbouworganisatie (LTO) Nederland is een tiende van de boeren bezig met een vorm van boeren die rekening houdt met de natuur. Niet elke boer voelt zich er ook geschikt voor. Schuin tegenover boer Oosterhof staat de boerderij van Harriët Middendorp: een grote melkveehouderij met 275 koeien. Boeren zoals de overbuurman is niets voor haar: “Mijn mening is dat iedereen in de landbouw zijn eigen draai aan het werk kan geven. Bij ons is dat bijvoorbeeld door erg in te zetten op gezonde koeien. Peter probeert deze manier van werken en dat kost hem veel tijd en energie; wij zijn te groot om op die manier te werken.”
Kossen van Natuurrijk Limburg benadrukt dat boeren met de natuur in veel stappen kan. Van een grote overstap van grond, mest en koeien tot een klein stuk van het erf gebruiken om kruiden te zaaien waar insecten en vogels op afkomen. Dat laatste ziet Kossen misschien nog wel liever: “Het gaat er om de schaalgrootte. Wij hebben liever dat alle boeren een kleine maatregel nemen, dan één boerderij die alles omgooit.”
Vragen? Stel ze!
Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.