Bij de Europese verkiezingen lijken radicaal-rechtse partijen in veel landen zetels te gaan winnen. Toch lukte het die partijen nooit eerder om een eenheid te vormen in het Europees Parlement. Kan dat nu wel? "Het wordt een hele uitdaging."
In ons land lijkt vooral de PVV af te stevenen op flinke winst: in de zetelpeiling van EenVandaag en Ipsos I&O staan zij nu op 9 zetels, een winst van 8. Ook in andere landen is die trend bij uiterst rechtse partijen zichtbaar.
Nog geen vruchtbare samenwerking
Marine Le Pen, van het Franse Rassemblement National, wil daarom een poging doen om het samen eens te worden in het parlement. Toch denkt universitair docent Politicologie aan de UvA, Matthijs Rooduijn, dat dat nog een hele klus kan worden: "Deze partijen proberen al heel lang met elkaar een groepje te vormen in het Europees Parlement. En je ziet eigenlijk altijd dat ze moeite hebben om een vruchtbare samenwerking tot stand te brengen."
"Dat heeft er met name mee te maken dat deze partijen heel erg bezig zijn met hun reputatie, en de vraag met welke andere partij ze wel of niet geassocieerd willen worden."
'Ideologisch dicht bij elkaar'
In het Europees Parlement zitten twee fracties waarin radicaal-rechtse partijen zijn vertegenwoordigd: Identiteit en Democratie (ID) en de Europese Conservatieven en Hervormers (ECR). In de basis hebben die veel met elkaar gemeen, vertelt Rooduijn. "Ideologisch zitten deze partijen heel dicht bij elkaar, met name als het gaat om de thema's die zij echt belangrijk vinden."
"Ze zijn nationalistisch, staan voor een zeer restrictief immigratiebeleid en zijn kritisch over klimaat en Europese eenwording."
Progressief en conservatief
Toch zijn er volgens Rooduijn ook een aantal thema's waarop ze wél van mening verschillen. "Denk met name aan sociaaleconomische thema's, maar ook aan buitenlandbeleid. Bijvoorbeeld als het gaat over de banden met Rusland of de oorlog in Oekraïne zijn er echt wel wat verschillen. Ook over meer ethische kwesties, zoals homoseksualiteit."
Dat laatste speelt vooral tussen meer conservatieve radicaal-rechtse partijen uit Zuid- en Oost-Europa en meer progressieve partijen uit Noordwest-Europa. "Dat verschil is best wel fundamenteel."
Gematigd overkomen
Deze thema's zijn ook niet de enige reden waarom de rechtse partijen geen eenheid vormen, legt Rooduijn uit. "Veel van deze radicale partijen hebben er belang bij om enigszins gematigd over te komen. Zeker als ze succesvol zijn in eigen land zijn ze bang om stemmen te verliezen."
Je associëren met een radicalere partij kan daardoor een risico zijn, vertelt Rooduijn. De Duitse partij AfD werd daarom recent uit de fractie ID gezet. "Bij hen werd duidelijk dat zij steeds extremer werden. En vanwege de extreme uitspraken heeft Le Pen ervoor gezorgd dat zij uit de groep zijn gezet. Want zij probeert haar partij al jaren te normaliseren."
Kansen
Genoeg uitdagingen dus. Toch heeft Le Pen nu gezegd dat ze wil dat de radicaal-rechtse partijen meer gaan samenwerken. Een logische gedachte, omdat er een flinke zetelwinst aan lijkt te komen. "De twee groepen wil ze eigenlijk voor een deel gaan samenvoegen, zodat er één grote radicaal rechtse groep in het Europees Parlement komt."
Dat plan biedt volgens de universitair docent allerlei mogelijkheden in het parlement. "En het is ook niet gek, want Le Pen weet dat deze partijen heel veel met elkaar delen."
Lastig op de lange termijn
Toch zullen de verschillen volgens Rooduijn, op het gebied van ideologie én hoe radicaal de partijen zijn, daarbij wel een grote hindernis zijn.
"Het zal heel lastig worden. Zelfs als het al lukt om op korte termijn een groep te vormen na de verkiezingen, dan vermoed ik dat het op lange termijn lastig zal blijken om echt een langdurig samenwerkingsverband tot stand te brengen."
Vragen? Stel ze!
Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.