
Onze afhankelijkheid van Amerikaanse techbedrijven is gevaarlijk in een handelsoorlog: 'Ze kunnen je hele organisatie digitaal uitschakelen'
Alle Nederlandse gemeenten zijn afhankelijk van het Amerikaanse Microsoft. Dat terwijl de handelsrelatie tussen de EU en de VS misschien wel meer gespannen is dan ooit. "Wat als dat ene Amerikaanse bedrijf morgen besluit te stoppen? Dan hebben we niks."
Gemeenten gebruiken Microsoft-diensten voor vrijwel al hun digitale processen. Van tekstverwerking en spreadsheets tot e-mailverkeer, videovergaderen, documenten delen en ook de aansturing van sociale loketten en registratiesystemen.
Toegang tot gevoelige data
Microsoft heeft daardoor toegang tot grote hoeveelheden gevoelige data. Denk aan persoonsgegevens van Nederlandse burgers, aanvragen voor paspoorten en rijbewijzen, zorgdossiers, uitkeringsgegevens, belastinginformatie en zelfs interne beleidsstukken. Al die data worden via Microsoft-diensten opgeslagen, verwerkt en verzonden.
Technologie-expert en voormalig AIVD-toezichthouder Bert Hubert windt er dan ook geen doekjes om: "We zijn een data-kolonie van Amerika geworden. Onze digitale infrastructuur functioneert alleen nog met toestemming van de Amerikanen."
Cloud Act
Hubert doelt onder meer op de Cloud Act, een Amerikaanse wet die techbedrijven verplicht toegang te verlenen tot hun data, ook als die fysiek staat opgeslagen in een ander land. "Zelfs als de server gewoon in Zoetermeer staat, mogen de Amerikanen die data opvragen."
"En als in de VS iemand met het verkeerde been uit bed stapt, kunnen ze je hele organisatie digitaal uitschakelen. Dat is geen sciencefiction, het is al gebeurd, onder meer bij het Internationaal Strafhof. De hoofdaanklager kon op een ochtend zijn mail en documenten niet meer openen. Gewoon afgesloten."
'Er is geen plan B'
Dat de afhankelijkheid van Amerikaanse technologie en digitale diensten ons kwetsbaar maakt, begint op steeds meer plekken in Nederland door te dringen. Remco Belonje is burgerraadslid voor de PvdA in Gouda en stelde vragen over de afhankelijkheid van Microsoft. "Toen ik las dat álle Nederlandse gemeenten daarvan afhankelijk zijn, dacht ik: verrek, is dat bij ons ook zo?"
"En wat als dat ene bedrijf morgen zegt: we stoppen ermee? Dan hebben we niks. Dat is toch geen houdbare situatie?" Belonje zegt dat het niet om symbolisch verzet gaat. "Dit gaat over digitale veiligheid, over continuïteit van overheidsdiensten. Paspoorten, uitkeringen, communicatie met burgers en nog meer. Dan wil je niet afhankelijk zijn van een buitenlandse macht."
Op zoek naar alternatieven
Gouda onderzoekt nu welke alternatieven er zijn en wat het betekent als die moeten worden geïmplementeerd. Volgen hoofd ICT Nico Sijrier is zo'n overgang een complex en langdurig proces. "We hebben contracten, onze mensen zijn getraind in deze software, we zijn afhankelijk in onze hele bedrijfsvoering. Een overstap regel je niet in een paar maanden."
Voor nu is echter nog geen alternatief voorhanden. "We gaan in kaart brengen welke afhankelijkheden er precies zijn. Niet alleen van Microsoft, maar ook van andere Amerikaanse leveranciers", zegt Sijrier.
Digitale soevereiniteit is mogelijk
Dat het anders kan, laat de Duitse deelstaat Sleeswijk-Holstein zien. Daar zijn ze onder leiding van minister voor Digitalisering Dirk Schrödter zes jaar geleden begonnen met een enorme operatie: helemaal af van Amerikaanse software. Inmiddels werken tienduizenden ambtenaren dagelijks met LibreOffice, Thunderbird en Nextcloud.
Dat zijn zogenoemde 'open source'-oplossingen. Software die je vrij mag gebruiken, aanpassen en delen. In plaats van dat je vastzit aan één bedrijf, zoals Microsoft, kan de gebruiker zelf kiezen wie de software beheert of helpt bij problemen. Het is vaak goedkoper, en je houdt er zélf de controle over systemen en data mee.
Tientallen miljoenen naar Microsoft
Schrödter vertelt dat de kosten ook een belangrijke afweging waren toen hier zes jaar geleden mee werd begonnen. "De jaarlijkse licentiebetalingen aan Microsoft liepen in de tientallen miljoenen. Nu investeren we dat geld in onze eigen digitale economie."
Inmiddels gaat het zeker niet meer alleen om het geld. Digitale onafhankelijkheid wordt door Schrödter gezien als een randvoorwaarde voor nationale veiligheid. "We moeten zelf zeggenschap houden over onze data en processen. Dat is een kernverantwoordelijkheid van de overheid."
'Europa heeft ook programmeurs'
"Onze digitale infrastructuur mag niet afhankelijk zijn van politieke grillen in Washington", zegt Schrödter. "Wij hebben nu systemen die we zelf beheren, die zijn aangepast aan onze eigen wensen. En het werkt gewoon."
Volgens Hubert zouden Nederlandse overheden hier goed naar moeten kijken. "We moeten stoppen met denken dat alleen Amerikanen goede software kunnen bouwen. Europa heeft ook programmeurs, maar we hebben ze jarenlang afgeleerd om eigen oplossingen te ontwikkelen"
'Het vraagt leiderschap'
Zowel Schrödter als Hubert zijn het erover eens: digitale afhankelijkheid is een bestuurlijke keuze. "Het was gewoon makkelijk", zegt Hubert. "De software werkte, er was altijd support. Dus niemand voelde de urgentie om iets anders te doen."
Dat gemak is volgens Schrödter precies het probleem. "Het vraagt leiderschap om het roer om te gooien. Maar nu is het moment. Overheden zijn de grootste ICT-inkopers van een land. Als wij eisen stellen, dan volgt de markt vanzelf."