radio LIVE
meer NPO start

Gekraakte berichten uit criminele onderwereld dienen als bewijs voor vele strafzaken

Gekraakte berichten uit criminele onderwereld dienen als bewijs voor vele strafzaken

Het werd gepresenteerd als dé digitale goudmijn van justitie: 3,6 miljoen versleutelde berichten die opsporingsinstanties in 2017 wisten te kraken. Nu justitie de berichten in handen heeft, dienen deze als bewijs in de ene na de andere strafzaak.

De berichten werden gevonden op zogeheten PGP-telefoons (Pretty Good Privacy): apparaten waarmee e-mails kunnen worden verstuurd zonder dat derden meelezen. Dat in de onderwereld op grote schaal gebruik wordt gemaakt van dit soort telefoons staat vast. In grote strafzaken rond liquidaties, wapenhandel en drugshandel worden vrijwel standaard dit soort toestellen gevonden. Een PGP-telefoon is bij uitstek geschikt om informatie mee te verzenden die niet in verkeerde handen mag vallen.

Mokerslag voor de onderwereld

Gebruikers van de PGP-telefoon waanden zich jarenlang onbespied. Ze veronderstelden dat berichten na 48 uur van de servers werden verwijderd, maar dat blijkt dus niet het geval te zijn. In maart 2017 rolt de Nederlandse politie een groot communicatienetwerk op. De politie krijgt met behulp van het NFI toegang tot een grote hoeveelheid data op servers die in Canada stonden. Ook worden de servers van het Nederlandse bedrijf Ennetcom in beslag genomen. Daarmee krijgt de politie toegang tot 3,6 miljoen versleutelde berichten– een digitale goudmijn, aldus justitie. Geheimen van duizenden gebruikers komen daarmee in handen van opsporingsinstanties. Ennetcom is in de ogen van het OM de grootste aanbieder van versleutelde communicatie aan criminelen in Nederland, met verkooppunten in West-Europa en Zuid-Amerika.

Met het uit de lucht halen van de servers zaait justitie grote onrust in het criminele milieu. Ontsleutelde e-mails worden door de Nederlandse rechtbanken aangemerkt als wettelijk verkregen bewijs en kunnen volgens de politie doorslaggevend zijn in onderzoeken naar zware criminaliteit. De versleutelde berichten leveren een grote hoeveelheid bewijs op voor tientallen strafrechtelijke onderzoeken naar drugshandel, gewapende overvallen, liquidaties, witwassen, pogingen tot moord en andere georganiseerde criminaliteit.

Het geeft een unieke kijk op dingen die verborgen hadden moeten blijven

Boosheid na mislukte liquidaties

De gekraakte telefoons geven een ongekend inkijkje in het criminele circuit. Boosheid na mislukte liquidaties, doodsbedreigingen tegen criminelen die hun rekeningen niet betalen en afspraken over omvangrijke drugsdeals – het is allemaal aan de orde in het berichtenverkeer. De gekraakte PGP-telefoons spelen in diverse strafzaken een doorslaggevende rol. Nu justitie de server in handen heeft, levert die bewijzen voor het ene na het andere misdrijf. Over de zaken is een storymap gemaakt 

Zaak 1: Visserdorp Urk – In de greep van cocaïne  

Het is juni 2017 als de kustwacht iets opvallends ziet: de Urker kotter Z181 vaart weg uit Harlingen, ligt een aantal minuten stil in de stroom van een containerschip en keert vervolgens weer terug naar de haven. Daar ontdekt de douane dertien tassen met cocaïne (261 kilo in totaal), verborgen in de watertank.

Het Openbaar Ministerie vermoedt dat criminelen jarenlang vissers onder druk hebben gezet om cocaïne aan het land te brengen. Eén van de verdachten is Naoufal F. Naoufal F. (ook wel ‘Noffel’ of ‘Buik’ genoemd) is geen onbekende van de politie: de Amsterdamse crimineel staat bij justitie bekend als een van de kopstukken van de zogeheten mocromaffia, die sinds 2012 een zeer gewelddadige strijd uitvecht over cocaïne.

