meer NPO start

Niet herstellen in een ziekenhuisbed, maar bewegen in de WijkKliniek: zo worden ouderen gezonder na een opname

Niet herstellen in een ziekenhuisbed, maar bewegen in de WijkKliniek: zo worden ouderen gezonder na een opname
Bron: EenVandaag

Ouderen die in het Amsterdam UMC op de spoedeisende hulp belanden, worden tegenwoordig vaak overgebracht naar de WijkKliniek: een speciale ziekenhuisafdeling in een verpleeghuis. Zo ook de 89-jarige mevrouw De Jong.

Patiënten overbrengen naar de kliniek scheelt het ziekenhuis honderden opnames per jaar en is ook nog eens beter voor de patiënt.

Eigen kamer

Mevrouw De Jong belandde met acute hartklachten en een longontsteking op de spoedeisende hulp van het Amsterdam UMC. Normaal gesproken zou ze na de diagnose in een ziekenhuisbed moeten liggen om te herstellen. Maar in het Amsterdam UMC doen ze dat dus anders. Na de diagnose werd ze overgebracht naar de WijkKliniek, een speciale afdeling in een verpleeghuis van zorgorganisatie Cordaan.

Op twee verdiepingen hebben ouderen hier een eigen ziekenhuiskamer met eigen badkamer, een zitje en een tafel om aan te eten. "'Ze staat met één been in het graf', zei m'n zoon. Ik was echt heel slecht. En ze dachten dat ik dood ging, maar ik wilde nog niet en nu ben ik er nog", vertelt ze.

In pyjama op bed

5 jaar geleden werd de WijkKliniek als experiment gestart, omdat ziekenhuizen zagen dat de conditie van veel ouderen snel achteruitging na een opname. Hoogleraar acute ouderenzorg, Bianca Buurman, is grondlegger van de kliniek. "Als mensen naar het ziekenhuis komen is alles gericht op de medische behandeling. We zien dat mensen dan in pyjama op bed komen te liggen en eigenlijk te weinig bewegen."

En dat is echt heel slecht, voegt ze toe. "We zien dan dat mensen achteruitgaan omdat hun spierkracht afneemt, en dat één op de drie minder goed thuis kan lopen, wassen, aankleden en dat ze hulp nodig hebben. Eén op de vijf kwam weer terug in het ziekenhuis, vaak binnen 30 dagen. Wij dachten: dat kan beter."

Bekijk ook

Fietsen op de hometrainer

Zo'n 700 ouderen belanden jaarlijks via de Amsterdamse ziekenhuizen in de WijkKliniek. Er komen voornamelijk 80-plussers en altijd patiënten met meerdere aandoeningen. Na een long- of blaasontsteking, chronische ziekte of een val waarvoor geen operatie nodig is, kunnen ouderen gewoon naar de kliniek.

Gemiddeld moeten ze een dag of 8 blijven. En in die 8 dagen gaat het vooral om één ding: veel bewegen. Onder begeleiding van een fysiotherapeut fietst mevrouw De Jong bijvoorbeeld op de hometrainer en loopt ze met de rollator door de gang. Ondertussen komt de dokter bij haar langs om te luisteren naar de ademhaling. En krijgt ze een katheter aangelegd voor antibiotica.

'Zo lief'

Verpleegkundige Eveline Roemer geeft leiding aan de WijkKliniek: "Wat we terug krijgen van ouderen is dat ze het ontzettend fijn vinden om hier opgenomen te zijn. We horen dat ze het fijn vinden om hier te zijn en niet in het grote ziekenhuis."

Mevrouw de Jong is het daarmee eens. "Ze zijn hier ontzettend lief voor me", zegt ze terwijl ze haar duim opsteekt.

Bekijk ook

Meer aandacht

Mevrouw De Jong kwam een week geleden terecht in de kliniek en zit er alweer kwiek bij. "Ik ben er weer, ze begrijpen er helemaal niks van", zegt ze lachend. "Binnen een week ben ik weer helemaal opgeknapt. Niet te geloven, ik ben toch nog vrij sterk." Wat het grote geheim is van de WijkKliniek?

