radio LIVE
meer NPO start

Komen we ooit van giftig PFAS af? 'Het is een chemische crisis'

Komen we ooit van giftig PFAS af? 'Het is een chemische crisis'
Exterieur van chemiefabriek Chemours
Bron: ANP

Vol verwachting wordt uitgekeken naar de rechterlijke uitspraak rond PFAS-producent Chemours. Vier gemeenten stellen het bedrijf aansprakelijk voor vervuiling van de omgeving en eisen dat het de schoonmaak betaalt. De vraag is of PFAS op te ruimen zijn.

Een crisis, zo noemt milieuchemicus en toxicoloog Chiel Jonker van de Universiteit Utrecht het opruimen van PFAS. "Het is een chemische uitdaging waarvoor we nog niet eerder hebben gestaan."

'Forever chemicals'

Jonker ziet PFAS echt als een heel groot probleem. "Het is een chemische crisis. Zeker naast de stikstof-, immigratie- en wooncrisis. Waarom? Omdat we te maken hebben met een stofgroep die giftig is en zich ophoopt." PFAS worden namelijk niet voor niets forever chemicals genoemd.

"Als je kijkt naar de concentraties PFAS in het drinkwater, de bodem, regen en zee, zie je dat het zich snel verspreidt", zegt Jonker. "We hebben overal te maken met concentraties die boven de concentraties komen die we veilig achten. Logisch dus dat allerlei mensen over de hele wereld met PFAS bezig zijn. Iedereen wil de Nobelprijs voor chemische afbraak krijgen. Als dát je lukt, dan kun je je eigen bedrijf starten en de wereld redden."

Bekijk ook

Levend lab

Aan verschillende faculteiten van de Universiteit Utrecht wordt naar nieuwe methodes gezocht om PFAS op te ruimen en af te breken. Chiel Jonker en zijn studenten hebben proefopstellingen gebouwd in het laboratorium.

En ook daarbuiten gebeurt van alles. Zo hebben ze een living lab, het levende laboratorium. Dat is een veldje naast de universiteit waar in het verleden brandblusoefeningen zijn gedaan. En in blusschuim kan veel PFAS zitten.

Giftig gras

"Ik schrok toen ik hoorde dat dit PFAS-verontreinigd gebied was, omdat er paarden staan. Ik fiets hier elke dag langs, die paarden eten gras", zegt Jonker. "Wat hebben die binnengekregen?" Jonker en zijn collega's hebben grassen en planten uit het blusveldje getrokken om te kijken hoeveel PFAS erin zit.

"We hebben een aantal planten gesampled. Die hebben we met wortel en al uit de grond getrokken en laten vriesdrogen in het lab." Vervolgens keken Jonker en zijn collega's naar de concentraties PFAS per plant. Door de verschillen in PFAS-waarden te bestuderen, wordt duidelijk welke plant het meeste PFAS uit de grond haalt. "Daardoor weten we nu welke plant het meest gevaarlijk is om gegeten te worden door vee."

Bekijk ook

Uit het drinkwater

PFAS zitten ook wijdverspreid in ons water. Drinkwaterbedrijf Oasen in Nieuw-Lekkerland heeft als eerste in Nederland een filtertechniek toegepast die PFAS uit ons drinkwater haalt: omgekeerde osmose.

Directeur Walter van der Meer legt uit: "Dat kan omdat die poriën in het waterfilter zo klein zijn dat er alleen maar water doorheen kan. Alle andere moleculen op aarde zijn groter dan water en worden dus tegengehouden."

Keerzijde van filteren

Maar ook deze schoonmaak-methode heeft een keerzijde. Want na het filteren van het drinkwater blijven de PFAS over in het afvalwater dat naar de rioolwaterzuivering gaat. Die reinigt het afvalwater nog een keer, maar de PFAS blijven nog steeds aanwezig. En dat wordt vervolgens weer geloosd in het oppervlaktewater.

Dat ziet Chiel Jonker ook. "Het probleem is: de PFAS wordt nog niet echt vernietigd, dat zie je bij Oasen. PFAS worden dan ergens anders naartoe gebracht, maar het is de vraag of het dan echt wordt vernietigd. Als dat niet het geval is, komt het ergens anders weer terug het milieu in."

