radio LIVE tv LIVE
meer NPO start

Hoe besmettelijk is tuberculose? En andere vragen over tbc beantwoord

Hoe besmettelijk is tuberculose? En andere vragen over tbc beantwoord
Een dokter in Lima (Peru) bekijkt een röntgenfoto van iemand met tuberculose
Bron: AFP

Tuberculose was ooit een dodelijke ziekte in Nederland. Het is tegenwoordig beter behandelbaar en komt hier minder vaak voor. Laatst was er een uitbraak bij een maaltijdleverancier, met tachtig besmette medewerkers. We vroegen wat jullie wilden weten.

Hoogleraar Immunodiagnostiek van mycobacteriële infectieziekten van het Leids Universitair Medisch Centrum Annemieke Geluk geeft antwoord op jullie vragen.

1. Wat is tuberculose en hoe raak je besmet?

"Tuberculose (tbc) wordt veroorzaakt door een speciale mycobacterie", begint Geluk. "Het is een bacterie die wordt overgedragen via de luchtwegen van iemand die de besmettelijke vorm (longtuberculose, red.) van de ziekte heeft. Door te hoesten kan de bacterie worden overgedragen." Maar niet iedereen die besmet raakt, wordt ook ziek. "Het grootste deel van de mensen doodt de bacterie met hun immuunsysteem en ontwikkelt geen tuberculose."

Volgens het RIVM krijgt slecht 1 op de 10 mensen die besmet zijn uiteindelijk tuberculose. Dit kan na een paar maanden gebeuren, maar soms pas jaren later. De kans om ziek te worden is het grootst in de eerste 2 jaar na besmetting. Wanneer iemand de bacterie bij zich draagt zonder ziek te worden, heet dat een tuberculose-infectie. In dat geval is die persoon niet besmettelijk voor anderen.

Daarom is het volgens Geluk belangrijk om het onderscheid te maken tussen latente en actieve tuberculose. "Bij latente tuberculose draagt iemand de bacterie bij zich, maar is niet ziek en heeft geen symptomen. Het immuunsysteem houdt de bacterie onder controle. Bij actieve tuberculose is iemand wél ziek en heeft de bacterie zich vermenigvuldigd in het lichaam. Deze mensen kunnen ook besmettelijk zijn."

Annemieke Geluk
Bron: Eigen beeld
Annemieke Geluk

2. Hoe kan het dat tachtig medewerkers van een bedrijf ineens besmet zijn geraakt? Kan dat door één besmettelijke bron?

"Ja, dat kan", zegt Geluk. De hoogleraar is niet voldoende op de hoogte van dit specifieke geval om te zeggen wie 'patiënt één' is, maar tuberculose wordt via de luchtwegen overgedragen. Mensen die nauw contact hebben met een besmettelijk persoon lopen risico om besmet te raken. "Dat kunnen huisgenoten zijn, maar ook collega's met wie je intensief samenwerkt in dezelfde ruimte. Dat verklaart waarom het zich binnen een bedrijf heeft kunnen verspreiden."

"Daarnaast speelt het mee dat je na besmetting niet gelijk ziek hoeft te worden. We leven tegenwoordig in een samenleving waarin veel mensen reizen." Zo kan iemand besmet raken en jarenlang zonder klachten rondlopen. Maar door veranderende omstandigheden, zoals een verzwakt immuunsysteem, kan die persoon alsnog actieve tuberculose ontwikkelen en besmettelijk worden. "Patiënt één van deze uitbraak hoeft dus niet in Nederland geïnfecteerd te zijn."

info

Wat zijn de klachten/symptomen bij tuberculose?

  • lange tijd hoesten (bij tuberculose in de longen) en slijm bij het hoesten*
  • 's nachts erg zweten
  • afvallen
  • geen zin in eten
  • moe
  • koorts
  • moeilijker ademhalen

*Iemand die langere tijd tuberculose heeft, kan bloed ophoesten

Bron: RIVM

3. Bij welke groepen komt tuberculose vaker voor?

"Tbc komt vaker voor bij mensen met een verzwakt immuunsysteem", zegt Geluk. "Bij het grootste deel van de mensen schakelt het lichaam de bacterie zelf uit, zonder ziek te worden. Maar als je afweersysteem minder goed werkt, kan de kans op tuberculose groter zijn." Dit geldt bijvoorbeeld voor mensen met een HIV-infectie, waarbij bepaalde immuuncellen ontbreken in het lichaam. Net als mensen die medicijnen gebruiken die het immuunsysteem onderdrukken, zoals bij een orgaantransplantatie.