"Het begint er al mee dat mensen eraan moeten wennen dat ze uit bed moeten komen. Dat we van ze verwachten dat ze aangekleed aan tafel komen voor het ontbijt", legt verpleegkundige Roemer uit. "Vanaf het eerste moment is de fysio erbij. En tussendoor is iedereen van de verpleging gericht op bewegen. Omdat we daar zo op focussen, helpt dat veel bij het herstel. Alleen een antibioticakuur is niet genoeg, er is meer aandacht nodig."

Veel voordelen

De afgelopen jaren is onderzoek gedaan naar de voordelen van deze nieuwe vorm van ouderenzorg. Daaruit blijkt onder meer dat de helft minder ouderen tijdens hun behandeling acute verwardheid krijgt. Na een opname in de WijkKliniek hebben ze minder vaak vervolgzorg nodig dan ouderen die op de reguliere ziekenhuisafdeling terecht komen.

En met de verdere stijging van de zorgkosten laat de kliniek zien dat ze goedkoper werken dan het ziekenhuis. Hoogleraar Buurman: "Voorheen was het zo dat iemand in het ziekenhuis werd opgenomen, achteruit ging en vervolgzorg nodig had van de wijkverpleging en het revalidatiecentrum. En daarna kwam diegene vaak weer terug in het ziekenhuis. Dan stapelen de kosten zich op. We hebben dat nu per cliënt van 16 duizend euro naar 10 duizend euro weten te reduceren."

Bekijk ook

Breed uitrollen

Zorgministers Conny Helder en Ernst Kuipers bezochten gezamenlijk de WijkKliniek in Amsterdam en zijn zeer enthousiast over deze zorginnovatie. "Waar het toe leidt is betere patiëntenzorg, minder spoedeisende hulpbezoek en minder heropnames. Het is beter voor de patiënt en voor de familie", zegt Kuipers.

"En het is ook veel beter voor al die andere patiënten die wel zorg in een ziekenhuis nodig hebben." De minister wil dat er meer WijkKlinieken bijkomen. "De resultaten betekenen dat dit echt een prachtig initiatief is dat we breed moeten uitrollen."

Bekijk hier hoe het met mevrouw De Jong in de WijkKliniek gaat

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Kun je grondstoffen claimen? Waarom veel landen ze willen en hoe dat leidt tot spanningen in de wereld

Kun je grondstoffen claimen? Waarom veel landen ze willen en hoe dat leidt tot spanningen in de wereld
Ter illustratie: winnen van grondstoffen
Bron: ANP

Lithium, uranium en kobalt zijn onmisbaar voor batterijen, elektrische auto's en medisch apparatuur. Wereldwijd groeit de vraag naar kritieke grondstoffen en dus zoeken meer landen naar manieren om toegang ertoe te krijgen.

Voor veel producten die we dagelijks gebruiken, zijn kritieke grondstoffen nodig. En omdat ze nog meer nodig zullen zijn voor de energietransitie en defensie, groeit de vraag naar deze mineralen en metalen die verstopt zitten in de aardbodem hard.

'Van economisch of militair belang'

"Deze grondstoffen worden kritiek genoemd, omdat ze essentieel zijn voor het maken van producten die van economisch- of militaire belang zijn", vertelt strategisch adviseur bij het Den Haag Centrum voor Strategische Studies (HCSS), Jeff Amrish Ritoe.

"Dat is waarom Amerika, Europa en China de toegang tot deze grondstoffen willen veiligstellen. Ze weten dat kritieke grondstoffen heel belangrijk zijn voor hun industrieën en eindconsumenten", legt hij uit. Ritoe is een expert op het gebied van dit soort stoffen.

Lijsten van kritieke grondstoffen

De Europese Unie en Verenigde Staten hebben allebei apart een lijst opgesteld waarop 30 tot 40 grondstoffen staan die zij beschouwen als kritiek. Op de lijst van de Europese Unie staan bijvoorbeeld kobalt en nikkel.

Als er een risico is voor de toelevering van bepaalde grondstoffen, komen die op deze lijsten te staan, weet René Kleijn, hoogleraar industriële ecologie aan de Universiteit Leiden. "Als er bijvoorbeeld maar één land is wat ze produceert, of als er maar één raffinaderij in de wereld is, dan is een grondstof al snel kritiek."

