meer NPO start

Waarom docenten steeds vaker voor de klas staan met zelfgemaakt lesmateriaal

Waarom docenten steeds vaker voor de klas staan met zelfgemaakt lesmateriaal
Leerlingen in een klaslokaal
Bron: ANP

Steeds meer docenten zetten lesmateriaal voor een groot deel zelf in elkaar, soms met behulp van ChatGPT. Waarom gebruiken ze niet het lesmateriaal dat ze wordt aangereikt? "Bij sommige vakken zijn de lesmethodes zó slecht dat leraren zelf opstaan."

Dat zegt lerarenopleider Erik Meester van de Radboud Universiteit. Hij is ook curriculumontwikkelaar voor het basisonderwijs en ziet dat de kwaliteit van lesmateriaal achteruit holt. "De meeste aanbieders zijn commerciële partijen: die zijn gefocust op winstmaximalisatie, niet op kwaliteit."

Minder winst

Een voorbeeld daarvan is het leerwerkboek, zegt hij. "Dat is een boek met informatieve teksten en vragen die leerlingen moeten beantwoorden. Dat dient natuurlijk een gemak: leerlingen kunnen er lekker mee aan de slag en er wat invullen. Maar het is niet per se de beste manier van leren."

Uit onderzoek blijkt dat zelf aantekeningen maken voor leerlingen belangrijker is bij het verwerken van leerstof, zegt Meester. "Je zou ook gewoon één lesboek kunnen maken waar je tien jaar lang mee kan doen en een methode omheen kan ontwikkelen. Maar daar valt minder aan te verdienen."

Bekijk ook

Geen toezicht

Dat commerciële partijen een flinke vinger in de pap hebben, heeft volgens hem te maken met de rol van de overheid. "Je verwacht dat er duidelijk toezicht en controle is. Maar dat is er totaal niet: er is geen keurmerk of onafhankelijke instantie die de kwaliteit van lesmethodes in kaart brengen."

Dat betekent dat iedereen die dat wil lesmateriaal kan samenstellen. "Als je een school vindt die bereid is om jouw lesmateriaal te kopen en te gebruiken, dan kan dat gewoon. Wat je achtergrond ook is en ook als bewezen is dat de methode niet werkt. Terwijl het hier gaat over een publieke voorziening", zegt Meester.

'Dat levert problemen op'

Daarom vindt Meester het niet gek dat ruim de helft van de docenten - op alle leerniveaus - een belangrijk deel van het lesmateriaal zelf in elkaar zet, zoals blijkt uit het jaarlijkse Grote Docentenonderzoek. "Aan de ene kant is dat een goede zaak, want de beroepsgroep pakt zelf de handschoenen op."

Maar de ontwikkeling heeft ook een keerzijde: "Een leraar moet natuurlijk lesgeven en dat is al een hele pittige baan. Als je daarnaast ook allemaal lesmateriaal moet ontwikkelen, dan kost dat heel veel tijd. Daar heb je ook echt veel expertise voor nodig. Dat levert problemen op."

Bekijk ook

Niet realistisch

Hij wijst onder meer op de werkdruk, die al hoog is onder docenten. "Die werkdruk loopt alleen maar op als je al je lesmateriaal zelf moet maken. Het is natuurlijk het mooiste als je alles zelf uitdenkt en uitvoert. Maar we moeten nadenken of dat reëel is."

En omdat het leermateriaal in veel gevallen van slechte kwaliteit is, speelt het soms voor leraren ook een rol in de beslissing om te stoppen in het werkveld. "Je moet leraren gewoon faciliteren met goede lesmethodes waaruit ze een goede lesreeks mee kunnen neerzetten. Als je dat al niet hebt, dan kan dat veel stress opleveren, zeker als je net van de lerarenopleiding komt."

Onafhankelijk toezichtsorgaan

Daarom moet er vanuit de overheid meer toezicht en regulering komen, vindt Meester. "Bijvoorbeeld in de vorm van een onafhankelijk orgaan dat lesmethodes beoordeelt op kwaliteit en daar bepaalde keurmerken aan verleend."

Ook zou dat orgaan in gesprek moeten gaan met makers van lesmateriaal over wat er beter kan. "Zodat makers meer uitgedaagd worden om met beter materiaal te komen en zich niet alleen richten op materiaal wat op dat moment populair is."

Volgens lerarenopleider Erik Meester is de kwaliteit van aangereikt lesmateriaal vaak niet goed genoeg

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Nederlandse hulpverleners staan klaar voor Myanmar na aardbeving: 'Alle politieke lijntjes vervallen'

Hulpverleners zijn hard bezig overlevenden te redden in Myanmar na de aardbeving. Ook een Nederlands team met reddingshonden staat klaar om het land, dat midden in een burgeroorlog zit, te helpen. "Ter plaatsen zullen we zien met wie we gaan samenwerken."

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Waarom de testlancering van Duitse start-up Isar Aerospace belangrijk is voor Europa

Waarom de testlancering van Duitse start-up Isar Aerospace belangrijk is voor Europa
Ter illustratie: testlancering van een raket in Noorwegen (2023)
Bron: AFP

De eerste raket van de Duitse start-up Isar Aerospace wordt morgen in het noorden van Noorwegen gelanceerd. Als deze slaagt, is het de eerste keer dat een raket vanuit West-Europa in een baan om de aarde wordt geschoten. "Dit is belangrijk voor Europa."

