Vandaag is het zover: Nederland gaat naar de stembus om een nieuwe Tweede Kamer te kiezen. Maar waar moet je eigenlijk op letten als je gaat stemmen? Voor EenVandaag Vraagt vroegen we wat jullie willen weten over de regels die gelden bij het stemmen.

We legden jullie vragen voor aan de Kiesraad, die de regering en het parlement adviseert over verkiezingen en het kiesrecht.

1. Mag iedereen in Nederland stemmen?

In principe mag iedereen die ouder is dan 18 jaar en een Nederlands paspoort heeft stemmen, zegt een woordvoerder van de Kiesraad. Maar er zijn een paar uitzonderingen.

"Voor personen van wie rechtmatig hun vrijheid is ontnomen - denk aan mensen in gevangenissen, tbs-klinieken of andere instellingen met gesloten opname - geldt dat ze via volmacht moeten stemmen. Als ze zodanige bewegingsvrijheid hebben dat ze op de dag van stemming in persoon kunnen stemmen of verlof hebben, mogen ze ook in persoon stemmen", vertelt de woordvoerder.

Het kan ook voorkomen dat een rechter bij bepaalde misdaden een gevangene kan uitsluiten van het kiesrecht. Deze persoon mag dan niet stemmen bij verkiezingen.

Ziekte of ouderdom is geen reden voor iemand om niet te mogen stemmen, vervolgt de woordvoerder. "Wel moeten zieke mensen in staat zijn om te kunnen stemmen, aangezien in het stemhokje alleen hulp mag worden geboden als een kiezer fysiek niet in staat is om zelfstandig te stemmen."

2. Mag ik ook stemmen buiten mijn gemeente?

"Ja, dat kan. Je moet daarvoor wel van tevoren een kiezerspas hebben aangevraagd, want met de reguliere stempas mag je alleen stemmen binnen de gemeente waar je woont."

3. Waarom kunnen we niet per brief of digitaal stemmen?

Per brief stemmen is in de Kieswet alleen geregeld voor Nederlandse stemgerechtigden die in het buitenland wonen, zegt de Kiesraad. "Het kon tijdelijk tijdens COVID-19, maar die tijdelijke wet is inmiddels ingetrokken. De wetgever geeft de voorkeur om kiezers in persoon te laten stemmen, tenzij dat niet mogelijk is."

"Voor mensen in Nederland is als alternatief het stemmen bij volmacht ingericht. Voor digitaal stemmen geldt dat het kabinet dat nog onvoldoende veilig acht. Het gaat dan om risico's voor de waarborgen waar het verkiezingsproces aan moet voldoen, zoals het stemgeheim en de stemvrijheid. Eerder dit jaar zijn er wel Kamervragen gesteld over digitaal stemmen via DigiD."

4. Mag je in het stemhokje een foto maken?

Dat mag, zegt de woordvoerder van de Kiesraad. "Een foto van het stembiljet en een 'stemfie' - een selfie met een stembiljet - zijn allebei toegestaan." De Kiesraad vond eerder dat het maken van een 'stemfie' verboden moest worden, omdat het op gespannen voet zou staan met stemvrijheid en het stemgeheim.

Dit advies is door de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties niet overgenomen. "De Kieswet kent daardoor geen bepaling die de 'stemfie' expliciet verbiedt. Uiteraard mogen andere kiezers niet tegen hun zin worden gefotografeerd of gefilmd en een kiezer mag in geen enkel geval worden gedwongen tot het maken van een foto van zichzelf met zijn of haar ingevulde stembiljet."

5. Waarom mag je niet iemand meenemen in het stemhokje (en mag een baby wel mee het stemhokje in?)

Je mag geen andere personen in het stemhokje meenemen omdat het risico bestaat dat de kiezer kan worden beïnvloed bij het uitbrengen van de stem, legt de woordvoerder van de Kiesraad uit. "In beginsel mogen kiezers hun kinderen niet meenemen in het stemhokje, tenzij duidelijk is dat er absoluut geen sprake kan zijn van beïnvloeding." Dit kan bijvoorbeeld zo zijn bij een ouder met een klein kind.

"Omdat het lastig is hierin een algemene lijn te trekken, blijft het uiteindelijk aan het stembureau om deze situatie te beoordelen."

6. Maakt het uit hoe goed het bolletje is ingekleurd?

"Ja, het moet voor het stembureau duidelijk zijn op welke kandidaat de kiezer heeft willen stemmen", benadrukt de woordvoerder. "Het bolletje moet dus duidelijk rood zijn ingekleurd. Dat hoeft niet per se met een potlood. Je mag het bolletje inkleuren met alles wat rood is: met lippenstift, een rode marker, noem maar op." Of een vakje duidelijk genoeg is ingevuld, is aan het stembureau om te bepalen.