"Mensen met een chronische aandoening hebben, zoals diabetes, en wonen in een gebied waar tuberculose veel voorkomt lijken een iets verhoogd risico te hebben om de ziekte te ontwikkelen. Hoe dat precies werkt, wordt nog onderzocht", voegt Geluk toe.

Tuberculose is een met armoede geassocieerde ziekte "De ziekte komt vooral voor in landen zoals India, Indonesië, gebieden in Zuid-Amerika en Afrika", zegt Geluk. Zo kunnen mensen die jarenlang ondervoed zijn een verzwakte afweer hebben en een grotere kans lopen om ziek te worden.

4. Wordt er in Nederland nog steeds getest op tuberculose, zoals vroeger op scholen?

"Nee, dat gebeurt niet meer", antwoordt Geluk. "Vroeger werd er veel meer getest omdat tuberculose toen vaker voorkwam." Op de website van het Tuberculosefonds staat dat er toen grootschalige röntgenscreenings werden ingevoerd bij onder andere studenten, leerkrachten en zorgpersoneel om de ziekte vroegtijdig op te sporen.

Na de Tweede Wereldoorlog werd antibiotica beschikbaar waarmee de infectie behandeld kon worden, en dankzij betere gezondheidszorg is tuberculose steeds zeldzamer geworden in Nederland. "Daarom wordt er niet meer standaard getest, behalve bij specifieke uitbraken, zoals nu in bij de maaltijdleverancier", zegt Geluk.

Bekijk ook

5. Is tuberculose te genezen?

"Ja, tuberculose is te genezen", zegt Geluk. "Met antibiotica kan de actieve vorm van tuberculose behandeld worden." Maar ze benadrukt dat dit wel tijd kost. De behandeling duurt een aantal maanden en het is heel belangrijk dat mensen de antibiotica consequent blijven innemen.

"Helaas zien we ook resistente bacteriestammen", legt Geluk uit. "Sommige bacteriën zijn ongevoelig voor één antibioticum, maar er zijn ook multiresistente vormen die tegen meerdere antibiotica bestand zijn." Dit maakt de behandeling lastiger en voor de patiënt zwaarder.

info

EenVandaag Vraagt

In dit artikel zijn antwoorden verwerkt op vragen die zijn ingestuurd via EenVandaag Vraagt. Met EenVandaag Vraagt heb je invloed op wat we maken. Wil je meedoen? Download dan de Peiling-app van EenVandaag, ga dan naar 'Instellingen' en zet je notificaties voor EenVandaag Vraagt aan. Je vindt de vragen en antwoorden terug bij 'Doe mee'. De Peiling-app van EenVandaag is gratis te downloaden in de App Store of Play Store.

6. Wordt er in Nederland nog standaard gevaccineerd tegen tuberculose?

"In landen waar tuberculose veel voorkomt, zoals India, Indonesië en delen van Afrika, krijgen pasgeboren baby's de BCG-vaccinatie (het vaccin tegen tuberculose, red.). Vroeger werd men in Nederland ook gevaccineerd tegen tuberculose. Maar nu is dat niet meer standaard."

Het BCG-vaccin biedt vooral bescherming aan jonge kinderen tegen ernstige vormen van tuberculose. Maar als je ouder wordt, neemt de effectiviteit van het vaccin af. Daarom wordt wereldwijd gezocht naar betere alternatieven. "Er lopen al jarenlang onderzoeken naar nieuwe vaccins tegen tuberculose, maar tot nu toe is er geen alternatief dat beter werkt dan BCG. Het vaccin is meer dan 100 jaar oud en biedt onvoldoende bescherming aan volwassenen."

Toch wordt het BCG-vaccin in Nederland nog wel aangeboden aan specifieke groepen. Volgens de GGD krijgen baby's en kinderen jonger dan 12 jaar een gratis vaccinatie als een van hun ouders uit een land komt waar veel tuberculose voorkomt. Ook mensen die voor langere tijd in een risicovol land werken, bijvoorbeeld in de gezondheidszorg, kunnen zich laten vaccineren.

De bescherming van het BCG-vaccin houdt ongeveer 10 tot 15 jaar aan en neemt daarna geleidelijk af, volgens het RIVM.

Bekijk ook

7. Hoe wordt tuberculose vastgesteld?

Om te testen of iemand tuberculose heeft, wordt vaak eerst een zogenaamde Mantoux-test gedaan. "Dit is een diagnostische test in de huid die aangeeft of je besmet bent met de bacterie", zegt Geluk. "Een positieve Mantoux-test betekent niet dat iemand de ziekte tuberculose heeft, maar dat die persoon ooit besmet is geweest met de bacterie. Het immuunsysteem kan de bacterie onder controle houden of opruimen waardoor diegene nooit ziek wordt."

