Het aantal meldingen bij de politie van verkrachtingen is de afgelopen 5 jaar flink toegenomen. Maar het aantal aangiftes blijft ver achter. Volgens deskundigen ligt dit aan het informatieve gesprek. Dat zou te ontmoedigend zijn.
Het aantal geregistreerde incidenten van verkrachting bij de politie steeg de afgelopen 5 jaar met ruim 20 procent naar ruim 3000. Dat blijkt uit cijfers die EenVandaag opvroeg bij de Nationale Politie. Tegelijkertijd blijft het aantal aangiftes fors achter: van de 3051 geregistreerde incidenten vorig jaar, bleven 858 aangiftes over.
'Taboe eraf'
Dat er meer mensen naar de politie stappen is positief, zegt slachtofferadvocaat Richard Korver. Hij is voorzitter van het Landelijk Advocaten Netwerk Gewelds- en Zeden Slachtoffers (LANGSZ).
"We zien ook fors meer aandacht voor grensoverschrijdend gedrag waardoor het makkelijker wordt voor slachtoffers om zich te melden. Het taboe gaat er een beetje af."
Meer rechtszaken, minder veroordelingen en meer vrijspraak
Uit de cijfers die EenVandaag opvroeg bij de Nationale Politie blijkt dat er in 2017 2504 verkrachtingsincidenten werden geregistreerd en 643 aangiftes werden opgenomen. Vanaf dat jaar loopt het aantal incidenten gestaag op, met een grote stijging van 2020 (2743) naar 2021 (3051 incidenten, 858 aangiftes). Gemiddeld resulteert 25 procent van de geregistreerde incidenten in een aangifte.
Ook bij de rechtbanken komen meer verkrachtingszaken voor. In 2017 waren dit er 196 waar een verdachte primair moest voorkomen voor verkrachting. In 163 zaken (83 procent) leidde dit tot een veroordeling, in 20 (10 procent) tot vrijspraak. Vorig jaar kwamen 260 zaken voor de rechter, 192 werden (73 procent) veroordeeld en 47 (18 procent) vrijgesproken.
'Er gaat ergens iets niet goed'
Dat heeft mee te maken met wat er afgelopen januari naar buiten kwam over het tv-programma The Voice of Holland. Coaches en betrokkenen bij het programma zouden zich schuldig hebben gemaakt aan seksueel wangedrag, aanranding en verkrachting. Publiek kwam er meer aandacht voor grensoverschrijdend gedrag.
Eerder al, in oktober 2017, vroeg de MeToo-beweging wereldwijd aandacht voor seksueel grensoverschrijdend gedrag. Maar ondanks dat #MeToo is het aantal aangiftes niet gestegen. "Het is zorgwekkend dat als je verhoudingsgewijs meer meldingen krijgt, maar minder aangiftes", zegt advocaat Korver. "Dan gaat er ergens iets niet goed."
Niet direct aangifte doen
Wie zich meldt bij de politie na een verkrachting krijgt eerst een zogeheten 'informatief gesprek' aangeboden. In dat gesprek, dat een slachtoffer voert met twee zedenrechercheurs, kan een melder vertellen wat er is gebeurd en wordt verteld of een aangifte kansrijk is.
'Zij maken een eerste inschatting of wat u heeft meegemaakt ook volgens de wet strafbaar is', schrijft de politie op haar website. Daarna kan de melder een afspraak maken voor een aangifte, soms pas weken later.
Geen aangifte
Ondanks herhaaldelijke vragen van EenVandaag aan de Nationale Politie, blijft onduidelijk hoeveel van dit soort informatieve gesprekken er jaarlijks worden gevoerd. Wel is duidelijk dat driekwart van het aantal geregistreerde verkrachtingsincidenten niet resulteert in een aangifte.
De belangrijkste reden voor dit 'gat' is volgens deskundigen het informatieve gesprek dat als ontmoedigend wordt ervaren.
'Wil je wel dat ik aangifte doe?'
Rechtspsycholoog André de Zutter promoveerde op verkrachtingsaangiftes en zegt dat de politie zo efficiënt en effectief is met het vertellen van de waarheid, dat er een ontmoedigingsbeleid is ontstaan.
"Omdat fragiele slachtoffers denken: maar ja, je hebt al vijf keer gezegd dat het allemaal moeilijk en zwaar en lastig gaat zijn. Wil je wel dat ik aangifte doe?" vertelt hij.
Naar huis gestuurd
Ook slachtoffers die na het gesprek direct aangifte wilden doen, zouden toch naar huis worden gestuurd, wat de opsporing hindert, zegt De Zutter.
Advocaat Korver hoort van slachtoffers vaak teleurgestelde geluiden na het informatieve gesprek. "Ze horen bijvoorbeeld dat wat ze hebben mee hebben gemaakt geen strafbaar feit is. Dat er geen onderzoeksmogelijkheden zijn, geen bewijzen."
