
GroenLinks wint vier zetels
In de eerste Peiling na de gemeenteraadsverkiezingen wint GroenLinks vier virtuele zetels. De partij van Klaver noteert nu 18. De Peiling is de politieke analyse van EenVandaag, uitgevoerd door Ipsos. De PVV en D66 verliezen juist. Daarmee weerspiegelen de cijfers de trend van de verkiezingen vorige maand.
De PVV en D66 verliezen in het onderzoek van De Peiling beide twee zetels vergeleken met een maand geleden. De partijen staan nu elk op 14.
Verder blijven de verhoudingen gelijk. De VVD is met 33 zetels nog altijd ruim de grootste partij. Na enige afstand volgen GroenLinks (18), het CDA (15), de PVV (14) en D66 (14).
Half jaar Rutte III
Het kabinet Rutte III zit deze week precies zes maanden in het zadel. Een half jaar na installatie staat het kabinet 69 op zetels, een verlies van zeven zetels ten opzichte van de Tweede Kamerverkiezingen. Vergeleken met het vorige kabinet is een verlies van zeven zetels over vier partijen mager: kabinet Rutte II verloor 21 virtuele zetels in het eerste half jaar. De samenwerking tussen de partijen en de inkomensafhankelijke zorgpremie speelden coalitiepartners VVD en PvdA toen parten.
De hele uitslag van deze maand is als volgt:
Het onderzoek van Ipsos is gehouden onder een representatieve steekproef van 1169 stemgerechtigde Nederlanders. De gegevens zijn verzameld van 20 tot en met 23 april 2018. Afwijkingen tussen de samenstelling van de uiteindelijke steekproef en de samenstelling van de Nederlandse stemgerechtigde bevolking op de kenmerken leeftijd, geslacht, opleiding, regio, werkzaamheid en stemgedrag bij de vorige Tweede Kamerverkiezingen worden door middel van een weging gecorrigeerd. Omdat de zetelaantallen zijn gebaseerd op steekproeven moet rekening worden gehouden met de statistische marges die daarbij horen. Bij de steekproeven die per peiling worden gebruikt zijn die marges gemiddeld bij de kleine partijen +/- 1% en bij de grootste partijen +/- 2.5%.

Israël boycotten en economische sancties opleggen zodat het land stopt met de oorlog tegen Hamas. Door de hongersnood in Gaza wordt die roep steeds luider. Het klinkt makkelijk, maar Nederland kan dit niet zomaar doen. "Gebonden aan sanctiewet."
Steeds meer landen kondigen maatregelen aan tegen Israël om het land onder druk te zetten te stoppen met het geweld in Gaza. In de chat krijgen we vaak vragen over wat de Nederlandse overheid precies kan doen. We leggen het voor aan sanctierechtadvocaat Yvo Amar.
Inreisverbod voor ministers
Eerst wat Nederland al heeft gedaan: begin deze week werd een inreisverbod opgelegd tegen twee ministers in de Israëlische regering: Itamar Ben-Gvir (Nationale Veiligheid) en Bezalel Smotrich (Financiën). Beide ministers zijn omstreden door hun extremistische uitspraken.
"Zij kunnen dus feitelijk niet meer naar ons land reizen", legt Amar uit. Hij noemt het opleggen van het inreisverbod aan Israëlische ministers een stap in het Nederlandse beleid. "Het is iets wat we nog niet hadden gedaan."
'Eigenlijk niets nieuws'
Daarnaast stelde Nederland een tijdelijk wapenembargo in, waardoor er geen wapens meer aan Israël mogen worden geleverd. "Feitelijk werden er al nauwelijks wapens naar Israël geëxporteerd, daar heb je een vergunning voor nodig en die worden niet afgegeven", vertelt Amar.
Dat de overheid de wapenexport aan Israël nu tijdelijk helemaal heeft stilgelegd is volgens de sanctierechtadvocaat dus vooral symbolisch: "Het is eigenlijk niets nieuws."