Isar Aerospace is een van de eerste Europese commerciële bedrijven die zich bezighoudt met het bouwen van raketten, vertelt deputy director van het Netherlands Space Office (NSO), Joost Carpay. Europa loopt, vergeleken met Amerika, achter op dit gebied. "Maar nu lijkt er een gat in de markt te zijn waarin een paar commerciële bedrijven springen."

'Mooie ontwikkeling'

"Dit zijn mooie ontwikkelingen voor Europa", benadrukt Carpay. Volgens hem is het belangrijk dat we vanaf ons eigen grondgebied kunnen lanceren. Hij vindt het daarom goed dat het commerciële bedrijf Isar Aerospace, dat de intentie heeft om de Europese concurrent van het Amerikaanse SpaceX te worden, een risico neemt.

"Je ziet dat er op het moment minstens vier bedrijven bezig zijn met het ontwikkelen van raketten", vertelt hij. "En daar wordt dus ook in geïnvesteerd, soms door overheden maar dan zonder de ontwikkeling te sturen. Dus alleen met financiering." Ook zijn er private investeerders die steeds meer interesse tonen. En als de testlancering morgen succesvol blijkt, zal die belangstelling alleen maar groter worden, voorspelt Carpay.

Bekijk ook

Onafhankelijkheid voor Europa

Deze nieuwe ontwikkelingen zijn van groot belang voor Europa. Het is volgens de deputy director belangrijk om onafhankelijk te zijn, van wie dan ook: "Ruimtevaart is strategisch van groot belang. We willen zelf kunnen bepalen welke satellieten we wanneer waarnaartoe lanceren en dat moeten we in eigen hand hebben."

"Dit bedrijf ziet dus een markt naast SpaceX, ook omdat zij een kleine raket hebben. Die heeft SpaceX niet. Dus het is ook een kwestie van marktkansen zien."

Meer raketten en lanceerbases

Maar wat moet er eigenlijk nog gebeuren voordat we op grote schaal dit soort raketten kunnen lanceren, zodat we écht kunnen concurreren met SpaceX van Elon Musk? "Het belangrijkste is het ontwikkelen van de raketten en een lanceerbasis", antwoordt Carpay.

Hij vertelt dat in het ontwikkelen van zulke bases al grote stappen worden gezet. "Er zijn al een aantal in Europa die voor de wat kleinere raketten geschikt zijn. En onze Spaceport in Frans Guiana wordt ook voor die kleinere raketten klaargemaakt." Het is op dit moment een kwestie van de ontwikkelingen blijven stimuleren, stelt hij.

Bekijk ook

'Het blijft een uitdaging'

Maar wat als het morgen dan toch misgaat? "Het blijft een uitdaging", antwoordt Carpay. "Maar ik denk ook dat het bedrijf daar zelf rekening mee houdt. Het blijft altijd een risico, zeker omdat de raket nog nooit gevlogen heeft."

Wel is hij ervan overtuigd dat Isar Aerospace het proces grondig heeft aangepakt. En mocht het toch fout gaan, dan is het een goede les. "Dat betekent alleen maar dat de kans dat het de volgende keer goed gaat, groter is."

Lancering over 1 à 2 jaar

Gaat de testlancering morgen wel goed, dan komt een echte lancering sneller dan gedacht om de hoek kijken, denkt Carpay. "Ik zag dat ze hun eerste lanceringen in 2028 verkocht hebben. Maar als het morgen goed blijkt te gaan dan weet ik zeker dat we al eerder kunnen zeggen dat hij klaar is voor ontwikkeling."

"Dus laten we zeggen, dan verwacht ik dat binnen 1 of 2 jaar echt ook de markt het vertrouwen heeft in de raket om lanceringen in te kopen."

Bekijk ook

Sneller en wendbaarder dan ESA

Ook de European Space Agency (ESA), de Europese variant van de NASA, is al 10 jaar bezig met de bouw van raketten. Waarom duurt het daar veel langer dan wanneer een commercieel bedrijf een poging waagt?

"Die bedrijven zijn vaak wat sneller en wendbaarder dan de ESA", weet de deputy director. "Bij de ESA moeten 23 lidstaten beslissingen nemen."

Kleine raket

Maar ook het gewicht dat de raket van Isar Aerospace heeft, maakt het makkelijker voor het bedrijf om snel een raket te bouwen. "Het is een kleine die precies onder de gewichtsklasse zit van de raketten die ESA heeft ontwikkeld. Dus hij is speciaal voor de wat kleinere satellieten", legt Carpay uit.

"Normaal lanceren we met één raket een heleboel tegelijk. Maar met een kleinere raket gaat het met één of twee tegelijk." Ook hoeven de kleinere satellieten van de Duitse start-up niet te wachten tot ze met een grotere raket mee kunnen, vertelt de expert. "En dat maakt het heel interessant."

Waarom de testlancering van Duitse start-up Isar Aerospace belangrijk is voor Europa

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Ook interessant