Nu al zijn er zorgen over een moeizame formatie na de aanstaande Tweede Kamerverkiezingen, bleek in de chat van EenVandaag. Voor een meerderheid lijken zeker vier partijen nodig. Een alternatief is het overwegen van een minderheidskabinet.
We vroegen wat jullie wilden weten over een minderheidskabinet. De vragen worden beantwoord door hoogleraar staats- en bestuursrecht Wim Voermans (Universiteit Leiden) en universitair hoofddocent Politieke Communicatie Mariken van der Velden (Vrije Universiteit).
1. Hoeveel minderheidskabinetten zijn er eigenlijk geweest in Nederland?
"Het is niet meer van deze tijd", zegt hoogleraar staats- en bestuursrecht Wim Voermans. "Aan het einde van de 19de en begin 20ste eeuw waren er wel minderheidskabinetten, maar na de Tweede Wereldoorlog begon er nooit een kabinet met een minderheid in de Tweede en Eerste Kamer. Bij de formaties is zo'n kabinet nooit tot stand gekomen."
Het laatste echte minderheidskabinet regeerde in 1939. "Op initiatief van Wilhelmina werd er snel een kabinet gevormd, het kabinet Colijn-V, dat bestond uit partijen die samen geen meerderheid in de Tweede Kamer hadden. Het kabinet was van korte duur, want de rest van de Kamer wilde niet meewerken. Na slechts drie dagen kon het kabinet daarom alweer inpakken."
Wat na de Tweede Wereldoorlog wel vaker is gebeurd, legt Voermans uit, is dat een kabinet bij aanvang wel een meerderheid had, maar later niet meer. Dit gebeurde bijvoorbeeld als een partij of persoon opstapte, waardoor het kabinet als minderheidskabinet verder regeerde. Vaak gebeurde dat omdat het bijvoorbeeld niet lang meer was tot nieuwe verkiezingen. "Dit gebeurde bijvoorbeeld bij het kabinet-Balkenende III, en ook wel eens in de jaren 60 (kabinet-Zijlstra 1966-1976) en 70 (kabinet-Biesheuvel II 1972-1973)."
Verder had je vanaf 2010 het kabinet Rutte-I waarin met gedoogsteun van de PVV een meerderheid werd behaald. "De PVV zat niet in de coalitie, maar steunde het kabinet wel. Technisch gezien was het daarom geen minderheidskabinet. Want een écht minderheidskabinet heeft onvoldoende steun in de Kamer, terwijl in dit geval de PVV al tijdens de formatie had toegezegd steun te geven."
Wat is een minderheidskabinet?
"Kabinetten zoals wij die nu in Nederland kennen, zijn in principe meerderheidskabinetten", vertelt universitair docent Politieke Communicatie Mariken van der Velden. "Zo'n kabinet heeft een meerderheid aan zetels in de Tweede Kamer en idealiter ook in de Eerste Kamer. Als er gestemd moet worden voor wetten of wetsvoorstellen, dan kunnen ze rekenen op hun eigen coalitiepartners."
"Dat is anders bij een minderheidskabinet. De regerende partijen hebben dan niet automatisch een meerderheid aan zetels in de Tweede Kamer, en dus moeten ze telkens per voorstel steun zoeken bij de oppositiepartijen om toch tot een tijdelijke meerderheid te komen."
2. Kan een minderheidskabinet toch zaken doordrukken zonder goedkeuring van de Tweede Kamer?
"Nee, dat kan nooit", zegt Van der Velden stellig. "Ook niet bij een meerderheidskabinet."
Ze legt uit: "Ik snap dat mensen soms denken dat standpunten worden doorgedrukt, maar over die punten is al uitgebreid gediscussieerd tijdens de formatie. Dat is ook waarom de formatie zo lang duurt. Partijen willen minutieus afspreken wat er in het regeerakkoord komt te staan en bij welke onderwerpen ze elkaar zullen steunen. Om gedoe tijdens het regeren te voorkomen."
3. Waarom wordt een minderheidskabinet vaak als geen goed alternatief gezien?
De belangrijkste reden is volgens Voermans deze: "Omdat het kabinet dan maar heel moeilijk iets voor elkaar kan krijgen en omdat er voor elk onderwerp apart telkens een meerderheid moet worden gezocht." Zelf vindt hij een minderheidskabinet daarom een zwaktebod. "Tijdens de vorige formatie leefde de discussie ook, maar met een minderheidskabinet kom je in Nederland gewoon niet vooruit."
Toch bewijzen Scandinavische landen het tegendeel. Daar zijn minderheidskabinetten heel normaal. "Toch is ook in die landen iets aan het verschuiven", weet Van der Velden. "Tot zo'n 10 jaar geleden werd de politiek gekenmerkt door een duidelijk links en rechts blok, waardoor de coalitie altijd op steun kon rekenen van andere partijen in 'hun blok'. Alleen het laatste decennium is er veel meer versplintering gekomen, waardoor het krijgen van steun moeilijker gaat."
Die afhankelijkheid van steun leidt tot onzekerheid, zegt Van der Velden. "Om dat te voorkomen wordt er in de Nederlandse formatie vaak voor een extra partij gekozen om toch tot een meerderheid te komen. Ondanks dat dat misschien betekent dat er tijdens het regeren stevig onderhandeld moet worden tussen partijen die erg van standpunten verschillen."