'Pak de bron aan'

Oasen haalt het water uit de rivier de Lek en dat is vervuild met PFAS van onder andere producent Chemours dat 15 kilometer verderop ligt. Directeur van der Meer: "Iemand anders gooit PFAS erin en wij moeten het er uithalen. Dat is de omgekeerde wereld."

Hij voegt toe: "En daarom pleiten drinkwaterbedrijven voor aanpak van het probleem aan de bron. Dus: stop met het lozen van PFAS en pak de bron aan."

Bekijk ook

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Hoe kan Nederland minder afhankelijk worden van Amerikaans gas? Greenpeace en gasbedrijven komen er niet uit

Hoe kan Nederland minder afhankelijk worden van Amerikaans gas? Greenpeace en gasbedrijven komen er niet uit
Greenpeace-directeur Andy Palmen en Gerda Verburg, belangenbehartiger voor gasbedrijven
Bron: EenVandaag

Moeten we de kleinere gasvelden in Nederland wel of niet verder aanboren nu Amerika zich steeds meer afkeert tegen Europa? Volgens de industrie is er geen twijfel mogelijk, maar milieubewegingen zijn fel tegen gaswinning onder de Noordzee en op land.

Nederland wil sinds de oorlog in Oekraïne niet meer afhankelijk van Rusland zijn voor gas. Voor de import werd steeds meer vertrouwd op de VS. Maar door de America-first houding van president Trump is de vraag nu of Nederland zelf meer gas in eigen land moet gaan winnen.

Afhankelijkheid gas

Volgens de voorzitter van belangenbehartiger voor olie- en gasbedrijven Element NL, Gerda Verburg, kunnen we niet anders: Nederland moet het eigen gas in de kleine gasvelden verspreid door ons land gaan winnen. "We kunnen voorlopig nog helemaal niet van het gas af."

"Nederland is op dit moment voor 38 procent zelfvoorzienend," vult hoogleraar energie aan de TU Eindhoven David Smeulders aan. Nederland leunt nu voor meer dan een derde op gas uit eigen bodem. En dat moet blijven groeien. "Als we nu geen nieuwe investeringen doen en geen vergunningsprocedures opstarten, dan vergroten we onze afhankelijkheid van landen als Noorwegen, Qatar en Amerika." Zonder maatregelen zal de gasproductie namelijk in 2035 stoppen.

'Strategisch denken'

Verburg beaamt dit. Ook zij vindt dus dat Nederland onafhankelijker moet worden. "Je moet strategisch kijken: van wie wil je afhankelijk zijn?"

"Het heeft ontzettend veel geld gekost om van Russisch gas af te komen. En nu zijn we voor de import erg afhankelijk van de Verenigde Staten", zegt ze.

Bekijk ook

info

Gasverbruik in Nederland

Jaarlijks verbruiken huishoudens en de industrie in Nederland zo'n 30 miljard kuub gas. Verspreid over zo'n 500 kleine gasvelden is er in Nederland nog een kleine 200 miljard kuub te vinden. De kleinere velden op land zijn goed voor zo'n 60 tot 70 miljard kuub; onder de Noordzee is nog zo'n 100 miljard kuub te vinden. Áls alles winbaar is, hebben we in Nederland voor ruim 5 jaar eigen gas.

Zo snel mogelijk afbouwen

"Natuurlijk is het zorgelijk wat er gebeurt in Amerika", zegt Greenpeace-directeur Andy Palmen over de politieke situatie in de VS. Maar, meer gaan pompen in eigen land is volgens hem niet de oplossing. "Je moet juist zo snel mogelijk gaan afbouwen en niet dat kleine beetje gas dat uit de Nederlandse grond komt nog halen."

"Het echte antwoord is isoleren, van het gas af", vindt Palmen. Ook zegt hij dat we moeten oppassen met terugvallen in 'oude reflexen'. "Niemand beweert dat het vandaag of morgen moet, maar het moet wel zo snel mogelijk."

Gaswinning

Smeulders is het deels eens met de uitspraken van de Greenpeace-directeur. "Het beste is natuurlijk om helemaal geen aardgas meer te verbranden. Maar we hebben nog tot 2045 gas nodig, op zijn minst. De vraag is dan: haal je het uit je eigen velden of ga je het inkopen in een land ver weg?"