Felle reacties uit Israël
Toch werd er vanuit Israël fel gereageerd op de Nederlandse maatregelen tegen het land. Zo vindt de Israëlische minister van Buitenlandse Zaken Gideon Saar dat Nederland ervoor kiest om een 'langdurige vriendschap met Israël in te ruilen voor openlijke vijandschap'.
En de Israëlische ambassadeur in Nederland, Modi Ephraim, sprak van 'een historische fout' in een reactie op het nieuws dat ons land een inreisverbod tegen ministers had opgelegd en een tijdelijk wapenembargo had ingesteld.
Producten boycotten?
Nederland is zeker niet het enige land dat bezig is met maatregelen en sancties tegen Israël vanwege de oorlog in Gaza. Zo sprak in mei de Ierse buitenlandminister Simon Harris bijvoorbeeld al het voornemen uit om Israëlische producten uit bezette Palestijnse gebieden te boycotten.
Maar het opleggen van zulke economische sancties kan niet zomaar, weet Amar. "Op dit moment mogen we alleen maar de Europese en internationale sancties implementeren in Nederland", legt hij uit.
Gebonden aan sanctiewet
Ons land kan dus niet op eigen houtje handelsbeperkingen opleggen aan een land, in dit geval Israël. Dat is namelijk zo vastgelegd in de Nederlandse sanctiewet. Amar: "Wil je daar iets aan veranderen dan is er concreet een wetswijziging nodig van die wet."
Na een wetswijziging zou het volgens hem wel mogelijk zijn om als Nederland eigen economische sancties op te leggen aan een ander land. "Maar dat kan nu dus niet."
Bij EenVandaag heb je de mogelijkheid om vragen en ideeën in te sturen. Dat kan altijd in onze chat, of je kunt meedoen aan de gerichte EenVandaag Vraagt-oproepen die wij zo'n twee keer per week plaatsen in de Peiling-app. De Peiling-app is gratis te downloaden in de App Store of Play Store.
'Europa nodig'
Al betekent dat niet dat de Nederlandse overheid op dit moment helemaal niets kan ondernemen, gaat Amar verder. "Er zijn nog heel veel stappen die we kunnen nemen. We kunnen als overheid bijvoorbeeld besluiten om geen producten meer uit Israël te kopen, dus vanuit overheid zelf gezien." Of het kopen van Israëlische wapens, noemt hij als ander voorbeeld.
"Maar wat we niet kunnen, is aan de markt opleggen om bepaalde producten niet meer te kopen of te verkopen. Daarvoor hebben we echt Europa nodig", benadrukt hij.
Palestijnse staat
Ondertussen geven steeds meer Europese landen aan dat zij Palestina als onafhankelijke staat willen erkennen. Zo zal Frankrijk dat officieel in september doen en ook Malta voegde zich deze week in het rijtje landen dat Palestina erkent of dat van plan is.
"Concreet betekent het erkennen van de Palestijnse staat dat Palestijnen daadwerkelijk een staat hebben", zegt Amar. "Dus dat ze erkend worden en dat ze dus ook als staat de rechten hebben die een staat toekomt."
Symbolische waarde
Maar voor de situatie in Gaza zoals die nu is betekent het volgens hem 'eigenlijk nog heel weinig'. "De Palestijnse staat heeft natuurlijk nog geen regering of iets dergelijks", legt hij uit.
Het heeft als land 'nu nog geen effect' om Palestina als staat te erkennen, omdat er nog geen officiële gesprekspartner vanuit Palestina is, verduidelijkt de sanctierechtadvocaat. "Ik denk dat het vooral iets is dat symbolisch waarde heeft."
Als drukmiddel inzetten
Bovendien is het erkennen van Palestina strikt gezien geen sanctie tegen Israël, maar het kan wel gedaan worden om Israël onder druk te zetten. "Het lijkt nu wel als zodanig te worden ingezet door het Verenigd Koninkrijk", ziet Amar.
"Dat komt denk ik vooral doordat het erkennen van de staat eigenlijk betekent dat er dus een tweestatenoplossing moet komen", zegt hij tot slot. "En dat ligt natuurlijk heel erg gevoelig in Israël. Op die manier heeft het een grote symbolische waarde."