Bekijk ook

Steeds meer belangrijke materialen

Kleijn merkt op dat de laatste tijd steeds meer materialen worden toegevoegd aan de lijst van kritieke grondstoffen. "Iedere paar jaar worden deze lijsten aangepast. Als je er langer over nadenkt, dan blijken best wel veel materialen dan toch ergens belangrijk te zijn in de economie."

En dat heeft bijvoorbeeld te maken met de energietransitie, weet de hoogleraar. "We gaan toe naar een systeem waarin we heel veel investeren in windmolens, elektrische auto's, etcetera."

Geopolitieke spanningen

"En kijk je naar hoe de wereld zich op geopolitiek vlak ontwikkelt, dan zie je ook dat er steeds meer zorgen zijn over de continue levering van die grondstoffen", gaat Kleijn verder.

"Door geopolitieke spanningen en handelsbarrières kan een partij besluiten om de handel in grondstoffen tijdelijk tegen te houden. Het wordt daarom steeds minder vanzelfsprekend dat je altijd maar kan beschikken over grondstoffen."

Wanneer raken kritieke grondstoffen op?

Recyclen niet aantrekkelijk

Daarbij is het ook belangrijk om te beseffen dat er niet een oneindige voorraad aan kritieke grondstoffen is. "In principe kun je kritieke grondstoffen niet kwijtraken, zoals je olie en gas kwijtraakt nadat je het verbrandt. Een metaal kun je telkens opnieuw voor een andere toepassing gebruiken. Maar de geconcentreerde voorraden in de grond, die raken op de lange termijn wel op", legt Kleijn uit.

De kritieke grondstoffen kunnen wel gerecycled worden en bij waardevolle materialen zoals koper gebeurt dat ook. "Maar bijvoorbeeld in je telefoon zitten veel verschillende stoffen, in kleine hoeveelheden. Economisch is het dan niet zo aantrekkelijk om die te recyclen."

Vervuilend en gevaarlijk

"Ook is het economisch niet aantrekkelijk, omdat grondstoffen op grote schaal worden gewonnen op plekken waar de neveneffecten op mens en milieu niet worden meegenomen", gaat Kleijn verder.

"Het is vervuilend en gevaarlijk om ze eruit te halen. Dat verklaart ook waarom we in Europa weinig mijnbouw hebben. Mijnen is een business, dus je doet het in principe op de plek waar het het goedkoopst is."

Zijn kritieke grondstoffen helemaal niet in Europese bodem aanwezig?

Vrije wereldmarkt en contracten

"Voor sommige materialen sluiten leveranciers en afnemers langetermijncontracten af. Voor ijzer bijvoorbeeld", legt Kleijn uit. "Maar andere, kleinere materialen, worden gewoon beschikbaar op de spotmarket. Als een afnemer bijvoorbeeld 100 kilo kobalt wil kopen, dan hangt daar gewoon een prijskaartje aan vast dat afhankelijk is van vraag en aanbod."

De contracten garanderen overigens ook niet met 100 procent zekerheid de toevoer van grondstoffen, zegt Kleijn. "Die contracten zijn geldig tot de kogels in het rondvliegen, laten we maar zeggen. Als er echt iets gebeurt, kan de situatie weer veranderen. Net zoals de EU een strategisch partnerschap over grondstoffen heeft met Oekraïne, maar de VS daar nu toch ook dwars doorheen lijkt te komen."

Conflicten over grondstoffen is niets nieuws

Conflicten waarin grondstoffen een rol spelen, zijn "zo oud als de weg naar Rome", zegt Ritoe. Hij noemt Operatie Barbarossa, de aanval van nazi-Duitsland op de Sovjet-Unie in 1941, die mede bedoeld was om genoeg grondstoffen veilig te stellen voor de verdere oorlogsvoering. "Een treffend voorbeeld, omdat de grondstoffen in Oekraïense bodem waar nu over wordt onderhandeld toen dus ook al onderdeel uitmaakten van een oorlog."