Het OM stelt dat F. kennelijk in zeer georganiseerd verband” cocaïne Nederland heeft binnengehaald nadat hij “een deel van de Urker visserij in zijn greep heeft gekregen”. De bewijzen komen voor een groot deel uit gekraakte PGP-berichten.  In de berichten is te lezen hoe de smokkelaars vanaf containerschepen pakketten met cocaïne in zee gooiden. De drugs werden opgepikt en aan land gebracht door Nederlandse vissers, in ruil voor een deel van de opbrengst.

Bericht over de smokkelactiviteiten

S: "We hebben een groep vissers die op het water kunnen aannemen en opvangen. Dan gaat het om de botenlijnen die boven lopen en de Noordzee."

F: "Ken het systeem, sir. Yoego hebben die lijn in hun hand en crew op veel boten. Mensen van Montenegro, sir, die hebben die boot mensen die naar Zuid-Amerika gaan laden en ze lossen op deze manier.'” 

Op 7 maart 2018 wordt de inhoudelijke strafzaak tegen Naoufal F. behandeld.

Zaak 2: Diemen – De mislukte moord op Pjotr R.

Tegen Naoufal F. lopen op dit moment nog meer verdenkingen waarbij PGP-berichten een sleutelrol spelen. De crimineel wordt ook verdacht van het opdrachtgeven voor de (mislukte) liquidatie op beroepscrimineel Peter 'Pjotr' R.

In 2015 wordt Pjotr R. op klaarlichte dag onder vuur genomen met een kalasjnikov. Zeven kogels boren in zijn lichaam, maar Pjotr overleeft de liquidatie ternauwernood. En bij de daders gaat er nog meer mis, blijkt uit PGP-berichten die de politie in handen krijgt.  De voorbereiding en vlucht na de schietpartij zijn vrijwel per iedere minuut te reconstrueren op basis van het PGP-berichtenverkeer. Zo is te lezen hoe de daders na de moordpoging in paniek raken en hoe ze elkaar uitschelden. De mannen weten niet of ze hun doelwit wel hebben gedood. “Ze hebben hem wel gepopt, maar ik weet niet of hij slaapt.”  Ook legt een van de daders in het berichtenverkeer uit waarom de vluchtauto niet in brand is gestoken. Daarop reageert (vermoedelijk) Naoufal: “Waarom heb je de waggie niet gevlamd in de garage? Waarom niet gefikt meteen?”

De rechtbank oordeelt uiteindelijk snoeihard over de vijf verdachten van betrokkenheid bij de mislukte moordaanslag. De twee schutters krijgen 20 jaar cel. De zaak tegen Naoufal F. zelf loopt nog: op 7 maart begint de rechtbank met de inhoudelijke behandeling van de strafzaak. Voor het OM is de grootste uitdaging te bewijzen dat ‘Buik’ uit het berichtenverkeer inderdaad de persoon Naoufal F. is geweest.

Zaak 3: 26Koper – De moordservice van de onderwereld

Het wordt ook wel ‘dé moordservice van de onderwereld’ genoemd: de Utrechtse liquidatiegroep met de codenaam 26Koper. De politie komt in 2015 tien mannen op het spoor nadat zij een gestolen lokauto volgen in Nieuwegein. De garagebox waar de agenten uitkomen, bevat wapens, munitie en PGP-telefoons. Ook spot de groep mogelijke doelwitten en maakt daar beeldmateriaal van. Bij huiszoekingen vindt de politie ook nog negentig extra beveiligde PGP-telefoons en foto-en videobeelden van observaties van potentiele slachtoffers. De politie arresteert de verdachten om liquidaties te voorkomen. Bij alle daders worden één of meerdere PGP-toestellen aangetroffen. Het lukt het NFI om PGP-berichten te kraken. Uit dit berichtenverkeer blijkt dat over al dan niet misdadige zaken wordt gecommuniceerd”, aldus het Openbaar Ministerie. Enkele berichten duiden er bijvoorbeeld op dat een dader een mogelijk doelwit aan het spotten was en hierover communiceerde met een collega.

