
Een klas waar elke hoogbegaafde leerling de kans krijgt, zo ziet dat eruit: 'Ik moet nu echt mijn best doen'
Als de les altijd te makkelijk voor je is, kan school erg vervelend zijn. Bij de Prinses Julianaschool in Rotterdam hebben ze daarom een klas voor hoogbegaafde kinderen. "Niet alleen Diederik met hoogopgeleide ouders kan hier terecht."
Juf Wineke van Dalen, die groep 6 en 7 van de Quadratumklas vandaag draait, is nog maar net aan het praten als ze wordt onderbroken door een leerling. "Pneumonoultramicroscopicsilicovolcanoconiosis", zegt hij met een Engels accent, alsof het niks is. Het is het langste Engelse woord, vertelt hij trots. "En een longziekte!"
Klas voor hoogbegaafden
De klas van Juf Wineke zit vol met dit soort types: kinderen die zich in 'gewone' klassen al snel vervelen. De hoogbegaafdenklas van Quadratum bestaat al sinds 2017, vertelt ze.
Afgelopen jaar ging de school noodgedwongen samen met de Prinses Julianaschool in Rotterdam, want beide scholen waren te klein. Geluk bij een ongeluk, want ook op de Prinses Julianaschool bleken leerlingen te zitten die passen in het klasje.
Niet herkend
Van Dalen noemt de kinderen 'ongezien talent'. Want hoogbegaafdheid wordt lang niet altijd herkend in kinderen. "Vooral meiden, en dan meiden met een migratieachtergrond en een lager sociaaleconomisch milieu, die staan tien-nul achter", weet ze.
Een IQ-test is vaak ook al gauw 1.000 euro en dan moet je ook weten welke weg je moet bewandelen om daar naartoe te komenJuf Wineke van Dalen over het ontdekken van hoogbegaafdheid van een kind
"Terwijl Diederik van de hoogopgeleide ouder wel 67 procent kans heeft om het te ontdekken." De ontdekking van hoogbegaafdheid begint vaak bij de ouders, vertelt juf Wineke. "Die laten dan een onderzoek doen en er komt een IQ-test uit. Maar ja, zo'n IQ-test is vaak ook al gauw 1.000 euro en dan moet je ook weten welke weg je moet bewandelen om daar naartoe te komen." En dan moet het dus in eerste instantie al wel ontdekt worden door de ouders.
Taal niet machtig
Van Dalen geeft als voorbeeld een jongen die al op de Prinses Julianaschool zat. Al noemt ze geen naam, de leerling staat in een mum van tijd naast haar. Hij heeft wel door dat er over hem wordt gesproken. "Hij is de Nederlandse taal niet heel machtig en zou waarschijnlijk hiervoor 'er niet uit gehaald worden'", vertelt ze.
De ouders van de leerling waren in eerste instantie ook huiverig over de klas. "Gaan we dit wel doen? Is dit wel goed voor onze zoon? En die ouders zien, nu wel een tijdje bezig zijn, dat het voor hem gewoon een enorme kans is. Dat hij hier de kansen krijgt die hij misschien op een andere school niet gekregen zou hebben."
'Moet beter mijn best doen'
Ook de moeder van Ayoub, Aisha, vond het op het begin spannend om haar zoon in de klas te zetten. "Ik had niet verwacht dat hij in de hoogbegaafde klas zou komen te zitten. Ik had nooit iets doorgehad. Ik vind hem wel een slimme jongen, maar dacht niet dat hij in deze klas zou komen", vertelt ze lachend.
Zelf vond Ayoub het ook spannend, maar hij is er blij mee dat hij in de klas zit. "Nu moet ik wel echt beter mijn best doen", vertelt hij. "In mijn oude klas had ik alleen maar rekenen, taal en spelling, en hier moet ik nog een paar extra opdrachten daarna." Waar sommige kinderen meer werk misschien als iets negatiefs zouden bestempelen, is Ayoub helemaal in zijn nopjes. "Toen was het echt makkelijk en nu niet meer."
Droom voor de toekomst
"Nu moet hij heel hard werken", voegt moeder trots toe. "Ik had echt iets van: kan hij dat wel aan? Het heeft heel goed uitgepakt en hij heeft ook heel veel vriendjes hier gemaakt. Ayoub is heel sociaal, dat heeft hij van mij."
Op de vraag aan Ayoub wat hij later wil worden, heeft hij een duidelijk antwoord. Geen professor, wetenschapper of ruimtevaarder, maar: "Profvoetballer!"
Ingewikkeld proces
Dat kinderen zoals Ayoub niet altijd 'ontdekt' worden, heeft deels te maken met het Nederlandse toetssysteem, legt Van Dalen uit. "Dat is heel erg talig. Zelfs rekentoetsen die worden afgenomen zijn redactiesommen, waarbij je de taal echt machtig moet zijn." Dat vraagt ook veel van de docent, gaat ze verder. "Je moet je er wel bewust van zijn dat dat dus zo is."
"Het signaleren van die leerlingen, kansarme leerlingen waarvan je in eerste instantie niet denkt: is dit een hb-leerling (hoogbegaafde leerling, red.), dat blijft een ingewikkeld proces."
Trots
Wat Van Dalen betreft zouden er meer initiatieven zoals Quadratum moeten komen. "Voor een leerling waar iets mee is die 'aan de onderkant uitvalt', is in Nederland alles goed geregeld: passend onderwijs, speciaal onderwijs. Maar voor leerlingen die 'aan de bovenkant' uitvallen, daar is niks voor geregeld - behalve dit soort initiatieven. Terwijl we het net zo hard nodig hebben."
Zelf is ze trots op wat ze in de klas neer hebben gezet. "We hebben veel ervaring met voltijds hoogbegaafd onderwijs en ik denk dat ons programma staat als een huis." Saro, het bestuur van de school, wil vanaf 2026 nog vijf klassen voor hoogbegaafde kinderen beginnen op twee andere reguliere scholen. "Daar ben ik echt heel trots op."