Ondanks dat er altijd conflicten zijn geweest rondom grondstoffen, bestond er de afgelopen decennia een zekere stabiliteit, legt Kleijn uit. "Lange tijd hadden de machtsblokken waarin de wereld is verdeeld er vrede mee dat er vrije handel in grondstoffen was. Er waren geschreven en ongeschreven afspraken dat iedereen grondstoffen kon kopen als ze dat wilden."

Klopt het dat de strijd om grondstoffen leidt tot 3 machtsblokken: Amerika, Rusland en China?

Geopolitieke ontwikkelingen wakkeren gevecht aan

"De stabiliteit die er lange tijd was, verdwijnt nu steeds meer," vervolgt Kleijn. "Dat besef drong door tijdens de coronapandemie, toen grondstoffen niet meer vanzelfsprekend geleverd konden worden. Daarna kwam de oorlog in Oekraïne, waardoor Europa zich realiseerde hoe afhankelijk het was van Russisch gas. En nu, met Trump aan de macht, wordt duidelijk dat het ieder voor zich is."

"Alle grote machtsblokken proberen grondstoffen veilig te stellen. De geopolitieke ontwikkelingen wakkert het gevecht over de grondstoffen aan", denkt hij. "Wat er op dit moment gebeurt, is dat de drie machtsblokken Europa, Amerika en China allemaal zoveel mogelijk hun vlag proberen te planten om kritieke grondstoffen voor zichzelf veilig te stellen", vult Ritoe aan. "Of dat nu is voor de eigen industrie, eigen consumenten, veiligheid of duurzaamheid."

Europa en Rusland

Europa is hierin geen uitzondering. In de zogenoemde Critical Raw Materials Act heeft de EU vastgelegd dat 15 procent van de kritieke grondstoffen uit Europese bodem zou moeten komen. De rest probeert ze te krijgen uit andere landen. Zo heeft het deals gesloten met Chili, Namibië en Australië. "En voordat Rusland Oekraïne binnenviel, sloot de EU ook een partnerschap met Oekraïne over grondstoffen", weet Kleijn. "Die overeenkomst is vergelijkbaar met de deal die de VS nu maken: wij steunen jullie, en in ruil daarvoor zijn wij jullie preferred customer voor de levering van grondstoffen."

Rusland speelt een iets andere rol in de strijd om grondstoffen, zegt Ritoe. "Net als Europa, Amerika en China wil het toegang tot grondstoffen, maar het is vooral een producent in plaats van afnemer. Rusland heeft namelijk een kleinere interne markt, dus het aantal consumenten is kleiner."

Bekijk ook

China als leider

China is op dit moment de grootste leverancier wat betreft kritieke grondstoffen. "Het is niet zo dat China extreem veel grondstoffen in de eigen grond heeft", vervolgt Kleijn. "Een deel van de grondstoffen komt bijvoorbeeld uit Myanmar, maar het is China die het mijnen daar coördineert."

"En ook Amerikanen verschepen grondstoffen die gewonnen zijn naar China", gaat hij verder. "Dit doen ze omdat ze daar de industrie hebben om grondstoffen te verwerken tot materialen waar je wat mee kan. China heeft dus bedacht dat ze leidend wil zijn in de grondstoffenketen, en heeft hier veel in geïnvesteerd."

'Ze hebben bijna niemand nodig'

"Zij zitten eigenlijk in de hele keten", vult Ritoe aan over de rol van China. "Ze hebben belangen in de mijnbouw, zijn de grootste verwerker van de grondstoffen die daar gewonnen worden, en hebben fabrieken waar de verwerkte grondstoffen worden gebruikt om componenten en onderdelen te maken voor eindproducten."

Neem als voorbeeld batterijen: "China houdt zich bezig met het mijnen van lithium en kobalt, verwerkt die grondstoffen tot bruikbare chemische materialen, maakt daar vervolgens in eigen fabrieken componenten voor batterijen van, en uiteindelijk ook batterijcellen, baterrijpacks en elektrische auto's. Op de grondstofproducerende landen na, hebben ze daar eigenlijk niemand bij nodig", vertelt Ritoe.

info

EenVandaag Vraagt

In dit artikel zijn antwoorden verwerkt op vragen die zijn ingestuurd via EenVandaag Vraagt. Met EenVandaag Vraagt heb je invloed op wat we maken. Wil je meedoen? Download dan de Peiling-app van EenVandaag, ga dan naar 'Instellingen' en zet je notificaties voor EenVandaag Vraagt aan. Je vindt de vragen en antwoorden terug bij 'Doe mee'. De Peiling-app van EenVandaag is gratis te downloaden in de App Store of Play Store.