De vraag stellen, is hem beantwoorden. "Als wij het in onze eigen velden 'offshore' oppompen, is het vijf keer minder vervuilend, onshore zelfs tien keer. Simpelweg omdat LNG uit landen als Qatar en Amerika aangevoerd moet worden. Dat kost veel energie, het is een significant aandeel CO2-uitstoot."

Bekijk ook

Eigen gas schoner?

Ook is volgens Verburg ons eigen gas schoner dan LNG, geïmporteerd gas. "Dat moet namelijk getransporteerd worden en dat is erg vervuilend. Maar ook de productie ervan." Ze zegt dat het oppompen van eigen gas juist kan bijdragen aan het halen van de gestelde klimaatdoelen.

"Het klimaatakkoord moet wereldwijd gehaald worden, daar kan je best zorgen over hebben. Het betekent alleen maar dat je je mouwen moet opstropen en er harder aan moet werken. Nou, wij zijn daartoe bereid."

'Een vals frame'

Hoewel Palmen niet ontkent dat eigen gas schoner is, is het niet het minst vervuilend. "Dat is is wel echt een vals frame. Als je kijkt naar het gas dat we uit Noorwegen halen, dan is ons eigen gas meer vervuilend."

Het is daarom volgens hem geen valide argument, ook wegens de klimaatdoelen die gesteld zijn in Parijs. "Ga niet door met die gasverslaving. We halen onze eigen doelen al niet, dus minister Hermans moet echt aan de bak en gaan afbouwen."

Bekijk ook

Goed voor de schatkist

Een ander belangrijk punt dat wordt aangemerkt voor het oppompen van eigen gas, is dat het onze eigen economie zou stimuleren. "Van elke euro die je hier investeert, gaat 70 procent naar de eigen schatkist", zegt Verburg.

"Als je alles moet importeren heb je iedere keer de kosten en loopt er niets in de schatkist." Ook denkt ze dat het de energierekening van de consument kan helpen. "Want dan zou de staat miljarden extra inkomsten hebben."

'Onzin'

"Dat is echt onzin", zegt Palmen stellig. "Het gaat alleen maar naar aandeelhouders van gasbedrijven."

Het geld dat we volgens Verburg kunnen winnen met oppompen in eigen land stelt niet veel voor volgens Palmen. "Het is niet voldoende om onze economie te laten draaien."

Bekijk ook

Een marathon, geen sprint

Ook Smeulders nuanceert de effecten op de energierekening. "De prijs zal echt niet veranderen, dat wordt op de wereldmarkt bepaald." Toch zegt hij ook: Nederlands gas levert de staatskas miljarden euro's aan inkomsten op.

Om die reden vindt de hoogleraar het verstandig nieuwe velden aan te boren. De milieuschade is volgens Smeulders bovendien beperkt. "Verduurzamen is een marathon en geen sprint, je moet dat zo verstandig mogelijk doen."

Prioriteiten stellen

Maar Greenpeace-directeur Palmen blijft inzetten op de energietransitie. Het is een kwestie van prioriteiten, zegt hij.

"De overheid moet bepalen wat de prioriteit heeft. We moeten echt die energietransitie versnellen, en niet elke keer een excuus zoeken om toch maar weer door te blijven gaan."

Betrokkenheid van de staat

Morgen debatteert de Kamer over toekomstige plannen rondom het inzetten van meer kleine gasvelden. Wat er ook gebeurt, volgens Smeulders is het in elk geval belangrijk dat de staat betrokken blijft bij winningen.

"Ik denk dat het belangrijk is dat de overheid een signaal afgeeft dat het prioriteit heeft. Het is belangrijk dat de Nederlandse staat betrokken blijft, en niet zo dat allerlei bedrijven met ons gas aan de haal gaat."

