Paul is lid van een burgermilitie en maakt zich klaar voor een oorlog met de Amerikaanse overheid

Amerika staat op scherp sinds de bestorming van het Capitool. Het lijkt de inwoners van het land alleen maar verder uit elkaar te drijven. Sommigen wantrouwen de overheid nu zo erg, dat ze zich voorbereiden op een gewelddadige confrontatie.

Paul Cangialosi is een van hen. Hij staat aan het hoofd van een burgermilitie, waarbij mensen uit de omgeving zichzelf trainen en bewapenen om - naar eigen zeggen - hun manier van leven te kunnen beschermen. De afgelopen jaren is het aantal burgermilities in de Verenigde Staten verdubbeld en sinds de bestorming van het Capitool neemt de angst voor nog meer gewelddadige confrontaties alleen maar verder toe.

Teruggetrokken leven

Samen met zijn vrouw en acht kinderen woont Paul in Virginia, waar hij een stuk land heeft in de heuvels. Ze leiden een teruggetrokken leven.

Hier, op nog geen 4 uur rijden van de hoofdstad van Washington D.C., tref je een totaal andere wereld. Er is geen internet, de meeste kinderen gaan er niet naar school maar worden thuis door hun ouders onderwezen en het vlees dat op de borden ligt, is zelf geschoten.

Wantrouwen

Een zandpad dat steil de heuvel op loopt, leidt naar de boerderij van Paul en zijn familie, de Bible Ridge Farm. Het hek naar de boerderij is meestal gesloten. Op een bord aan dat hek is te lezen dat ambtenaren en politie op dit terrein niet welkom zijn.

Gekleed in een rode houthakkers blouse doet Paul open met een grote glimlach. Aan de keukentafel begint hij al snel te praten over zijn diepe wantrouwen tegen de overheid.

'Biden is een probleem'

"Ik wil vooral met rust gelaten worden. Het is hier mooi en vredig. Ik ben een echte patriot, wij willen gewoon ons leven kunnen leven zoals we dat nu doen. Maar als Joe Biden straks president is, hebben we een probleem." Daar is hij zeker van.

"Ze gaan onze wapens afpakken en onze manier van leven staat op het spel. Ik zal me hier altijd tegen verzetten. En als het nodig is, dan ben ik bereid ervoor te sterven."

Wapencollectie

De afgelopen jaren raakte hij nauw betrokken bij het organiseren van burgermilities door de hele staat Virginia. Het is volgens hem de enige manier om het land te redden. "Wij zijn niet langer de Verenigde Staten van Amerika, we zijn de Verdeelde Staten van Amerika."

Tijdens het ontbijt laat hij vol trots zien wat hij allemaal in huis heeft. Al snel liggen er semi-automatische wapens op tafel. De kinderen, die ook aan tafel zitten, kijken niet op of om. De oudsten hebben hun eigen vuurwapen.

Bron: EenVandaag

Vechten voor rechten

Op zijn land heeft Paul een schietbaan, waar hij regelmatig traint met andere militieleden. Zo ook vandaag. Tussen de mannen schuifelt ook Theresa, een dame op leeftijd, met een roze handpistool. Ook zij denkt er zo over als Paul.

"Ik denk dat mensen zich niet realiseren wat er aan de hand is. Er zijn veel mensen die nu op gaan staan voor hun rechten en zelfs bereid zijn om ervoor te vechten."

Geweld tegen de overheid

Meer dan 200 jaar geleden vond hier vlakbij de laatste slag van de Amerikaanse burgeroorlog plaats. En nu lijkt het alsof deze groep burgers zich voorbereidt op de volgende.

"De realiteit is dat we hier aan het trainen zijn om onze manier van leven te kunnen verdedigen, en als het nodig is dan zullen we daar geweld voor gebruiken. Zelfs tegen onze eigen overheid", vertelt Paul.

Verkiezingen gestolen

Volgens Paul is dit allesbehalve een bevlieging en is het ook niet zo dat hij en andere aanhangers van Trump slechte verliezers zijn. "Dit klinkt misschien extreem, maar dit zit er al heel lang aan te komen. We voelen ons in de hoek gezet, zonder een echte uitweg." De uitkomst van de afgelopen presidentsverkiezingen was voor hem de druppel.

"Sinds 3 november is de urgentie alleen maar groter geworden. De verkiezingen zijn gestolen. Maar dit zeggen mag ook al niet meer. We worden verbannen van sociale media en hebben het gevoel dat we geen stem meer hebben. Het gaat helemaal de verkeerde kant op."

Burgeroorlog

Ook Theresa denkt zo over. Al hoopt zij, net als Paul, dat het niet zover hoeft te komen. Toch sluit ze een oorlog niet uit. "Op dit moment gaan we echt die kant op, het zijn enge tijden. Ik ben een grootmoeder van 65, ik wil ook liever met pensioen in plaats van de wapens op te pakken. Maar als het nodig is, zal ik er staan, ook al ben ik bang voor de uitkomst."