Het kabinet besluit komende weken of Nederland ingaat op een verzoek van de VS om mee te doen aan een missie in de Straat van Hormuz. John Weyne was in 2001 op missie in diezelfde zeestraat. Hij hoopt dat Nederland zich inzet voor een Europese missie.
Sinds enkele maanden zijn de spanningen flink opgelopen rond de nauwe zeestraat tussen Iran en Oman waar eenvijfde van alle oliehandel ter wereld doorheen gaat. Iran heeft intussen drie olietankers geënterd in de Straat van Hormuz. Twee daarvan, waaronder een Britse, liggen nog steeds aan de ketting.
Eerdere missie in dezelfde zeestraat
"Dit is de Philips van Almonde," vertelt kapitein-ter-zee buiten dienst John Weyne terwijl hij naar een foto van 'zijn' fregat wijst. In december 2001, 3 maanden na de aanslagen op de Twin Towers vertrok Weyne als commandant met dat oorlogsschip naar de Straat van Hormuz.
"De missie was onderdeel van de operatie 'Enduring Freedom', de wereldwijde Amerikaanse missie voor het opsporen van terroristen. Onze eerste taak was het inspecteren van schepen in de Golf van Oman, en in tweede instantie werden wij aangewezen voor het escorteren van schepen in de golf van Hormuz," vertelt Weyne. Dat is precies wat de Nederlandse Marine binnenkort misschien opnieuw gaat doen.
De-escalerende aanpak
Weyne moest destijds terroristen tegenhouden. De missie waarvoor de Amerikanen nu assistentie aan onder anderen Nederland hebben gevraagd, gaat vooral om het afschrikken van de Iraniërs en het bevorderen van de vrije zeevaart. Volgens de oud-commandant zou het goed zijn als Nederland een marineschip die kant op stuurt. En wel om onze unieke, de-escalerende aanpak.
Die tekent zich met name af in vergelijking met de Amerikaanse houding. Weyne illustreert dat met een anekdote: "Ik kan me nog goed een herbevoorrading met een groot Amerikaans schip herinneren. Wij zagen op grote afstand al een vissersvloot liggen. Dus wij zeiden: we gaan 10 graden bakboord uit, dan komen de vissers niet in de problemen. De Amerikaan vaart gewoon door, eindigt tussen de vissers en ziet hen dan als een probleem. Terwijl die vissers gewoon hun werk doen."
'We moeten de vrije zeevaart beschermen'
Volgens de ex-commandant houdt de Nederlandse marine meer rekening met de omgeving. "We luisteren eerst en proberen dan een goede positie te bepalen." Tijdens de missie in 2001 en 2002 had Weyne ook een tolk aan boord. Die liet hij op vriendelijke toon met de andere schepen praten, in hun eigen taal. "De Amerikanen waren soms verbaasd over welke informatie wij op die manier allemaal loskregen."
Er varen maandelijks enkele tientallen Nederlandse schepen door de Straat van Hormuz. De belangen voor Nederland om de vrije zeevaart daar te beschermen zijn groot, vindt Weyne: "We zijn afhankelijk van Rotterdam als grootste toevoerhaven van olie in Europa. Maar wat mij betreft is nog belangrijker: het handhaven van het internationaal recht. We moeten de vrije zeevaart beschermen, waar dan ook. Dat is waar onze welvaart grotendeels op berust."
Europese missie
De oud-commandant vindt dat Nederland goed toegerust is op zo'n missie. "We hebben mensen aan boord die er aan gewend zijn om in zo'n ingewikkelde situatie als in de straat van Hormuz goed te functioneren." Toch vindt Weyne net als defensie-expert Dick Zandee dat Nederland niet met de Amerikaanse missie mee moet doen. "Bij voorkeur gaan we samen met andere Europese landen. Duitsland en Frankrijk zijn de belangrijkste partijen."
Weyne gaat ervan uit dat onze minister-president en ministers van Defensie en Buitenlandse zaken in deze zomerperiode de mogelijkheden gaan inventariseren en dat we in Europees verband naar de Straat van Hormuz gaan. "Op die manier kunnen we onze belangen beschermen, maar ook een goede verstandhouding met zowel Iran als de Verenigde Staten houden."
Vragen? Stel ze!
Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.