'Iedereen haalt alles uit de kast'

"Tot nu toe is de strijd om grondstoffen gelukkig nog niet uitgelopen op een gewapend conflict", zegt Ritoe, "maar het gaat wel drukker worden. Iedereen haalt alles uit de kast om partijen aan zich te binden. Waarbij de Chinezen het snelst en efficiënt opereren, omdat ze duidelijk zijn in wat ze te bieden hebben."

"China biedt goedkope leningen aan en grote afnamecontracten. Daarbovenop brengt het land technologie en expertise met zich mee en bouwt het fabrieken in landen die rijk zijn aan grondstoffen. Hiermee krijgen die landen de kans om meer waarde in eigen land toe te voegen. Dat is natuurlijk veel aantrekkelijker dan zaken doen met 27 lidstaten, waar iedere lidstaat iets anders aanbiedt."

Achterstand inhalen

Europa kan de achterstand op China nog wel inhalen, denkt hij. "Maar dan moet er wel snel een duidelijk verhaal zijn. De Europese Commissie heeft net een Clean Industrial Deal - de opvolger van de Green Deal - gepubliceerd, een plan om de Europese industrie te verduurzamen en minder afhankelijk te maken van fossiele brandstoffen.

"Maar ik zou daaraan willen toevoegen dat de focus niet alleen moet liggen op de toegang tot grondstoffen, maar ook tegelijkertijd op het snel opzetten van een eigen verwerkingsindustrie, zodat grondstoffen niet altijd eerst langs China hoeven", zegt Ritoe tot slot.

Bekijk ook

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Mag een minderjarige een 0.0-drankje? Pauline en Esther doen het bewust niet: 'Goed voor een volwassene, slecht voor een kind'

Mag een minderjarige een 0.0-drankje? Pauline en Esther doen het bewust niet: 'Goed voor een volwassene, slecht voor een kind'
Esther Ekkel uit Oss/een schap vol alcoholvrij bier
Bron: EenVandaag/ANP

Als je jonger bent dan 18, mag je geen alchohol drinken. Een 0.0-biertje mag in principe wel. Maar is dat ook wenselijk? Nee, vinden ouders Pauline en Esther. "Je laat ze wennen aan de smaak van alcohol. Dat is niet oké."

Twee dochters heeft Pauline uit Haarlem: een van 15 en een van 18 jaar. De oudste is inmiddels dus op een leeftijd dat ze mag drinken. De jongste niet. "Die moet er ook niets van hebben, gelukkig."

Groepsdruk

Dat is ondanks haar 15 jaar niet vanzelfsprekend, benadrukt Pauline, die als jeugdagent werkt en regelmatig jongeren tegenkomt die veel te veel drinken. Met soms vervelende gevolgen.

"Mijn dochter heeft ook wel vriendinnen gehad die veel dronken, vapeten, blowden. Daar hebben we toen wel gesprekken over gevoerd, over hoe om te gaan met groepsdruk en zo."

'Voor volwassenen wel goed'

"Ik ben wel bang geweest dat ze zou gaan meedoen om aardig gevonden te worden. Want dat is waar het volgens mij vaak fout gaat. Tot nu toe laat ze zich daar niet door leiden, zo lijkt het in elk geval. Ik ben blij dat ze sterk in haar schoenen staat."

Alcohol drinken onder de 18 jaar is dus echt niet de bedoeling, wat Pauline betreft. Maar ook 0.0-bier of -wijn vindt ze een slecht idee, ondanks dat daar geen alcohol inzit. "Terwijl ik het voor volwassenen juist een heel goed alternatief vind."

Onbekende frisdrank

0.0-bieren en -wijnen lijken qua smaak te veel op de alcoholhoudende varianten, vindt de moeder van twee. "Als ze daar veel van drinken, wennen ze aan de smaak."

