Tv-uitzending EenVandaag 07-11-2018

Het is slikken of stikken, vinden veel fysiotherapeuten. “De zorgverzekeraars bepalen hoeveel behandelingen je mag leveren en voor wie. Alles wordt langs dezelfde meetlat gelegd”, zegt fysiotherapeut Andres Landman.

En dat moet niet want de praktijk is heel anders legt Landman uit. "Wat bij de ene patiënt prima werkt binnen tien behandelingen, duurt bij de ander net iets langer. Fysiotherapeuten worden daarnaast doodgegooid met vragenlijsten en uit pure noodzaak vul je die in je vrije tijd in, zonder dat de patiënt erbij is. Veel collega’s gooien de handdoek in de ring en ook ik twijfel."

Wurgcontracten

Al jaren vragen fysiotherapeuten om minder bureaucratie en betere betaling. Sinds de invoering van marktwerking bij de fysiotherapie, ruim tien jaar geleden, blijft het huwelijk tussen zorgverzekeraars en de beroepsgroep uitermate ongelukkig.

Verzekeraars hebben een machtige onderhandelingspositie en bepalen de regels, de tegenpartij heeft het maar te slikken. Althans, dat is het gevoel van veel fysiotherapeuten die zonder schroom het woord ‘wurgcontracten’ gebruiken.

‘Ik blijf straks met de pijn zitten, terwijl er veel meer mogelijk is.

Mevrouw Van Iwaarden, patiënt.

Het zijn niet alleen de fysiotherapeuten die last hebben van alle regels. Ook patiënten ervaren dat de therapeuten minder oog hebben voor de behandeling in een oerwoud aan regels. "Ik heb er nu negen behandelingen op zitten en eindelijk begint het zoden aan de dijk te zetten. Helaas krijg ik maar tien behandelingen vergoed en het probleem is nog niet opgelost”, zegt de verontruste 64-jarige mevrouw Van Iwaarden. “Ik blijf met de pijn zitten en dat is heel frustrerend voor mij, maar ook voor mijn therapeut."

Uiteindelijk zijn ingekorte behandelingen ook een dure grap voor de zorgsector, want als mensen in de zogeheten eerstelijnszorg, waaronder bijvoorbeeld huisartsen en fysiotherapeuten vallen, niet voldoende geholpen kunnen worden, is de kans groter dat ze weer in de duurdere tweedelijnszorg terecht komen. Dit zijn bijvoorbeeld ziekenhuizen of verpleeginstellingen.

Al in 2012 horendol van administratie

Fysiotherapeut Humbert Buur beaamt het verhaal van zijn jongere collega Landman. Al in 2012 liet hij in een reportage van EenVandaag zien hoe hij en zijn patiënten horendol werden van alle administratie. De beroepsgroep lanceerde toen het manifest ‘Alarmfase Rood, Fysiotherapie in Nood’. Maar zes jaar later is er niets veranderd, het is eerder erger geworden denkt Buur.

Hij heeft voor zijn eigen praktijk daarom een rigoureuze keuze gemaakt: om van alle regeldruk af te komen heeft hij besloten het keurmerk ‘pluspraktijken fysiotherapie’ van de zorgverzekeraars voor zijn praktijk te laten zitten. Dit betekent minder invulwerk voor Buur, en zoals hij zelf zegt: ‘Mijn klanten weten ook zonder eindeloze lijstjes wat ze aan me hebben. Ik heb nu meer tijd voor de daadwerkelijke behandeling in plaats van urenlang achter de computer te moeten zitten.’

KNGF: Onderbetaling speelt bij groot deel van de leden

Het Koninklijk Nederlands Genootschap voor Fysiotherapie geeft aan dat problemen door hoge regeldruk, onrealistische behandelnormen en onderbetaling bij een groot deel van de bijna 20.000 KNGF-leden speelt. Maar de zorgverzekeraars zijn zich van geen kwaad bewust en hebben een heel andere visie op de problematiek rondom de fysiotherapie. Men geeft aan dat de behandelnormen opgesteld zijn om te voorkomen dat zorgkosten uit de hand lopen. De vragenlijsten voor patiënten zijn er om kwaliteit te toetsen en te waarborgen, alleen qua betaling mag er wel wat bij, zo geeft bijvoorbeeld een woordvoerder van Menzis desgevraagd toe. Dat de tarieven zo laag liggen heeft er volgens de zorgverzekeraars ook mee te maken dat er zo veel fysiotherapeuten zijn: veel aanbod drukt de prijs.

EenVandaag heeft vijf verschillende zorgverzekeringsmaatschappijen plus de overkoepelende brancheorganisatie Zorgverzekeraars Nederland om een reactie voor de camera gevraagd. Helaas wilde geen van hen het eigen standpunt in beeld toelichten. Wel hebben zorgverzekeraars DSW en VGZ een schriftelijke verklaring gegeven.