Beeld ter illustratieBron: ANP
Beeld ter illustratie

Deze wetenschapper hoopt beter onderzoek te kunnen doen als nieuwe embryowet wordt goedgekeurd

Morgen staat een gevoelig debat over de embryowet gepland in de Tweede Kamer. VVD en D66 stellen voor om de wet uit 2002 te veranderen. Nu mogen embryo's pas na 5 dagen worden gebruikt voor onderzoek, de twee partijen willen van die wachttijd af.

Goed om te weten: de embryo's die gebruikt worden voor onderzoek zijn nu nog die overblijven ná een IVF-traject. Alleen deze zogenoemde 'rest-embryo's' zijn toegestaan in wetenschappelijk onderzoek.

'Wetswijziging kan helpen'

Klinisch embryoloog aan de Amsterdam UMC Sebastiaan Mastenbroek doet onderzoek naar embryo's. Volgens hem zou deze wetswijziging enorm helpen.

"Dan wordt het mogelijk om embryo's te máken voor onderzoek." In plaats van 5 dagen te moeten wachten tot er dus embryo's 'overblijven' uit een IVF-behandeling.

IVF-behandelingen

Hij legt uit: "Daarmee kunnen we ook de bevruchting en de eerste dagen na de bevruchting van de menselijke ontwikkeling bestuderen, dat helpt ons om bijvoorbeeld IVF-behandelingen te verbeteren."

Dat is nodig, vindt hij, want op dit moment is maar 1 op de 4 van de IVF-behandelingen succesvol. "We gebruiken soms alternatieven voor het onderzoek, zoals celsystemen of diermodellen, maar sommige vragen kunnen we niet beantwoorden zonder toch ook menselijke embryo's in die hele vroege fase te bestuderen."

Spraken van leven

De embryowet ligt al meer dan 20 jaar gevoelig. Dat bleek bijvoorbeeld in 2008. Met de ChristenUnie als onderdeel van het kabinet ontstond een kabinetscrisis over deze wet. De wet is sindsdien nooit meer aangepast.

Dat komt ook omdat tegenstanders vraagtekens zetten bij hoe er wordt omgegaan met wat zij zien als leven. Onderzoeker Mastenbroek begrijpt deze vragen: "Nou, er is zeker sprake van leven. Het is heel bijzonder materiaal. Het is een bevruchte eicel, een embryo, wat uiteindelijk tot een kind zou kunnen leiden. Dat is ook waarom we er zo zorgvuldig mee omgaan."

Begrijpelijke angst

Een ander argument van tegenstanders is het risico op designerbaby's: dat we dankzij onderzoek zoveel weten over hoe je een embryo kan aanpassen, dat je naast erfelijke ziektes ook het uiterlijk of zelfs de bouw van je kind kan aanpassen. "Ik snap die angst, die is heel begrijpelijk", zegt Mastenbroek. Maar in Nederland is er een verbod op het aanpassen van het DNA van embryo's.

Daarom vindt hij dat geen reden om de wet tegen te houden voor het onderzoek. "Onderzoek betekent niet gelijk klinische toepassing, dat mag in Nederland simpelweg niet. En dit soort onderzoek gebruiken we vaak voor goede dingen", legt hij uit. "Als je het kan gebruiken om ziekten uit te bannen, dan kan ik me voorstellen dat een groot deel van Nederland voor is."

Weggooien van leven

Tegenstanders van het onderzoek naar embryo's in het algemeen zeggen dat het gebruik ervan gelijkstaat aan het 'weggooien van leven'. Die gevoelens begrijpt de embryoloog ook heel goed. Maar elk onderzoek wordt volgens hem beoordeeld door een onafhankelijke commissie. "Die beoordeelt echt op kwaliteit, of het gerechtvaardigd is en of er bijvoorbeeld niet alternatieven voor het onderzoek zijn", legt hij uit.

Er wordt volgens hem ook alleen een rest-embryo gebruikt van een koppel dat ervoor kiest om het te doneren. Vaak hebben die dus al een succesvolle IVF-behandeling, met een embryo dat uitgroeit tot een kind. Wat 'overblijft' wordt dan gedoneerd aan de wetenschap.

Minder verloren embryo's

Mastenbroek denkt ook dat juist het onderzoek met het gebruik van embryo's ervoor zorgt dat er minder embryo's verloren gaan. "Nu worden er bijvoorbeeld 70.000 embryo's per jaar gemaakt in Nederland", vertelt hij.

"En daarvan worden er maar 20.000 direct geplaatst, 20.000 ingevroren en 30.000 worden, omdat de kwaliteit onvoldoende is, niet geplaatst." Hij denkt dat er minder embryo's nodig zijn en verloren gaan als we door onderzoek de IVF-behandeling, en daarmee de embryo's zelf, beter kunnen maken.

Deze wetenschapper hoopt beter onderzoek te kunnen doen als nieuwe embryowet wordt goedgekeurd