7. Hoe weet ik dat het stemmen tellen eerlijk verloopt?

Om ervoor te zorgen dat het tellen van de stemmen eerlijk verloopt, zijn er verschillende maatregelen genomen, legt de woordvoerder uit. "Allereerst is de telling openbaar, zodat mensen kunnen zien hoe het stembureau te werk gaat."

In veel dorpen en steden worden alle stemmen, dus zowel per partij als per afzonderlijke kandidaat, al op de verkiezingsavond zelf geteld in de stembureaus. Dit heet 'decentraal' tellen. In deze plaatsen checkt het gemeentelijk stembureau de dag na de verkiezingen of alles klopt in de verslagen, vertelt de woordvoerder. "Dan wordt de juistheid van de uitkomst gecontroleerd, en ook wordt er gekeken naar eventuele onverklaarde verschillen of fouten."

In andere plaatsen worden op de verkiezingsavond alleen de stemmen per partij geteld in de stembureaus. De volgende dag worden dan de stemmen per afzonderlijke kandidaat samen geteld op één locatie. Dat heet 'centraal' tellen. "Dan vindt er de volgende dag een tweede telling plaats op het gemeentelijk stembureau. Na elke telling komen de verslagen digitaal beschikbaar. Kiezers kunnen dan kijken of hun stem goed in het verslag staat. Als dit niet zo is, kunnen ze dit aan de Kiesraad laten weten."

Daarna kan de Kiesraad het gemeentelijk stembureau ook nog vragen om extra onderzoek te doen als er klachten zijn: "Ook doet de Kiesraad zelf controles op de echte verslagen om zeker te zijn van de juistheid en eventuele verschillen of fouten."

8. Is het mogelijk om bij het stemmen tellen als toeschouwer aanwezig te zijn?

"Het tellen is openbaar", zegt de woordvoerder van de Kiesraad. "Mensen kunnen aanwezig zijn als toeschouwer. Het is wel belangrijk dat de orde hierdoor niet wordt verstoord."

De voorzitter van het stembureau moet ervoor zorgen dat alles goed verloopt: "Die moet dan ook ingrijpen als de tellers worden gehinderd in hun werkzaamheden."

9. Hoe worden de stemmen omgerekend in zetels in de Tweede Kamer?

De Kiesraad stelt de uitslag van de Tweede Kamerverkiezingen officieel vast. Die verdeelt de zetels en restzetels over de partijen aan de hand van het aantal stemmen. En dat betekent: hoe meer stemmen een partij bij de verkiezingen heeft gekregen, hoe meer zetels een partij in de Tweede Kamer krijgt.

Daarvoor moet het aantal stemmen dat een partij nodig heeft om een zetel te krijgen worden berekend: de genoemde 'kiesdeler'. Om die te berekenen wordt het totale aantal (geldige) stemmen gedeeld door het aantal zetels in de Tweede Kamer (150). Zo waren er bij de laatste Tweede Kamerverkiezingen in 2021 zo'n 69.500 stemmen nodig voor een zetel.

"De Kiesraad kijkt eerst hoe vaak de partijen de kiesdeler hebben gehaald, dat is het aantal 'volle' zetels. Die worden direct aan een partij toegekend", legt de woordvoerder uit. "Vervolgens worden de overige zetels, de restzetels, verdeeld volgens het zogeheten 'systeem van de grootste gemiddelden'."

Partijen moeten de kiesdeler hebben gehaald en dus minstens één zetel hebben behaald om aanspraak te maken op een restzetel. Het totale aantal stemmen op een partij wordt gedeeld door het aantal volle zetels plus één. De partij met het hoogste gemiddelde ontvangt als eerste een beschikbare restzetel. Dit proces herhaalt zich totdat alle restzetels zijn toegewezen.

info

EenVandaag Vraagt

In dit artikel zijn antwoorden verwerkt op vragen die zijn ingestuurd via EenVandaag Vraagt. Met EenVandaag Vraagt heb je invloed op wat we maken. Wil je meedoen? Download dan de Peiling-app van EenVandaag, ga dan naar 'Instellingen' en zet je notificaties voor EenVandaag Vraagt aan. Je vindt de vragen en antwoorden terug bij 'Doe mee'. De Peiling-app van EenVandaag is gratis te downloaden in de App Store of Play Store.

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.