Sterker nog, de Mantoux-test is niet altijd even betrouwbaar. "Mensen die ooit een BCG-vaccinatie hebben gehad, kunnen ook positief testen", zegt Geluk. "Dat noemen we een vals-positieve reactie." Daarom wordt er vaak een aanvullende bloedtest gedaan, die wel specifiek is voor infectie met de tuberculose bacterie.

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Hoe deze dorpen in Friesland tijdens de Tweede Wereldoorlog een 'veilige haven' werden voor Amsterdamse Joden

Friese verzetstrijders brachten tijdens de Tweede Wereldoorlog talloze, vaak Amsterdamse, Joden naar de dorpen Bontebok en De Knipe. 80 jaar later leeft de geschiedenis daar nog enorm, vooral bij mensen die de oorlog zelf hebben meegemaakt.

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

In gesprek gaan over het oorlogsverleden van je familie: waarom dat moeilijk is en hoe je daar hulp bij kunt krijgen

In gesprek gaan over het oorlogsverleden van je familie: waarom dat moeilijk is en hoe je daar hulp bij kunt krijgen
Bron: ANP

Op 4 mei herdenken we oorlogsslachtoffers. Ook komen pijnlijke erfenissen van oorlog naar boven. Hoewel de Tweede Wereldoorlog 80 jaar geleden eindigde, werkt de nasleep in veel families nog altijd door. Maar daarover praten, kan moeilijk zijn.

Begin 2025 werden historische dossiers openbaar over mensen die na de Tweede Wereldoorlog werden verdacht van collaboratie. Sindsdien krijgt EenVandaag berichten van mensen die worstelen met het oorlogsverleden van hun familie. Een verleden dat soms beladen is door stilte en schaamte, en dat generaties lang kan doorwerken.

Oorlog werkt door in volgende generaties

"Je kan oorlog zien als een serie schokkende gebeurtenissen in een context zonder ruimte om daarvan te herstellen. Het is zo heftig om mee te maken dat mensen het de rest van hun leven meedragen en vaak doorgeven aan volgende generaties", vertelt psycholoog Anne Marthe van der Bles.

Van der Bles houdt zich bij ARQ Nationaal Psychotrauma Centrum bezig met de psychosociale impact van oorlog, vervolging en geweld.

In de opvoeding

"Oorlogservaringen kunnen doorwerken in families op een manier die niet meteen problematisch hoeft te zijn. Zo leren mensen die de Hongerwinter meemaakten hun kinderen soms om zuinig te zijn met eten", vertelt Van der Bles verder.

"Maar oorlogservaringen kunnen ook negatieve sporen nalaten in de opvoeding. Ouders met trauma's zijn vaak minder emotioneel beschikbaar voor hun kinderen. Ik hoor van mijn behandelende collega-psychologen bijvoorbeeld dat Holocaustoverlevenden emotioneel vlak kunnen zijn. Niks is voor hen meer zo erg als dat wat ze hebben meegemaakt. Dus als een kind dan bijvoorbeeld een knie stoot, kunnen ze niet meer invoelen dat dat voor het kind erg is."

Bekijk ook

'Mijn ouders hebben het al zo zwaar, ik moet niet teveel zijn'

"Kinderen van oorlogsgetroffenen gaan soms zorgen voor hun ouders, vanuit het idee: er moet geen aandacht naar mij uit gaan, want mijn ouders hebben het al zo zwaar. Ik moet vooral niet teveel zijn."

"Het lastige is alleen dat een kind zelf niet doorheeft dat het zich zo gedraagt, en waar dat vandaan komt. Vaak komen kinderen in de naoorlogse generatie er pas later in hun leven achter dat hun gedrag in relatie tot de ouders gevormd is door het oorlogsverleden waar de ouders mee worstelden."

Identiteit: wie ben ik in relatie tot mijn ouders?

"Niet iedereen uit de naoorlogse generatie krijgt psychische klachten, maar veel mensen uit de naoorlogse generatie worstelen met vragen over hun identiteit: wie ben ik in relatie tot mijn ouders? Het verschilt dan per persoon of en in hoeverre die identiteitsvragen leiden tot bijvoorbeeld angst, depressieve gevoelens of psychosomatische klachten."

"Het is daarbij ook belangrijk om te beseffen dat het best een diverse groep is die last kan krijgen van het oorlogsverleden van de ouders", gaat de psycholoog verder. "Het gaat om mensen die zelf kind waren in de oorlog en daar ervaringen hebben, maar ook om wie decennia later is geboren en zich op een andere manier tot dat verleden moest verhouden."