En dat vindt ze onverstandig. "De stap naar 'gewoon' bier of wijn, of andere alcoholische dranken is dan zoveel makkelijker gemaakt." Pauline biedt haar dochter liever een lekkere frisdrank aan, zoals gemberbier. "Of iets onbekenders, zodat ze toch iets nieuws kan proberen."

Drempelverlagend

"Alcoholvrij bier of wijn is inderdaad een goede vervanger voor alcoholhoudende dranken. Als je volwassen bent", zegt ook projectleider NIX18 Wilke Heijnen van het Trimbos-instituut, dat zich onder andere bezighoudt met onderzoek naar alcohol- en drugsgebruik.

"Als je daardoor minder alcohol gaat drinken, is dat hartstikke goed. Maar voor kinderen is het zeker af te raden. Het werkt drempelverlagend. Jongeren maken kennis met de smaak van alcohol, met het merk, het gevoel van een biertje in de hand."

'Je leert ze dat het erbij hoort'

Esther Ekkel uit Oss, die werkt bij een gemeente waar jongeren relatief vroeg drinken, is het daar helemaal mee eens. Naast een zoon van 19 heeft ze heeft een minderjarige dochter. "Door ze 0.0 te laten drinken, leer je ze dat bier en wijn erbij horen. Ze wennen eraan, al voordat ze werkelijk alcohol mogen drinken. Dat vind ik geen goede zaak."

Al knijpt ze tijdens feestelijke gelegenheden zoals kerst en oud en nieuw weleens een oogje dicht. "Dan komen er bijvoorbeeld bubbels zonder alchohol op tafel. Maar als mijn dochter vervolgens vraagt of ze een Radler mag, dan krijgt ze toch echt een nee. Ook als 'ie 0.0 is." Dat lijkt naar haar idee toch te veel op bier.

info

  • Uit onderzoek onder 1.500 ouders in het EenVandaag Opiniepanel blijkt dat zij verdeeld zijn over de vraag of hun minderjarige kind alcoholvrij bier of wijn mag drinken.
  • Ouders van 16- en 17-jarigen denken daar niet heel anders over dan over 'normale' alcohol. Van de ene helft (49 procent) mag het wel, van de andere helft (47 procent) mag het niet.
  • Ouders met kinderen van een wat lagere leeftijd zijn iets strenger. Een derde (33 procent) vindt het oké als hun kind van 14 of 15 jaar alcoholvrij bier of wijn drinkt. Een kwart (25 procent) vindt dat voor hun kind van 12 of 13 jaar.
  • Uiteindelijk wordt alcoholvrij bier of wijn het meest gedronken onder de middelste leeftijdscategorie (25 procent van 14 en 15-jarigen). Bij 16- en 17-jarigen neemt dat aantal weer af tot 16 procent.

Bekijk ook

Elke keer afwegen

Maar waar ligt dan de grens? Welke dranken verbied je wel en welke niet? Het zijn vragen waar Esther ook nog niet helemaal over uit is. "Moeilijk. Het is elke keer afwegen. Een mocktail (een alcoholvrije cocktail, red.) is toch vooral sap met een smaakje. Dat komt niet in de buurt van de smaak van alchohol. Ik vind dat echt iets anders dan 0.0-bier of -wijn."

Tijdens een strandvakantie heeft haar dochter weleens een mocktail gedronken, vertelt Esther. "Maar dat gebeurt niet hier aan de keukentafel. Ze vraagt er hier ook niet om. Ze had er afgelopen december een in haar kerstpakket, maar die staat hier nog steeds in de kast."

'Niet aan mij'

Voorkomen dat er toch gedronken wordt, kun je niet. Maar loslasten moet je toch, concludeert Esther. En daar is moeder Pauline het mee eens. Ondanks dat ze het thuis verbiedt, denkt ze dat haar dochter op andere manieren soms wel in aanraking komt met 0.0-dranken.

"Bijvoorbeeld op feestjes waar ouders geen alcohol willen aanbieden, maar wel alcoholvrij. Ik zou dat zelf niet doen als er minderjarigen komen, maar het is natuurlijk niet aan mij om daarover te beslissen. Toch hoop ik dat mijn dochter het dan niet drinkt."

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Ook interessant