Nederland moet minder afhankelijk worden van Amerikaans gas, maar hoe? Greenpeace en gasbedrijven komen er niet uit
Nederland moet minder afhankelijk worden van Amerikaans gas, maar hoe? Greenpeace en gasbedrijven komen er niet uit

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Uit onderzoek Rekenkamer blijkt dat zorgminister ongelijk heeft: 'Er is wel degelijk een huisartsentekort'

Uit onderzoek Rekenkamer blijkt dat zorgminister ongelijk heeft: 'Er is wel degelijk een huisartsentekort'
Ter illustratie: een huisarts controleert de bloeddruk van een patiënt
Bron: EenVandaag

Minister Agema wil er nog niet aan maar er is wel degelijk een landelijk huisartsentekort. Dat blijkt uit een onderzoek van de Algemene Rekenkamer. De Landelijke Huisartsen Vereniging zoekt oplossingen.

Een jaar geleden nog maar zei de toenmalige minister voor Medische Zorg, Pia Dijkstra, dat er niet een tekort is aan huisartsen maar dat huisartsen niet goed verspreid zijn over het land. Minister Agema gaat daar ook vanuit. Dat beeld wordt vandaag gekanteld door de Algemene Rekenkamer die op basis van onderzoek vaststelt dat er wel degelijk een landelijk tekort is aan huisartsen.

45.000 tot 194.000 zonder huisarts

Naar schatting 45.000 tot 194.000 mensen hebben geen huisarts, stelt de Rekenkamer vast. Dat zijn vooral mensen die verhuisd zijn of die patiënt zijn bij een praktijk die sluit.

Daarnaast had 60 procent van de huisartsenpraktijken in het afgelopen jaar een patiëntenstop. Aan Marjolein Tasche van de landelijke Huisartsen Vereniging (LHV) de vraag: wat dóén die mensen als ze ergens last van hebben?

Dan maar de huisartsenpost?

Tasche antwoordt: "Die gaan met hun klachten naar de huisartsenpost of gaan naar een andere huisarts waar ze een keer terecht kunnen. De huisartsenpost is bedoeld voor acute zorg en die acute zorg wil je natuurlijk als het even kan juist voorkomen met goeie huisartsenzorg."

Daarbij blijven mensen die verhuizen vaak bij de oude huisarts hangen, als ze geen nieuwe kunnen vinden. "Maar dat is niet goed te doen als er iets acuuts is en je als huisarts visite moet rijden. Wij proberen de omvang van dit probleem in kaart te brengen en te bekijken of er misschien een systeem van ruil mogelijk is voor die mensen."

Er is wel degelijk een huisartsentekort

Meer huisartsen opleiden

De vraag naar huisartsenzorg is op dit moment dus groter dan het aanbod. In Zeeland is het tij gekeerd. Daar was een huisartsentekort dat op ogenschijnlijk eenvoudige manier is teruggedraaid. Door de huisartsen in opleiding de hele periode in Zeeland te houden, leren zij het gebied goed kennen en blijkt dat ze na de opleiding in Zeeland blijven, althans voorlopig.

"We hebben ruimte om meer huisartsen op te leiden", vertelt Tasche. Projecten zoals in Zeeland kunnen zeker helpen maar ook zou er in de opleiding tot basisarts meer aandacht moeten zijn voor het huisartsenvak. "Ik ben zelf huisarts geweest en in mijn tijd was het eerste deel van de artsenopleiding sterk gericht op het ziekenhuis. Toen ik laatst aan een groep studenten vroeg hoe dat nu is zeiden ze in koor dat dat nog steeds het geval is. Daar kan dus winst behaald worden."

Maak het makkelijker een huisartsenpraktijk te runnen

Minister Agema laat in een reactie op het Rekenkamer-onderzoek weten dat zij nog altijd van mening is dat spreiding het probleem is, ze schrijft: "Mijn beeld is genuanceerder: ik zie dat er - zeker op sommige plekken - een tekort aan huisartsenzorg is."

"De minister erkent dus toch wel dat er een tekort is en zegt dat ze graag meer praktijkhouders wil, daar zijn wij het mee eens", zegt Marjolein Tasche. Het is volgens haar goed dat het ministerie zich hiervoor wil inzetten. "We weten dat van alle jonge huisartsen het merendeel praktijkhouder wil worden op den duur. Maar het vinden van huisvesting is lastig en de tarieven voor de basiszorg door huisartsen geven ook wel wat onzekerheid (onlangs zijn deze tarieven verlaagd door de NZA, red.). Alles wat het ministerie kan doen om het aantal praktijkhouders uit te breiden is zeer welkom."

Bekijk ook

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Ook interessant