Bekijk ook

'Fout zijn'

Onlangs onderzocht Van der Bles samen met collega-psychologen en historici hoe een familiegeschiedenis van collaboratie tijdens de Tweede Wereldoorlog doorwerkt op kinderen en kleinkinderen van (vermeende) collaborateurs. Zij hielden interviews, en namen vragenlijsten af bij een panel van bijna 6.000 Nederlanders.

"Het grote verschil in hoe oorlog bij hen doorwerkt: het gaat om mensen die 'fout' waren of zo werden gezien. Een kind is niet verantwoordelijk voor de daden van de ouders, maar worstelt wel met het gevoel zelf ook 'fout' te zijn. Hoe verhoudt je je tot je ouders als zij dingen hebben gedaan waar jij moreel niet achter kunt staan?"

Verzwegen familiegeschiedenis en angst om veroordeeld te worden

"In gezinnen werd vaak gezwegen over de collaboratiegeschiedenis. Kinderen groeien dan op mét de ervaring van emoties - angst, boosheid of stress - maar zónder kader om te verklaren waar die emoties vandaan komen. Een kind internaliseert dan de gedachte: het zal wel aan mij liggen, er is iets mis met mij. En draagt dat gevoel met zich mee."

Je ziet ook dat veel kinderen van collaborateurs - zodra ze hun familiegeschiedenis weten - een angst houden om veroordeeld of buitengesloten te worden, vertelt Van der Bles. "Die angst is niet geheel onterecht, want in onderzoek zagen we dat 18 procent van de deelnemers zich niet prettig voelt bij het idee dat mensen in publieke functies, zoals politici of burgemeesters, het kind van een collaborateur zouden zijn. Dat is een minderheid, maar wel een met een sterk oordeel."

Meer begrip voor ingewikkelde last

Toch is er in de maatschappij meer begrip gekomen voor de ingewikkelde last die kinderen van collaborateurs ervaren. "Wij zijn al jarenlang welkom bij de Nationale Dodenherdenking", vertelt bestuurslid Hulpverlening bij de Stichting Werkgroep Herkenning José van de Kerkhof. Die stichting zet zich in voor nakomelingen van personen die verdacht werden van collaboratie met de bezetter.

"Er zijn mensen die niet aan ons gelieerd willen zijn, want dan erkennen ze dat ze deel uitmaken van die groep", vertelt Van de Kerkhof. "Het opengaan van de archieven heeft ook tot veel onrust geleid: oude pijn en ervaringen komen naar boven. Toch komen er sinds die opening wel veel verhalen naar buiten en is er meer aandacht."

info

Centraal Archief Bijzondere Rechtspleging (CABR)

Sinds januari 2025 kunnen dossiers van het Centraal Archief Bijzondere Rechtspleging (CABR) worden bekeken in de studiezaal van het Nationaal Archief. De digitale openbaarheid van archief is voorlopig uitgesteld, na dwingend advies van de Autoriteit Persoonsgegevens (AP).

"Als stichting zijn wij van mening dat openbaarheid goed is", zegt Van de Kerkhof hierover, "want het archief geeft inzicht in de geschiedenis en naoorlogse rechtspraak. Wel zetten wij ons in voor zorgvuldigheid in het digitaal beschikbaar maken van informatie: zonder enige bescherming en voorwaarden is dat verre van wenselijk."

Dubbel gevoel

Tegelijkertijd blijft er een dubbel gevoel, zeggen Van de Kerkhof en Van der Bles. Hoe kan het praten over de last die kinderen van (vermeende) collaborateurs ervaren, samengaan met het herdenken van de slachtoffers in de oorlog en met het verdriet van hún kinderen?

"Sommige kinderen van collaborateurs voelen die spanning zeker", zegt Van der Bles. "Ze vragen zich af: heb ik wel recht op hulp, want het zou eigenlijk moeten gaan om de slachtoffers en hun kinderen. Maar leed vergelijken, helpt niet. Op een maatschappelijke dag als 4 mei is dat ingewikkeld, maar psychologisch gezien kun je ieder mens als individu benaderen en aandacht geven aan diens pijn zonder die steeds af te zetten tegen het leed van anderen."

Leed niet vergelijken, maar dialoog aangaan

"De nabestaanden van onder meer Joodse mensen hebben ontzettend veel pijn, en dat is heel evident", zegt Van de Kerkhof hierover. "En ook de nabestaanden van mensen die in het verzet zaten, kunnen een grote psychologische last ervaren. Je kunt en mag leed niet vergelijken maar je kunt wel naar elkaar luisteren en elkaar zien."