'Het gaat steeds minder goed met aangifte'
Slachtofferadvocaat Korver noemt het 'raar' dat zo'n informatief gesprek gevoerd wordt. "Want als u aangifte wil doen van moord, inbraak, autodiefstal, kunt u dat allemaal direct doen. Maar als het om een zedendelict gaat, krijgt u een gesprek om te beoordelen of het wel verstandig is."
Nederland is het enige land waar een informatief gesprek wordt gevoerd met zedenslachtoffers, zegt rechtspsycholoog De Zutter. "Er is niemand die gedacht heeft: die Nederlanders doen het goed, laten we dat eens overnemen. Dus het wordt tijd om dat systeem in vraag te stellen, zeker met deze cijfers. Het gaat steeds minder goed met de aangifte."
Verbetering blijft uit
Al eerder publiceerde de Inspectie Justitie en Veiligheid een kritisch rapport over de bejegening van zedenslachtoffers tijdens het informatieve gesprek. Rechercheurs zouden te veel nadruk leggen op de onmogelijkheden van de aangifte. De politie beloofde beterschap, maar die blijft uit, zegt Korver.
"Wij horen te vaak van slachtoffers dat ze het informatief gesprek als ontmoedigend hebben ervaren", zegt Korver. "Schaf het af".
'Schaf het af'
Ook De Zutter vindt dat het moet verdwijnen. "Laten we als iemand bij de politie komt meteen een aangifte opnemen. Dat heeft veel voordelen: het scheelt capaciteit, twee gesprekken met twee zedenrechercheurs. Ook belast je het slachtoffer maar een keer met het verhaal." Ook Slachtofferhulp Nederland pleit voor het afschaffen van het gesprek.
Daarnaast is het beter voor de opsporing, voegt criminoloog De Zutter toe. Verdachten zouden direct moeten worden gehoord en (digitale) sporen en ander bewijs zo snel mogelijk veiliggesteld. Hoe langer het duurt hoe moeilijker het wordt om bewijs rond te krijgen, zegt hij. "Dan zit het verhaal nog vers in het geheugen van het slachtoffer, getuigen en de verdachte zelf. Ook is de kans dat een verdachte bekent groter."
Valse aangiftes weren
Het ontmoedigen zou voortkomen uit het willen weren van valse aangiftes. Maar dat aandeel is altijd maar klein, zegt De Zutter. Korver vreest dat de capaciteitsproblemen bij de politie soms meespelen.
"De meest logische verklaring zou zijn dat het de werkdruk is: 'Laten we alsjeblieft alleen die zaken eruit halen die klip en klaar zijn en waarvan we zeker een veroordeling krijgen en de rest laten we liggen, want we hebben het al zo druk.'
'Verband met gesprek is er niet per se'
Dat slachtoffers vaak geen aangifte doen, houdt volgens zedenspecialist Lidewijde van Lier van de Nationale Politie 'niet per se verband' met het informatieve gesprek. "Dat iemand zich meldt en zegt: 'ik heb een verkrachting meegemaakt', wil ook niet zeggen dat het in juridische zin altijd een verkrachting is."
Lang niet iedereen komt bij de politie met het idee om aangifte te doen, stelt Van Lier. "Mensen kunnen om verschillende redenen aan de bel trekken. Soms hebben ze de behoefte om direct aangifte te doen, maar veel slachtoffers hebben nog allerlei vragen." Ook spelen volgens de zedenspecialist gevoelens van schaamte en loyaliteit een rol. "Waardoor de aangiftebereidheid erg laag is."
'Dun lijntje tussen realistisch zijn en ontmoedigen'
Het klopt dat slachtoffers zich soms ontmoedigd voelden, erkent zedenspecialist Van Lier. "In 2020 is daar onderzoek naar gedaan." Maar sindsdien heeft de politie niet stilgezeten, vervolgt ze. "We hebben een nieuwe werkwijze ontwikkeld, het informatieve gesprek ziet er nu echt anders uit." Het gesprek afschaffen wil de politie niet. "Het kan een slachtoffer ook empoweren".
Al wordt het niet meer standaard aan ieder zedenslachtoffer aangeboden. "Elk slachtoffer is anders en heeft een andere behoefte." In de nieuwe opzet leggen zedenrechercheurs het slachtoffer uit hoe een strafrechtelijk onderzoek kan verlopen. "Zonder dat we daarbij ontmoedigen. Dat is heel lastig want er is een heel dun lijntje met realistische verwachtingen scheppen en ontmoedigen." De Inspectie Justitie en Veiligheid komt dit najaar met een nieuw rapport.
Dit verhaal is tot stand gekomen in samenwerking met studenten journalistiek Amke Streefkerk, Lotte van den Berg en Nikola van Krieken van de Hogeschool Utrecht.
Vragen? Stel ze!
Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.