De Amsterdamse rechtbank veroordeelt tien mannen uiteindelijk tot straffen variërend van 260 dagen tot acht jaar. Volgens de rechter was wel duidelijk dat bende het 'oogmerk' had om liquidaties uit te gaan voeren, maar was niet te bewijzen wie ze daadwerkelijk op het oog hadden. Zo had de groep wapens en waren er mensen gefilmd, maar was het niet te bewijzen dat de wapens bedoeld waren om precies díe mensen te liquideren. Wél is er sprake van een criminele organisatie. Twee van de doelwitten zijn na het oprollen van de criminele organisatie alsnog om het leven gebracht.

Zaak 4: ‘Douanegate’ Gerrit G. – Van douanebeambte tot ‘drugscrimineel’

Ex-douanier Gerrit G. duikt regelmatig op in het nieuws. G. leidt vanaf 2013 een dubbelleven. Hij is de spil in een omvangrijk drugsnetwerk: de corrupte douanier communiceert met criminelen die hij helpt bij het smokkelen van cocaïne. Hij werkt in totaal 35 jaar bij de douane in de haven van Rotterdam. Hij was daar van 2009 tot 2015 betrokken bij het doorlaten van containers. De douanier wordt in april aangehouden na de vondst van een container met 400 kilo cocaïne.

Voor zijn hulp wordt G. rijkelijk beloond. Hij krijgt 2.000 euro per kilo cocaïne die hij doorliet. In zijn huis vindt de politie een tas met meer dan een miljoen euro aan contant geld. In de rechtszaal verklaart de douanier onder druk te zijn gezet door drugscriminelen die hem dwongen mee te werken. G. vernietigt de verzonden en ontvangen berichten nadat hij ze heeft verstuurd. De gekraakte berichten leveren volgens het NRC een ongekende inkijk in de afspraken die hij onder meer maakte met Henk E., een drugshandelaar uit Rotterdam. 

PGP-berichten over de smokkelactiviteiten

Gerrit: “Probleem. De FIOD zit erop. We zijn hem kwijt.”

Henk: “Krijg je last?”

Gerrit: “Weet ik niet. Weer een bak van mij. Toch vreemd.”

Henk: “Raar allemaal hoor.”

Gerrit: “Pieker me gek, maar iets rondom ons valt op en die heeft connecties naar de FIOD.”

Henk: “Ik ga ook even op onderzoek uit. Het is echt gek, want niemand weet iets.”

Gerrit: “Ik snap het ook niet. Ik heb zelf veel tests gedaan op het werk en geen reactie gezien.”

Volgens de rechter heeft Gerrit G. “het aanzien van de Rotterdamse haven en Nederland geschaad”. De douanier verdient volgens de rechtbank dan ook een langdurige straf: veertien jaar cel. “Zijn eigenbelang en hebzucht naar geld waren voor de douanier belangrijker dan de beveiliging van de haven.”  Vlak na het vonnis kondigde Gerrit G. aan in hoger beroep te gaan.

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Wat de nieuwe migratieplannen van de EU betekenen voor uitgeprocedeerde asielzoekers

Uitgeprocedeerde asielzoekers zouden de Europese Unie echt moeten verlaten: dat is de inzet van nieuwe plannen van de Europese Commissie. Maar hoogleraar migratie Arjen Leerkes is kritisch. "Voor een deel gaat het ook om beeldvorming."

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Waarom de ene persoon gevoeliger is voor PTSS dan de andere

Waarom de ene persoon gevoeliger is voor PTSS dan de andere
Hulpdiensten sluiten een plaats delict in Zwijndrecht af na een schietpartij
Bron: ANP

Waarom krijgt de een na een schokkende gebeurtenis posttraumatische stress en de ander niet? Radboud Universiteit deed hier samen met de Nationale Politie onderzoek naar.

Mishandeling, een zwaar ongeval of oorlog, dit zijn enkele voorbeelden van situaties die kunnen leiden tot een posttraumatisch stresssyndroom (PTSS). In Nederland krijgen jaarlijks 400.000 mensen de diagnose. Maar de een is hier gevoeliger voor dan de ander, blijkt uit onderzoek van de Radboud Universiteit Nijmegen.