"Juist daarom proberen we een dialoog te starten in de samenleving", gaat ze verder. "Zo organiseerden we in het najaar een symposium, waar naast wijzelf ook mensen uit de Joodse gemeenschap en mensen met een familiegeschiedenis in het verzet aanwezig waren. We stoken de hand uit naar elkaar."

info

Wie herdenken we op 4 mei?

De Nationale Dodenherdenking is zowel een aanjager van discussies, als onderhevig aan discussie over wie herdacht moet worden en welke verhalen verteld moeten worden. Het Nationaal Comité 4 en 5 mei heeft de taak om hier richting aan te geven.

Volgens de officiële tekst herdenken wij 'tijdens de Nationale Herdenking alle burgers en militairen die in het Koninkrijk der Nederlanden of waar ook ter wereld zijn omgekomen of vermoord; zowel tijdens de Tweede Wereldoorlog en de koloniale oorlog in Indonesië, als in oorlogssituaties en bij vredesoperaties daarna.'

Praten zet dingen in beweging

"Praten over het oorlogsverleden kan spannend zijn, zeker binnen de familie", zegt Van der Bles. "Toch raden we het vanuit ARQ Nationaal Psychotrauma Centrum sterk aan. Er is zoveel gezwegen: praten zet iets in beweging."

Algemene tips zijn er niet, want elke familiegeschiedenis is anders. "Maar luisteren zonder oordeel is altijd belangrijk", zegt ze. "We zien ook dat kleinkinderen het gesprek vaak makkelijker openen. De afstand helpt: het is toch anders als je opa 'fout' was dan je vader. Zij voelen meer ruimte om nieuwsgierig te vragen: wie staat er op deze foto? Of: wat weet u over dat NSB-verleden?"

Hulplijnen

Lukt praten met familie niet meteen, dan zijn er verschillende plekken waar je terechtkunt, zegt Van der Bles. "De Luisterlijn is 24/7 bereikbaar. Het Contactpunt Naoorlogse Generaties kent de historische context goed. En bij de Stichting Werkgroep Herkenning zit veel ervaringsdeskundigheid."

Van de Kerkhof van die stichting: "Mensen kunnen bij ons terecht met algemene vragen, wij bieden een luisterend oor. Over je gevoelens en ervaringen praten helpt. Als kinderen van collaborateurs advies zoeken hoe ze met hun ouders kunnen praten, dan vraag ik bijvoorbeeld of ze al precies weten wat er destijds gebeurd is. We geven ook altijd het advies het dossier te lezen, zodat je zo min mogelijk verrast wordt."

Bekijk ook

Doorverwijzen en gespreksgroepen

"Wij kunnen geen therapeutische behandeling bieden, maar als in het telefoongesprek blijkt dat je meer hulp zoekt, kunnen we je verwijzen naar de juiste plekken", gaat Van de Kerkhof verder. Bij behoefte aan meer zorg en hulp, kan dit ook besproken worden met de huisarts.

Ook organiseert de stichting gespreksgroepen en contactmiddagen. "Daar is steeds meer behoefte aan. Vaak kunnen kinderen moeilijk praten met ouders die collaboreerden of daarvan verdacht werden. Families vallen ook uit elkaar: de een wil het er wel over hebben, de ander niet. Dan is het fijn om je schaamte, schuld en andere gevoelens te kunnen delen met andere lotgenoten. Dan krijg je herkenning in elkaar."

Waarom het zwijgen doorbreken

"Ik hoor dat mensen het onwijs spannend vinden om te praten over het oorlogsverleden met familie, maar weet ook dat veel mensen die het tóch hebben gedaan daar heel blij mee zijn", zegt Van der Bles. "Zij zeggen dat het veel rust geeft om de feiten te kennen, dat het puzzelstukjes op zijn plek kan laten vallen."

Van de Kerkhof: "Kinderen van collaborateurs vinden het heel erg als er in de familie nooit over gesproken is, en ze er dan pas na overlijden van de ouders achterkomen wat er is gebeurd. Dan blijf je met vragen achter, die je niet meer kunt stellen. Als je dus nu al met vragen zit, kan het toch fijn zijn om daar antwoorden op te zoeken."

Dichter bij elkaar komen

"Wat je soms ook ziet gebeuren, en wat je ook hoopt, is dat mensen dichter bij elkaar komen", zegt Van der Bles tot slot.

"Dat ze begrijpen waarom dingen zo gelopen zijn, waar bepaalde houdingen of gedrag vandaan komen. En op een groter maatschappelijk niveau: dat we lessen kunnen leren uit het samen praten over verschillende ervaringen met de oorlog."

Bekijk ook

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Ook interessant