Nog een nadeel: het regeren blijft in een continue fase van campagnevoeren, omdat er telkens een meerderheid gehaald moet worden. Door die 'taal van campagnevoeren' accepteren kiezers compromissen minder goed, blijkt uit onderzoek dat Van der Velden deed. "Kiezers zijn dan sneller teleurgesteld, en hun vertrouwen in de partij neemt af."
4. Zijn er partijen die een minderheidskabinet zouden willen?
"Het is vooral vaak iets wat mensen roepen die geen vertrouwen hebben in de politiek", zegt Voermans. "Voor politici zelf is een minderheidskabinet erg risicovol, omdat je geen zekerheid hebt dat je dingen gedaan krijgt."
Ook Van der Velden zegt dat een minderheidskabinet nooit de voorkeur heeft. "Gegeven de uitkomst van de verkiezingen kan het wel een optie zijn. Maar zolang het niet hoeft, zal er altijd eerst gekeken worden naar een meerderheid." Juist omdat we langzaamaan al hebben geaccepteerd dat er een minderheid is in de Eerste Kamer (zoals tijdens de kabinetten Rutte-II en Rutte-III) wordt het des te belangrijker gevonden dat er in de Tweede Kamer een meerderheid is, voegt ze toe.
Toch sluit nieuwkomer Nieuw Sociaal Contract (NSC) een minderheidskabinet niet uit. In het verkiezingsprogramma staat dat 'een minderheidsregering een mogelijkheid zou kunnen zijn om een andere politieke cultuur vorm te geven'. En eerder zei Omtzigt in het tv-programma Buitenhof dat een minderheidskabinet hem 'heel gezond' lijkt. "Dan zou er eindelijk eens een discussie in het parlement zijn zonder dat alles van tevoren is dichtgetimmerd in de coalitie."
Van der Velden vindt het slim van de partij om dit te delen. "Het geeft de kiezer informatie over waar de partij voor staat, en wat het ervoor over heeft om haar visie waar te maken."
5. Is het niet zo dat een minderheidskabinet veel democratischer is dan een meerderheidskabinet?
Volgens Van der Velden is dat inderdaad het geval. "Het klinkt soms alsof er tijdens een minderheidskabinet alleen maar schimmige dealtjes gesloten moeten worden, maar het omgekeerde is waar: voor de democratie is het eigenlijk heel goed."
"Het kan ervoor zorgen dat veel meer partijen als het ware tijdelijk mee kunnen regeren. Daardoor is de kiezer beter vertegenwoordigd. En omdat er per wetsvoorstel gediscussieerd wordt om tot een meerderheid te komen, worden er meer verschillende perspectieven meegenomen in de discussie."
6. In hoeverre vertraagt een minderheidskabinet de besluitvorming, omdat er steeds wisselende meerderheden nodig zijn om tot wetgeving en beleid te komen?
Een minderheidskabinet kan het regeren inderdaad vertragen, zegt Van der Velden. "Zeker bij controversiële onderwerpen." Maar als het vinden van een meerderheid moeilijk is, is dat alleen maar iets goeds, zegt ze, 'want dat betekent dat er goed over gediscussieerd wordt'.
Voor Voermans is die vertraagde besluitvorming het belangrijkste argument tegen een minderheidskabinet. Maar een meerderheidskabinet kan wel gebaat zijn bij zo min mogelijk partijen, zegt hij. "In een meerderheidskabinet met relatief weinig partijen (twee, drie of zelfs vier) wordt vaker meer van de vierjarige termijn volbracht dan in een meerderheidskabinet met vijf partijen", zegt Voermans.
Hij licht de cijfers toe: "De meest voorkomende kabinetsvorm is met drie partijen. Die houden het meer dan de helft (gemiddeld 59 procent) van de rit vol. Vier-partij-kabinetten, waarvan we er wel wat minder hadden sinds 1917, houden het verrassend genoeg nog wat langer vol: gemiddeld zo'n 64 procent van de termijn. En vijf-partij-kabinetten houden het meestal maar tot de helft van de termijn vol." Maar er zijn uitzonderingen, moet daarbij worden opgemerkt. "Het Kabinet-Den Uyl (1973-1977) bestond bijvoorbeeld uit vijf partijen, en heeft toch bijna vijf jaar lang geregeerd."
7. Hoe voorkom je dat een minderheidskabinet makkelijk naar huis kan worden gestuurd?
"Het klopt dat de oppositie wat betreft zetelaantallen meer invloed heeft", zegt Van der Velden. "Het zou dus in theorie de coalitie makkelijker 'naar huis kunnen sturen', maar de oppositie is daar eigenlijk nooit bij gebaat."
Ze benadrukt dat de oppositie niet altijd eensgezind is. "Een minderheidskabinet betekent niet dat de oppositiepartijen het allemaal met elkaar eens zijn. Die oppositie kan nog steeds uit drie of twaalf kampen bestaan, en kan per onderwerp van mening verschillen."
Maar bovenal is 'naar huis sturen' een hele heftige maatregel. "De oppositie is er om de regering te controleren. 'Naar huis sturen' doen ze alleen als er echt iets mis is, een groot schandaal of fraude."
EenVandaag Vraagt
In dit artikel zijn antwoorden verwerkt op vragen die zijn ingestuurd via EenVandaag Vraagt. Met EenVandaag Vraagt heb je invloed op wat we maken. Wil je meedoen? Download dan de Peiling-app van EenVandaag, ga dan naar 'Instellingen' en zet je notificaties voor EenVandaag Vraagt aan. Je vindt de vragen en antwoorden terug bij 'Doe mee'. De Peiling-app van EenVandaag is gratis te downloaden in de App Store of Play Store.
Vragen? Stel ze!
Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.