Uniek onderzoek naar PTSS

Aan het onderzoek van de universiteit deden ruim 200 beginnende agenten mee. Volgens neurowetenschapper en een van de onderzoekers van de studie Linda De Voogd is dit uniek. "Er zijn weinig onderzoeken gedaan waarbij de deelnemers nog geen dingen hebben meegemaakt of geen PTSS-klachten hebben", vertelt ze.

En voor een goede meting moet je er juist bij zijn voordat iemand een traumatische ervaring meemaakt, weet de onderzoeker. "Ook richtten vorige studies zich vooral op kleinere onderzoeksgroepen en militairen."

Bekijk ook

Wel of niet schieten

Tijdens het onderzoek moesten de agenten onder een MRI-scan een schietopdracht doen. "Om de spanning op te bouwen moesten de deelnemers een poppetje in de gaten houden. Het poppetje kon een geweer of een telefoon uit zijn zak pakken", gaat De Voogd verder. En op basis daarvan moesten de agenten een keuze maken: wel of niet schieten.

"Bij het pakken van het geweer, moesten de agenten op het poppetje schieten. Bij het pakken van de telefoon, moeten ze niks doen. Dat was dan de veilige situatie," vertelt De Voogd. "Bij een foute keuze kregen de agenten een elektrisch schokje. De schok doet niet echt pijn, maar het is wel vervelend. Er stond dus wel iets op het spel."

Actieve amygdala

Het uitvoeren van de oefening stimuleert hersenactiviteit, vooral in de amygdala. "Dat is een gebied in de hersenen dat betrokken is bij het verwerken van informatie en het detecteren van dreiging", legt De Voogd uit.

Anderhalf jaar na de MRI-scan moesten de onderzochte agenten terugkomen naar de universiteit. "Uit de studie blijkt dat agenten met een hyperactieve amygdala vaker kampen met de symptomen die passen bij PTSS", vertelt De Voogd. "Mensen met een actievere amygdala hebben dus meer kans op het ontwikkelen van PTSS na het meemaken van trauma."

Bekijk ook

Nachtmerries en overprikkeld

Voormalig politieagent Maaike Zegers heeft te maken gehad met zo'n trauma. "Tijdens mijn werk kreeg ik steeds vaker een onveilig gevoel en wilde ik niet terug naar bepaalde plekken", vertelt ze.

"In het begin dacht ik: dat is logisch en dit hoort nou eenmaal bij mijn baan. PTSS was ook geen onderwerp dat destijds bij de politie besproken werd. Maar mijn klachten gingen van kwaad tot erger: nachtmerries, overprikkeld en een extreem kort lontje. Na enige tijd kwam ik thuis te zitten en startte ik met intensieve traumaverwerking."

'Donkere wolk ging weg'

"Inmiddels gaat het mentaal goed met mij en ik werk niet meer bij de politie", vertelt ze. Ze schreef een paar jaar geleden het boek 'Een kast vol', om families te helpen om met PTSS om te gaan. "Juist door het woord 'PTSS' in huis te halen, ging de donkere wolk weg. Dat was verhelderend."

Zegers was geen onderdeel van het onderzoek van de Radboud Universiteit, maar juicht dit soort studies erg toe. "Als ik van tevoren had geweten dat ik misschien een hoger risico had op PTSS, dan had ik nog steeds het vak gekozen. Ik heb bij de politie ook een hele fijne tijd gehad."

Eén stukje in een grote puzzel

Met de studie probeert de onderzoeker preventief te kijken naar PTSS en mensen zoals Maaike Zegers te helpen.

"Met dit onderzoek zijn er wellicht mogelijkheden om beter om te gaan met trauma of aversieve gebeurtenissen. In de hoop om de kans op PTSS te verkleinen, ook voor andere beroepen buiten de politie,'' zegt De Voogd. "Maar de studie is slechts één stukje in een grote puzzel."

Bekijk ook

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Ook interessant